• Terug

De overdracht van het goddelijke woord is een daad van barmhartigheid

Het buitengewone werkzaam zijn van God, door de mensen Zijn woord te geven, getuigt van zijn eindeloze liefde voor Zijn schepselen, want het is een daad van de grootste barmhartigheid, omdat de mensheid al in een staat verkeert, die de rechtstreekse schenking van Zijn woord uitsluit. Zodra de mensen volgens Zijn wil leven en dus naar God toegekeerd zijn, zijn ze ook in staat om Zijn woord te horen, want de voorwaarde om het goddelijke woord te ontvangen is dat de mens zich bewust aan Hem overgeeft.

Maar de mensheid staat op dit moment zo ver van God af, dat ze nooit de stem van God zou kunnen horen. De afstand van haar tot God is zo groot, dat zo’n verbinding niet meer tot stand gebracht kan worden, die het kunnen horen van het goddelijke woord vereist. De geestelijke staat is zo buitengewoon diep gezonken, dat dit een buitengewoon werkzaam zijn uit zou sluiten, als de liefde van God zich niet over haar zou willen ontfermen door de mensheid de laatste hulp te brengen.

En daartoe bedient Hij Zich van een middelaar, wiens wil naar Hem toegekeerd is en die er eveneens toe bereid is om zijn medemensen te helpen. Want de naar God toegekeerde wil geeft hem ook het besef van de geestelijke noodtoestand van zijn medemensen. En zodoende is God zichtbaar werkzaam en maakt Hij de mensheid zeer nadrukkelijk bekend, welke nood haar te wachten staat, als ze zich niet verandert en er niet naar streeft om dichter bij Hem te komen.

Want Zijn liefde voor Zijn schepselen is grenzeloos. Hij probeert hen redding te brengen. Hij probeert hen helder en begrijpelijk hun levensdoel op aarde voor te houden en hen ertoe te bewegen om de illusie van het wereldse leven te ontwijken en het ware licht voor de ziel te verwerven, zolang ze op aarde verblijven.

En zodoende geeft Hij hun Zijn woord tegen hun wil en moet Hij de mensen daarom ook zoveel keuzevrijheid geven om het af te kunnen wijzen, om welke reden het woord in een vorm aangeboden moet worden, die het aannemen hiervan niet tot dwang laat worden. Zijn enorme liefde zou het woord anders elke individu toe laten komen om diens ziel te redden, maar ter wille van de wilsvrijheid van de mens is zoiets onmogelijk, omdat God anders Zijn eigen wetten nietig zou verklaren en in strijd met Zichzelf zou handelen.

Maar de liefde van een mens kan een brug slaan van de mensheid naar God en het staat elk mens vrij om deze brug te betreden en zich vertrouwd te maken met het goddelijke woord. En via deze brug daalt God Zelf op de aarde neer en openbaart Hij Zich aan de mensheid. Dat wil zeggen dat Hij haar kennis geeft van Zichzelf, Zijn besturen en werkzaam zijn en de bestemming van elk individueel mens, zijn oorsprong en zijn doel. En de kennis daarvan is een onbegrijpelijke genade, want het maakt de mens het werk aan zichzelf, dat hij toch uit eigen beweging aan moet pakken, onnoemelijk makkelijker als hij volmaakt wil worden en het rijk van de vrede binnen wil gaan.

De goddelijke liefde daalt zelf af en probeert dichter bij de mensheid te komen. Ze komt haar tegemoet, ofschoon deze al voor de tegenstander van God gekozen heeft door haar verlangen naar de wereld en haar goederen en daardoor heeft ze zich onwaardig gemaakt voor de liefde van God. Maar Zijn liefde houdt nooit op en blijft eeuwig gericht op dat, wat uit Hem voortgekomen is.

Amen

Vermittlung des göttlichen Wortes Akt der Barmherzigkeit....

