Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

Verschillende geestelijke richtingen – Onderzoek van de bronnen

De mensen voeren een strijd tegen elkaar, die veel erger is dan de wereldse gebeurtenissen op dit moment. Het zijn de verschillende geestelijke richtingen, waarvan de vertegenwoordigers des te halsstarriger strijden, naarmate hun meningen meer weerlegd worden. En deze voortdurende strijd tegen elkaar heeft alleen maar tot gevolg, dat een ieder verdrongen moet worden door Degene, Die alleen de waarheid is en Die de waarheid naar de aarde wil leiden. Want als de mensen zich voor een geestelijke richting inzetten, die niet met de waarheid overeenkomt, is dit een verwijderen van God als de waarheid Zelf.

Elke geestelijke strijd is alleen dan maar gerechtvaardigd, als de strijder kennis heeft. Dan moet hij ook opkomen voor dat, wat hij als waarheid herkend heeft. Elke vertegenwoordiger van zijn geestelijke richting gelooft kennis te hebben en daarom vindt hij het ook gerechtvaardigd om ervoor te strijden. Maar aan één ding schenkt de mens geen aandacht en dat is dat de oorsprong van zijn kennis doorslaggevend is voor de waarheid hiervan. Evenals de mensen niet dezelfde mening hebben, moet hun wijsheid ook uit verschillende bronnen komen. En deze bronnen zijn zodoende de eersten, die aan kritiek onderworpen moeten worden.

Piekeren en onderzoeken zijn meestal aan elke verworven opvatting voorafgegaan en piekeren en onderzoeken hebben verschillende resultaten opgeleverd. Zodoende kan piekeren en onderzoeken nooit de juistheid garanderen, maar de garantie voor de waarheid moet ergens anders gezocht worden. Zolang mensen verschillend denken, zijn ze nog ver van de eeuwige waarheid verwijderd, want allen moeten de waarheid vinden. Om hetzelfde te denken, moet echter ook de basishouding hetzelfde zijn. Dat wil zeggen dat de stellingname ten opzichte van God eerst onderzocht moet worden. Als de instelling ten opzichte van God goed is, dan moet ook het denken goed zijn, want God als de eeuwige waarheid zal het denken van de mensen goed leiden, als de mens Hem als de waarheid herkent en begeert.

De juiste instelling ten opzichte van God is dus een voorwaarde om juist te denken en zo kan enkel die mens in de waarheid staan, die God uit volle overtuiging in zijn hart aanvaardt. Hem aanvaarden doet de mens alleen maar, als hij het levende contact met Hem tot stand brengt. Als hij zichzelf als een volledig van Hem afhankelijk schepsel herkent en hij dan de vereniging met Hem begeert, dus zich met Hem zou willen verenigen, omdat hij de scheiding van Hem als een onaangename zaak tegen God ervaart. Dit geestelijk grondbeginsel is de eerste voorwaarde om juist te denken.

En overeenkomstig hiermee zal de mens ook in de waarheid staan. Dus is de kennis van de mens pas dan in te schatten, wanneer het verkregen werd in de diepe verbinding met God, die weer alleen maar tot stand gebracht kan worden, als de mens gelooft in een wezen, dat buitengewoon liefdevol, wijs en machtig is. Dat dus hoogst volmaakt is. Dit overtuigde geloof is een levendig aanvaarden van de eeuwige Godheid. Maar de liefde, wijsheid en almacht van God zullen voor de meest buitengewone dingen de verklaring zijn. Vanuit dit gezichtspunt bezien, zal alles voor mogelijk gehouden kunnen worden.

Maar de mens, die nog niet in de waarheid staat, zal al dát verwerpen, waarvan de in de waarheid staande mens de oorzaak in de goddelijke liefde, wijsheid en almacht vindt, omdat het geloof in een zo volmaakt wezen hem ontbreekt. Bijgevolg verbindt hij zich niet met dit wezen en kan hij niet door Hem onderwezen worden. En degenen die hem onderwijzen, zijn mensen, die niet boven menselijk dwalen verheven zijn. Hun meningen kunnen vermoedens zijn, maar nooit kunnen ze een uitspraak doen over onweerlegbare bewijzen. Veeleer zal het een in de waarheid staand mens makkelijk lukken om deze te weerleggen, omdat voor hem niets vreemd is en hij de diepste wijsheden binnengeleid wordt door de innige verbinding met God.

En zo zouden de mensen zich voor de verschillende geestelijke richtingen in moeten zetten, steeds moeite moeten doen om hun standpunt ten opzichte van God op te helderen en dan zal het blijken, wie zich het dichtste bij de waarheid bevindt, want onvermijdelijk zal deze daar zijn, waar het diepste geloof in God in de mens wortel geschoten heeft. Want deze mens staat in verbinding met God en deze kan zich ook als door God onderwezen beschouwen, zodra hij God Zelf om de waarheid vraagt, dus zijn kennis rechtstreeks van Degene in ontvangst neemt, Die de waarheid in Zichzelf is.

