Aeons have passed by already and aeons will yet pass, and there will still be creations in the universe, because infinitely many once-fallen spirits are still awaiting their salvation, because innumerable spiritual beings, hardened in their substance, are still waiting for their transformation into matter and the higher development of all these spiritual substances requires eternities until they have become a self-aware being again which can conclude its development but which can also fail, and this requires an infinitely long time once more until its ultimate spiritualisation. You humans will wonder why I, the Eternal Divine Spirit, the Creator and Lord of everything in existence, resolved to undertake such an activity in infinity in the first place, why I created spirits and did not prevent them from falling into the abyss, from revolting against Me and, in a manner of speaking, becoming opposed to Me.... and why I want to change the attitude of these spirits in My favour again.... And you will ask yourselves what motivated Me to let countless creations arise, which are basically these fallen spirits.... And I will have to keep giving you the same answer, that both the creation of perfect beings as well as the rescue of the beings which became imperfect was motivated by My infinitely profound love and that My unsurpassed wisdom also devised a plan by which I will achieve My goal one day.... that My unlimited power was able to bring anything I wanted into existence, that no restrictions exist for Me and this awareness is My whole bliss which I would like to share with other beings, but then they must also have the same nature as I have Myself. All My reign and activity in infinity only serves the one purpose of educating My once 'created works' into true gods, into supremely perfect beings which, as My 'children', can create and work with Me and with the same will. Since I Am perfect no limitation exists for Me, which is the reason for the endless number of the created and of the fallen spirits and the infinitely long lasting periods of time these spirits require until they are what I Myself was unable to create: true children, My images, which work with inconceivable happiness in the spiritual kingdom. By forming a correct concept of Me and My Nature it must first of all also be clear to you that no limitation can exist for Me, otherwise I couldn't be called supremely perfect, since a limitation is always a sign of imperfection.... Neither time nor space is limited for Me, neither love nor wisdom and power....
And thus I will always and forever be active and nevertheless have a goal: the complete deification of all beings which were brought into life by Me. And this complete deification necessitates the created being's free will, which can join Me and My will but also oppose Me without being prevented. For only free will is true life.... without this free will everything is just a dead creation having emerged from My power but without the involvement of love and wisdom. For Love created beings for Itself which it wanted to please, and Wisdom drew up the plan of 'deifying' the 'created' beings.... Love gave 'life' to the being, for only free will signified life, whereas a being, were it forced to fulfil My will, would be and remain a dead being, which was certainly created in highest perfection but at a loss as to what to do with this perfection were it bound to comply with My will. In that case all created beings would only have been offshoots from Me and not something I externalised as independent beings, which could neither want nor act freely like I Myself.... And this, in turn, would have questioned My love and wisdom which, however, are the epitome of My Nature, the epitome of supreme perfection. The soul requires a degree of maturity in order to have knowledge of My act of creation, otherwise it would not be receptive for such knowledge, for it does not merely concern the information but also the understanding for the processes regarding the emergence of Creation as a whole as well as for the infinitely long time needed in order to complete the work of return.... And since you humans are unable to imagine infinite times and unlimited space you can only be given an indirect explanation. Nevertheless you should know that to Me a thousand years are like a day and that sooner or later the day of returning home into the Father's house will come for every being, even if eternities will still pass by, that the bliss will then make up a thousand fold for all previous states of torment and that this bliss, too, will never come to an end.... which you humans likewise cannot understand because you have only a limited thinking capacity.... but that you then will also love Me, your God and Creator, your Father of eternity, with all your heart, with all the sincerity you are capable of, and that you will also most eagerly take part in the redemption or beatitude of all beings which have not attained the final goal as yet. For then you will be driven to do so by love which will have reached a degree that you will be able to accomplish whatever you want. For then you will have completely entered into My will and thus have become gods, My children, which I will never ever lose again....
Amen
TranslatorAeonen zijn er al vergaan en aeonen zullen nog vergaan, maar altijd nog zullen er scheppingen zijn in het universum omdat van het eens gevallen geestelijke er nog oneindig veel wacht op verlossing, omdat nog ontelbare geestelijke wezens, verhard in hun substanties, verlangend wachten op hun verandering tot levende materie. De positieve ontwikkeling van al dit geestelijke vraagt eeuwigheden tot het weer tot ik-bewuste wezens geworden is, die nu hun ontwikkeling tot een (goed) einde kunnen brengen - maar evengoed is een falen mogelijk en dat vergt wederom eindeloze tijden om definitief te vergeestelijken.
