Welke overvloed aan genade uit het rechtstreeks in ontvangst nemen van het woord van God stroomt, zullen jullie mensen pas dan herkennen, als jullie elke mogelijkheid ontnomen is om het woord van God ergens anders in ontvangst te nemen. Er zullen tijden komen, waar niets meer doet denken aan de werkzaamheid ter verspreiding van de geloofsleren, die de mensen tot nog toe openlijk aangeboden worden. Er zal een tijd komen dat de mensen elkaar alleen nog maar in het geheim zullen ontmoeten om te horen van de liefde van God, van Zijn wil en van Zijn werkzaam zijn en die mensen zullen moeten vrezen dat deze samenkomsten hen als misdrijf aangerekend wordt.
En dat is de tijd, die God voorzien heeft en die Hem reden gegeven heeft tot een buitengewoon werkzaam zijn om deze mensen in rechtstreekse vorm het brood uit de hemel aan te kunnen reiken. Hij laat het gebeuren, zoals de mensen het willen, maar Hij komt diegenen te hulp, die onder deze wil moeten lijden. En wat hun door de mensen afgenomen wordt, dat geeft God hun Zelf terug. Hij komt Zelf naar de mensen en voedt, sterkt en troost hen. Hij duldt niet, dat ze gebrek moeten lijden, maar Hij geeft hun voedsel, dat onvergankelijk is. Hij voedt hen met het brood uit de hemel. Hij bezorgt hun voedsel, dat een rechtstreekse krachtoverdracht van God is.
Want Hij weet, dat de mensen dit nodig hebben. Hij weet, dat ze in een toestand terecht komen, waar hun geloof in gevaar is. Hij kent hun geloofszwakte in het aangezicht van zulke gevaren en daarom biedt Hij hun Zijn woord, dat alle angst en zorgen doet verstommen. Want Hij daalt Zelf in het woord op de aarde neer en is zodoende te midden van degenen, die Zijn woord gelovig aannemen. En dus zullen die mensen sterk in het geloof en onbevreesd alles over zich heen laten komen en toch vrolijk zijn. Ze zullen zich laten beschimpen. Ze zullen elke vervolging met geduld verdragen en in hen alleen maar de waarheid van het goddelijke woord herkennen en hun kracht zal toenemen en hun geloof zal steeds dieper en onwankelbaarder worden. En ze zullen de wereld niet meer vrezen, als ze zich onderworpen hebben aan Degene, Die ook over de wereld regeert.
De Heer verblijft te midden van de mensen, waar het woord van God aangeboden wordt en hij laaft en sterkt hen voor de strijd, die ze ter wille van Zijn naam moeten voeren. De tijd is nabij, waar de tegenstander zich opmaakt voor deze strijd, waar hij de wil van de mens ertoe overhaalt om gewetenloos te handelen tegen alle mensen, die geloven. De tijd is gekomen, waar de slechte geestelijke krachten mensen zoeken, die hen gehorig zijn, door welke ze ongehinderd kunnen werken. En het zal hun grote ambitie zijn om alles te verhinderen, wat geestelijk streven bevordert en alles te vernietigen, wat op God wijst of Jezus Christus als Verlosser van de wereld erkent. Dus aan elke kennis van goddelijke wijsheden een einde te maken en daarentegen zichzelf met satanische listigheid te laten gelden.
En de aanhangers van de wereld zullen hen ter wille zijn. Ze zullen, omdat ze al ver van God verwijderd zijn, geen bezwaren hebben om al het geestelijke op te geven en met aards genot genoegen te nemen, dus de tegenstander van God, die zichzelf op de troon wil verheffen, huldigen. En hij zal een tijd heersen, maar de kracht van het geloof zal zichtbaar worden in hen, die hem weerstaan en God als hun enige Heer erkennen. Want wat de tegenstander van God hun biedt, zullen steeds alleen maar wereldse goederen zijn, die niet zullen blijven bestaan. Hij zal de mensen, die hem ter wille zijn, eer en roem beloven en de anderen, die hun geloof trouw blijven, bedreigen.
En dus keert hij zich tegen God. Hij is Zijn tegenstander, Zijn vijand, die er alles aan doet om de opperheerschappij over de menselijke ziel te krijgen. Toch zal dit hem niet lukken bij de zielen, die God toegenegen zijn. Enkel waar de liefdeloosheid overheerst, daar zal hij triomferen en zich aan hen als God voorstellen en de blindheid van dezen zal hem erkennen.
Maar God beschermt de Zijnen voor diens invloed, doordat Hij hun Zijn kracht ook dan geeft, als de tegenstander van God dit verhinderen wil. Hij doet hun Zijn woord toekomen en is in het woord Zelf bij hen, kracht en genade uitdelend en zegenend diegenen, die trouw aan Hem zijn en Hem willen dienen. Maar één ding is de komende tijd nodig: dat het goddelijke woord verspreid wordt, dat Hij Zelf aan de mensen toe doet komen en dat Hij met Zijn kracht gezegend heeft.
