B.D.-Nr. 2263
De stem van God zal in de gehele wereld te horen zijn, opdat alle mensen de Heer van de schepping herkennen en Hem leren vrezen. Want Hij is wel een God van de liefde, maar waar er geen aandacht geschonken wordt aan Zijn liefde, daar zal Hij een strenge God zijn en met onverzettelijke stem tot de mensen spreken. En dan is er nog tijd om zich naar Hem toe te keren, want er volgt nog een korte tijd van genade op Zijn laatste waarschuwing, welke de mensen nog overvloedig kunnen gebruiken.
Deze tijd zal weliswaar bitter en hard zijn, want de mensen zullen gebrek moeten lijden en zich aan moeten passen aan de nu optredende levensomstandigheden. Ze zullen genoegen moeten nemen met een karig leven, dat weinig genietingen en des te meer moeite en werk zal geven. En ze zullen geloven zo’n leven niet aan te kunnen en elk houvast verliezen, als ze deze niet in God vinden.
En dan zullen de mensen zich weer scheiden in zulke, die door het nadenken over hun toestand dichter bij God komen en degenen, die dan elk geloof laten vallen en alles verloochenen, wat met God en het geestelijk leven samenhangt. Maar ter wille van de weinigen die de weg naar God nog vinden, is deze tijd van genade nog aan de aarde gegeven. En het gaat in vervulling, zoals het geschreven staat.
En de geesteloze wereld strijdt nu tegen de weinige gelovigen om hen van hun geloof af te brengen en ze gebruikt elk middel om haar doel te bereiken. Want ze ziet in het geloof in God een hindernis, een belemmering voor haar schandelijke plannen, die weer ten uitvoer gebracht moeten worden tot het herstel van de oude levensomstandigheden.
En zodoende wil de wereld, dat wil zeggen de mensen die de wereld toegedaan zijn en enkel wereldse rijkdom en genot nastreven, elk geloof uitroeien en voor haar is elk middel daartoe juist. Ze ontneemt de gelovigen elk voedsel en ontzegt hen de rechtsbijstand. Ze strijdt wreder tegen hen, dan een vijand tegen de ander en probeert hen daardoor tot afvalligheid van het geloof te brengen.
En dat is de tijd, waarin God hoge eisen stelt aan het geloof van de mensen. Waar het geloof de proef moet doorstaan en grote dingen zal bewerkstelligen. Want God laat Zijn gemeente niet in de steek. Hij staat haar in deze grote nood bij en Hij zal haar goed verzorgen, zolang ze maar gelovig op Hem vertrouwt. En degenen, aan wie alles ontnomen wordt, worden vaak op wonderbaarlijke wijze gesterkt. Ze zullen de kracht rechtstreeks uit God krijgen en ze zullen deze uit het woord van God putten, dat ook in deze komende tijd, die wel grote eisen stelt aan het geloof van de mensen, maar ook overvloedig is in genade, de krachtbron zal blijven. Want Gods macht, kracht en liefde zullen zichtbaar worden.
Amen