De wil tot God en het verlangen naar de waarheid zijn er een garantie voor, dat God Zelf Zich uit en de waarheid uitdeelt. En zodoende moeten de mensen elkaar niet bestrijden, maar onderzoeken en dan accepteren, wat hen innerlijk acceptabel lijkt. En als de wil tot de waarheid in de mens sterk ontwikkeld is, dan zal hij ook heel snel tot inzicht komen.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Peter Schelling

Diferentes direcciones espirituales.... Comprobando las fuentes....

Los humanos están librando una lucha entre sí que es mucho peor que lo que está sucediendo en el mundo en este momento. Estas son las diferentes direcciones espirituales cuyos representantes luchan con mayor obstinación cuanto más se refutan sus puntos de vista. Y esta continua lucha de unos contra otros sólo significa que cada una tiene que ser reprimido por Aquel, Que es el Único Que es la Verdad y que quiere guiar la verdad a la Tierra. Porque si los humanos defienden una dirección espiritual que no corresponde a la verdad, esto significa una separación de Dios como Verdad Misma. Toda lucha espiritual sólo se justifica si el combatiente se encuentra en la cognición. Entonces también debe defender lo que ha reconocido como verdad. Cada representante de su dirección espiritual cree que está en el conocimiento y por eso también se considera con derecho a luchar.

Pero hay una cosa que los humanos no tienen en cuenta.... que el origen de su conocimiento es decisivo para la verdad del mismo.... Tan pronto como los humanos no tienen la misma opinión, también deben suponerse distintas fuentes de su conocimiento. Y esta fuente es, por tanto, la primera que debe ser objeto de crítica. La reflexión y la investigación suelen preceder a cada punto de vista adquirida, y la reflexión y la investigación han producido resultados diferentes.... Así que la reflexión y la investigación nunca pueden garantizar la exactitud, sino que la garantía de la verdad debe buscarse en otra parte. Mientras que los seres humanos piensen de manera diferente, todavía estarán lejos de la Verdad Eterna, porque todos deben encontrarse en la verdad. Para poder pensar igual la actitud básica también debe ser la misma, es decir, la actitud hacia Dios debe ser revisada previamente.

Si la actitud hacia Dios es correcta, entonces el pensamiento también debe ser correcto, Porque Dios como Verdad Eterna guiará correctamente el pensamiento del hombre si éste Lo reconoce como verdad y lo desea. Por lo tanto, la actitud correcta hacia Dios es un requisito previo para pensar correctamente, y sólo aquel humano que afirma a Dios con plena convicción de su corazón puede estar en la verdad. Pero el humano sólo lo afirma cuando establece un contacto vivo con Él.... cuando él mismo se reconoce como una criatura completamente dependiente de Él y desea la unión con Él, es decir, quiere unificarse con Él, porque siente la separación de Él como una adversidad hacia Dios. Este fundamento espiritual es el primer requisito previo para pensar correctamente....

Y el hombre también se moverá en la verdad conforme a ello. Así que el conocimiento del hombre sólo puede ser evaluado cuando ha sido adquirido en le conexión profunda con Dios, que sólo puede restablecerse si el hombre cree en un ser extremadamente amoroso, sabio y poderoso que, por lo tanto, es extremadamente perfecto. Esta ve convencida es una afirmación viva de la Deidad Eterna.... Pero el amor, la sabiduría y la omnipotencia de Dios serán la explicación de las cosas más extraordinarias. Todo se considerará posible desde este punto de vista.

Pero el hombre que aún no está en la verdad rechazará todo lo que el hombre que está en la verdad basa en el amor, la sabiduría y la omnipotencia divinos, porque carece de fe en un Ser tan perfecto. En consecuencia, no se asocia con este Ser y no puede ser enseñado por Él.... Y quienes le enseñan son personas que no están por encima del error humano. Sus puntos de vista pueden ser conjeturas, pero nunca pueden ser una declaración de sabiduría irrefutable. Más bien, una persona que se mantiene firme en la verdad logrará fácilmente refutarla porque nada le es ajeno y es introducido a la sabiduría más profunda a través de su conexión íntima con Dios.

Y por eso los humanos que defienden diferentes direcciones espirituales siempre deberían primero hacer el esfuerzo de aclarar su posición acerca de Dios, y entonces quedará claro quién está más cerca de la verdad, porque inevitablemente será allí donde la creencia más profunda en Dios está enraizado en el hombre.... Porque este hombre está en unión con Dios, y también puede considerarse enseñado por Dios, tan pronto como se acerca a Dios mismo en busca de la verdad, es decir, recibe su conocimiento directamente de Aquel, Que es la Verdad en Sí Mismo. La voluntad de Dios y el deseo de la verdad son garantía de que Dios Mismo Se expresa y distribuye la verdad. Por lo tanto, los humanos no deberían pelear entre sí, sino examinar y entonces aceptar lo que consideran internamente aceptable. Y si la voluntad de la verdad está fuertemente desarrollada en una persona, el conocimiento le llegará muy rápidamente....

amén

Vertaler
Vertaald door: Hans-Dieter Heise