Amen
VertalerWelche Gnadenfülle dem unmittelbar empfangenen Wort Gottes entströmt, das werdet ihr Menschen erst erkennen, so euch jede Möglichkeit genommen ist, das Wort Gottes anderswo entgegenzunehmen. Es werden Zeiten kommen, wo nichts mehr gemahnt an die Tätigkeit zur Verbreitung von Glaubenslehren, die bisher den Menschen offen dargeboten wurden.... es wird eine Zeit kommen, da nur im geheimen sich die Menschen zusammenfinden werden, um zu hören von der Liebe Gottes, von Seinem Willen und Seinem Wirken, und es werden sich die Menschen fürchten müssen, daß ihnen diese Zusammenkünfte als Verbrechen angerechnet werden. Und das ist die Zeit, die Gott vorausgesehen und die Ihn zu außergewöhnlichem Wirken veranlaßt hat, um diesen Menschen das Brot des Himmels reichen zu können in unmittelbarer Form. Wie es die Menschen wollen, so läßt Er es geschehen, doch Er kommt denen zu Hilfe, die unter jenem Willen leiden müssen.... Und was ihnen genommen wird von Menschen, das gibt Gott Selbst ihnen wieder, Er Selbst kommt zu den Menschen und speist und stärkt und tröstet sie.... Er duldet nicht, daß sie darben müssen, aber Er gibt ihnen eine Speise, die unvergänglich ist, Er speist sie mit dem Brot des Himmels, Er führt ihnen eine Nahrung zu, die unmittelbare Kraftübermittlung von Gott ist. Denn Er weiß, daß die Menschen solche benötigen; Er weiß, daß sie in Lagen kommen, wo ihr Glauben in Gefahr ist; Er weiß um ihre Glaubensschwäche angesichts solcher Gefahren, und darum bietet Er ihnen Sein Wort, das alle Angst und Sorge verstummen läßt. Denn Er steigt Selbst zur Erde hernieder im Wort und ist also mitten unter denen, die Sein Wort gläubig annehmen. Und also werden die Menschen glaubensstark und unverzagt alles über sich ergehen lassen und dennoch fröhlich sein. Sie werden sich schmähen lassen, sie werden jegliche Verfolgung tragen mit Geduld und in ihnen nur die Wahrheit des göttlichen Wortes erkennen, und ihre Kraft wird sich vermehren, ihr Glaube immer tiefer und unerschütterlicher werden. Und die Welt werden sie nicht mehr fürchten, so sie sich Dem unterstellt haben, Der auch über die Welt regieret.
Wo das Wort Gottes dargeboten wird, dort weilet der Herr mitten unter den Menschen, und Er labt und stärkt sie für den Kampf, den sie um Seinen Namen willen führen sollen. Es ist die Zeit nahe, wo der Widersacher sich zu diesem Kampf rüstet, wo er den Willen der Menschen bestimmt zum skrupellosen Vorgehen gegen alle Menschen, die im Glauben stehen. Es ist die Zeit gekommen, wo sich die schlechten geistigen Kräfte die ihnen hörigen Menschen suchen, durch welche sie ungehindert wirken können.... Und es wird deren größter Ehrgeiz sein, alles zu verhindern, was geistiges Streben begünstigt, und alles zu vernichten, was zu Gott hinweiset oder Jesus Christus als Erlöser der Welt anerkennt.... also jegliches Wissen um göttliche Weisheiten zu unterbinden, dagegen mit satanischer List sich selbst zur Geltung zu bringen.... Und es werden die Anhänger der Welt ihnen zu Willen sein; sie werden, als schon Gott-fern, keine Bedenken haben, alles Geistige hinzugeben, und sich mit irdischen Genüssen begnügen, also dem Gegner Gottes huldigen, der sich selbst auf den Thron erheben will.... Er wird herrschen eine Zeit, doch die Kraft des Glaubens soll offenbar werden an denen, die ihm widerstehen und Gott als ihren alleinigen Herrn anerkennen.... Denn was der Gegner Gottes ihnen bietet, wird immer nur weltliches Gut sein, das keinen Bestand hat.... Er wird den Menschen Ehre und Ruhm versprechen, die ihm zu willen sind, und die anderen bedrohen, die ihrem Glauben treu sind. Und also stellt er sich gegen Gott.... Er ist Sein Widersacher, Sein Feind, der alles daransetzt, um die Oberherrschaft über die menschliche Seele zu gewinnen. Doch es wird ihm dies nicht gelingen bei den Seelen, die Gott ergeben sind.... Nur wo die Lieblosigkeit vorherrscht, dort wird er Triumphe feiern und sich ihnen als Gott vorstellen, und die Blindheit derer erkennt ihn an. Die Seinen aber schützet Gott vor dessen Einfluß, indem Er Seine Kraft ihnen vermittelt auch dann, wenn der Gegner Gottes dies verhindern will.... Er läßt ihnen Sein Wort zugehen und ist im Wort Selbst bei ihnen, Kraft und Gnade austeilend und segnend, die Ihm treu sind und Ihm dienen wollen. Denn eins tut not in der kommenden Zeit.... daß das göttliche Wort verbreitet wird, das Er Selbst den Menschen zugehen läßt und das Er mit Seiner Kraft gesegnet hat....
Amen
Vertaler