Das außergewöhnliche Wirken Gottes, den Menschen Sein Wort zu vermitteln, bezeugt Seine unendliche Liebe zu Seinen Geschöpfen, denn es ist ein Akt der größten Barmherzigkeit, da die Menschheit schon in einem Zustand ist, der die direkte Zuwendung Seines Wortes ausschließt. Sowie die Menschen leben nach Seinem Willen und also Gott zugewandt sind, sind sie auch fähig, Sein Wort zu vernehmen, denn dieses ist Voraussetzung zum Empfangen des göttlichen Wortes, daß der Mensch sich bewußt Ihm hingibt. Die Menschheit ist aber zur Zeit so gottfern, daß sie nimmermehr die Stimme Gottes vernehmen könnte. Der Abstand von ihr zu Gott ist so groß, daß eine solche Verbindung nicht mehr hergestellt werden kann, die das Vernehmenkönnen des göttlichen Wortes erfordert. Es ist der geistige Zustand so außerordentlich tief gesunken, daß er ein so außergewöhnliches Wirken ausschließen würde, wenn nicht die Liebe Gottes sich erbarmen möchte, um der Menschheit die letzte Hilfe zu bringen. Und Er bedient Sich dazu eines Mittlers, dessen Wille Ihm zugewandt ist und der gleichfalls hilfsbereit seinen Mitmenschen beistehen möchte.... Denn der Gott-zugewandte-Wille gibt auch ihm die Erkenntnis der geistigen Notlage seiner Mitmenschen. Und also wirket Gott offensichtlich und stellt der Menschheit eindringlich vor, welche Not sie erwartet, so sie sich nicht wandelt und Ihm näherzukommen trachtet. Denn Seine Liebe zu Seinen Geschöpfen ist grenzenlos.... Er suchet ihnen Rettung zu bringen, Er sucht ihnen klar und verständlich ihren Erdenlebenszweck vorzuhalten und sie zu bestimmen, den Scheinglanz des Weltlebens zu meiden und sich das wahre Licht der Seele zu erwerben, solange sie auf Erden weilen.... Und also gibt Er ihnen Sein Wort wider ihren Willen und muß daher auch den Menschen soviel Entscheidungsfreiheit lassen, es ablehnen zu können, weshalb das Wort in einer Form geboten werden muß, die das Annehmen dessen nicht zum Zwang werden läßt. Seine übergroße Liebe würde sonst das Wort jedem einzelnen zugehen lassen, um dessen Seele zu retten, doch der Willensfreiheit des Menschen wegen ist solches unmöglich, ansonsten Gott Seine eigenen Gesetze umstoßen und wider Sich Selbst handeln würde.... Die Liebe eines Menschen aber kann eine Brücke schlagen von der Menschheit zu Gott, und einem jeden Menschen steht es frei, diese Brücke zu betreten und sich mit dem göttlichen Wort vertraut zu machen. Und auf dieser Brücke steigt Gott Selbst zur Erde und offenbart Sich der Menschheit, d.h., Er gibt ihr Kenntnis von Sich Selbst, Seinem Walten und Wirken und der Bestimmung jedes einzelnen Menschen, seinem Anfang und seinem Ziel. Und das Wissen darum ist eine so unfaßbare Gnade, denn es erleichtert dem Menschen unsagbar die Arbeit an sich selbst, die er doch aus eigenem Antrieb in Angriff nehmen soll, will er vollkommen werden und in das Reich des Friedens eingehen.... Die göttliche Liebe steigt Selbst herab und sucht Sich der Menschheit näherzubringen, Sie kommt ihr entgegen, obgleich sie sich schon entschieden hat für den Gegner Gottes durch ihr Verlangen nach der Welt und deren Gütern und sich dadurch der Liebe Gottes unwürdig macht.... Doch Seine Liebe höret nimmer auf und bleibet ewig zugewandt dem, was aus Ihm hervorgegangen ist....

Amen