Compare proclamation with translation

Other translations:

The soul's fate after physical death....

After death you will enter a completely different world than earth, but you have the possibility on earth to shape this world such that it will make you happy and you will gladly replace your life on this earth with it. For you can acquire a kingdom of light and beatitude for yourselves if you live an appropriate way of life on earth, if you readily accomplish your psychological task and gather possessions for the spiritual kingdom. Then the world which you enter will truly be a kingdom of bliss, you will not stop rejoicing and marvelling and would never ever want to return to earth again, if this were at all possible.

Thus you yourselves create the world which will receive you after the death of your body.... And therefore you should live responsibly on this earth. For you can also enter a dark and barren kingdom where you will be miserable and which you nevertheless will be unable to leave at will, since your free will aspired to this kingdom while you lived on earth. This, too, was your own affair; it was your own will, for your way of life on earth was such that your fate in the spiritual kingdom could only result in torment and constraint, in darkness and weakness.

Yet either way you will enter a different world, a spiritual kingdom, where all earthly goods will be lost to you, where you will only find what you had spiritually acquired for yourselves on earth. And therefore it is a dreadful state for souls which had not acquired any spiritual goods at all, which had only tried to obtain earthly goods and therefore entered the kingdom of the beyond entirely destitute, where it will then be extremely difficult to attain spiritual possessions, albeit it is not impossible. For the world they occupy now is comparative to their state of soul.... It can mean that the soul continually wanders through dry and barren places where it can't find anything at all to satisfy its hunger by which such souls are constantly tormented.... which can only be satisfied with gifts of love.... with a supply of strength obtained through loving intercession for such souls.

This is why a soul can already be called blessed if it is followed by kind thoughts beyond the grave and if it has done good works that follow it into eternity.... But poor and needy are the souls which have not earned their fellow human being's love, which are followed by unpleasant thoughts and have to suffer them far more than you humans on earth can possibly imagine. Therefore, always let kind thoughts follow all deceased into eternity, take pity on them and help them find their way out of the first darkness, never leave them alone but often remember them kindly, it will make them feel good and they will experience it as a flow of strength, as a little help on their path of ascent, which they can only travel if this help is granted to them.

The soul creates its own fate which will await it in the kingdom of the beyond, and in order that it will be a beautiful and pleasing one you shall work for it while you are still on earth, you shall acquire spiritual possessions and always carry out deeds of love, for such deeds will follow you into eternity and amount to a spiritual wealth with which you can work for your own and other souls happiness.... with which you can increase your bliss at any time and impart strength to other souls so that they, too, will walk the path of ascent and be able to become blissfully happy one day.... even if this path of ascent will require a lot of strength and effort, but with good will it is nevertheless possible to progress if they receive help from their spiritual friends and from people on earth who always remember such souls in their prayers....

Amen

Translator
Translated by: Heidi Hanna

Het lot van de ziel na de dood van het lichaam

Na uw dood betreedt u een geheel andere wereld dan deze aarde is. Maar uzelf heeft op aarde de mogelijkheid die wereld voor uzelf te vormen, zodat u er gelukkig in bent en u haar graag verruilt voor het leven op deze aarde. Want u kunt voor uzelf een rijk van licht en zaligheid verwerven, als uw levenswandel op aarde daarmee in overeenstemming is. Als u ijverig aan uw ziel arbeidt en u rijkdommen verzamelt voor het geestelijke rijk, zal de wereld die u betreedt voor u waarlijk een rijk van zaligheid zijn. U zult niet kunnen ophouden te jubelen en u te verwonderen, en nimmermeer zou u op de aarde willen terugkeren - als dat eventueel mogelijk zou zijn.

U schept u dus zelf de wereld die u opneemt na uw lichamelijke dood, daarom moet u bewust van uw verantwoording op deze aarde uw leven leiden. Want u kunt net zo goed een rijk binnen gaan dat duister of woest is, waarin u zich ongelukkig voelt en dat u toch niet naar believen verlaten kunt, omdat dat het rijk is dat uw vrije wil nastreefde zolang u op de aarde verbleef. Dit was eveneens uw eigen zaak, het was uw eigen wil, want uw levenswandel op aarde was zo dat die u geen ander lot in het geestelijke rijk kon bezorgen dan ellende en gebondenheid in duisternis en zwakheid.

Maar in ieder geval betreedt u een andere wereld, een rijk dat geestelijk is, waar u alle aardse goederen bent kwijtgeraakt, waar u alleen dat aantreft wat u zich op aarde geestelijk heeft verworven. En daarom is het een vreselijke toestand voor die zielen die zich helemaal geen geestelijke bezittingen verwierven. Die zich alleen maar om aardse goederen bekommerden en daardoor geheel arm het rijk hierna ingaan, waar het nu buitengewoon moeilijk is geestelijke goederen te verkrijgen - hoewel ook dit niet onmogelijk is.

Want de wereld waarin zij dan verblijven is van dien aard, dat ze in overeenstemming is met de toestand van hun ziel. Ze kan voor de ziel een onophoudelijk dwalen door woeste, dorre plaatsen betekenen waar zij niet het geringste aantreft om de honger die zulke zielen gedurig kwelt, te stillen, en die alleen gelenigd kan worden door gaven van liefde en door toevoer van kracht, die door liefdevolle voorspraak voor zulke zielen verkregen wordt. Daarom is die ziel al zalig te noemen die, over het graf heen, door goede gedachten wordt gevolgd en die op de aarde goede werken heeft gedaan - die haar nu volgen in de eeuwigheid.

Maar arm en behoeftig zijn de zielen die zich op aarde geen liefde verworven hebben bij hun medemensen, die door meer kwade gedachten gevolgd worden en die onder die gedachten veel meer te lijden hebben dan u mensen op aarde zich dit voor kunt stellen. Daarom, zend alle gestorvenen steeds goede gedachten achterna in de eeuwigheid, erbarm u over hen en help hen opdat zij uit de eerste duisternis een uitweg vinden. Laat hen niet alleen maar denk vaak aan hen, dat zal hun goed doen en dat zullen zij als een toevoer van kracht ervaren, als een steuntje op de weg naar boven - die zij alleen maar kunnen betreden als hun die hulp gegeven wordt.

De ziel schept zichzelf haar eigen lot, dat haar daarginds wacht in het rijk hierna en u moet er op aarde al voor zorgen dat het een aangenaam gelukkig lot is. U moet zich derhalve geestelijke rijkdommen verwerven en zonder ophouden werken van liefde verrichten, want die zullen u steeds begeleiden door de gehele eeuwigheid en voor u een geestelijke rijkdom betekenen waarmee u voor uw eigen geluk en dat van andere zielen kunt arbeiden. Waarmee u altijd uw zaligheid kunt verhogen en andere zielen kracht kunt doen toekomen, zodat zij ook hun schreden opwaarts richten en eens zalig kunnen worden. Al zal deze gang naar boven veel kracht en moeite van hen eisen, toch is het met goede wil voor hen mogelijk boven aan te komen, als zij maar hulp vinden bij hun geestelijke vrienden en bij die mensen op aarde die in hun voorbede zulke zielen altijd gedenken.

Amen

Translator
Translated by: Gerard F. Kotte