U, mensen zult u nu afvragen, waarom IK als de eeuwige goddelijke GEEST, als Schepper en HEER van alles wat bestaat, MIJ eigenlijk zo'n werkzaam zijn in de oneindigheid heb voorgenomen, waarom IK geesten schiep en het niet verhinderde dat dezen in de diepte stortten, dat ze tegen MIJ opstonden en MIJ a.h.w. vijandig gezind werden - en waarom IK de gezindheid van al deze geesten weer op MIJ wil richten. En u zult u ook afvragen wat MIJ ertoe bewogen heeft talloze scheppingen te laten ontstaan, die, in de grond van de zaak, die gevallen geesten zijn.
En steeds weer zal IK u moeten antwoorden, dat Mijn eindeloos diepe Liefde MIJ zowel bewoog om volmaakte geesten te scheppen alsook om de onvolmaakt geworden geesten weer terug te winnen en dat Mijn niet te overtreffen Wijsheid ook een plan ontwierp waardoor IK Mijn doel eenmaal zal bereiken - dat Mijn onbegrensde Macht alles kon laten ontstaan, wat IK maar wilde en dat er MIJ daarom geen grenzen gesteld zijn - en dit bewustzijn Mijn gehele gelukzaligheid is, waaraan IK echter ook andere wezens zou willen laten deelnemen, maar dat dezen dan ook net zo geaard moesten zijn als IK Zelf.
En al Mijn besturen en werkzaam zijn in de oneindigheid dient alleen maar dit ene doel, uit de door MIJ eens geschapen werken ware goden te vormen - wezens in de hoogste staat van volmaaktheid, die nu als Mijn kinderen scheppen en werken kunnen met MIJ en vanuit dezelfde Wil.
Daar IK Volmaakt ben, bestaat er voor MIJ geen beperking en daarin is ook het eindeloze aantal van geschapen en van gevallen geesten en zijn ook de eeuwig durende tijden gegrondvest, die die geesten nodig hebben, tot ze dat zijn wat IK Zelf MIJ niet kan scheppen: ware kinderen - Mijn evenbeelden, die in onvoorstelbare zaligheid actief kunnen zijn in het geestelijke rijk.
Wanneer u, mensen u een juist denkbeeld vormt van MIJ en Mijn WEZEN, moet het u op de eerste plaats ook duidelijk zijn dat er voor MIJ geen beperking kan bestaan, anders zou IK niet hoogst Volmaakt genoemd kunnen worden, want beperking is altijd het kenmerk van het onvolmaakte. Voor MIJ is tijd noch ruimte begrensd, noch Liefde, Wijsheid en Macht en bijgevolg werk IK altijd en eeuwig en heb toch een doel: de totale vergoddelijking van alle door MIJ in het leven geroepen geestelijke wezens.
En deze vergoddelijking vereist de vrije wil van het geschapen wezen, en deze kan zich aansluiten bij MIJ en Mijn Wil, maar zich ook tegen MIJ verzetten, waar het wezen niet bij gehinderd wordt. Eerst de vrije wil is het ware leven - zonder deze wil zou alles slechts een dood werkstuk zijn, dat dan weliswaar ook uit Mijn Macht tevoorschijn kwam, maar waarbij Mijn Liefde en Wijsheid niet betrokken zouden zijn geweest. Want Mijn Liefde schiep Zich wezens die Zij gelukkig wilde maken en Mijn Wijsheid ontwierp het plan het geschapene te vergoddelijken.
De Liefde gaf het wezen het ,leven , want pas de vrije wil betekent leven, terwijl het wezen dat onder dwang Mijn Wil zou moeten vervullen, een "dood" wezen zou zijn en blijven - een werkstuk dat weliswaar hoogst volkomen geschapen was, maar met deze volkomenheid niets zou kunnen beginnen, wanneer het aan Mijn Wil gebonden zou zijn.
Dan zouden ook alle geschapen wezens slechts afsplitsingen van MIJ geweest zijn, maar niets dat zelfstandig uit MIJ, buiten MIJ geplaatst was, dat ook vrij zou kunnen willen en handelen zoals IK Zelf En dat zou weer aan Mijn Liefde en Wijsheid hebben laten twijfelen, Die echter het wezenlijke van Mijn WEZEN, het alles omvattende begrip van de hoogste volmaaktheid zijn.
Het op de hoogte zijn van Mijn scheppingsdaad, vereist al een zekere graad van rijpheid van de ziel, die anders nog niet in staat zou zijn zo'n weten op te nemen, want het gaat niet alleen om het weten ervan, maar om het begrijpen van processen die het hele ontstaan van de hele schepping betreffen, alsmede ook van de eindeloze tijden die nog nodig zijn om het werk van het terugvoeren ten einde te brengen.
En omdat u, mensen u geen voorstelling kunt maken van eindeloze tijden en onbegrensde ruimte, kan zo daarover ook maar indirect uitsluitsel worden gegeven. U moet echter nochtans weten dat voor MIJ duizend jaar zijn als een dag en dat eens voor ieder wezen dat van MIJ is uitgegaan, de dag komt om terug te keren in het VADERhuis - en of daar ondertussen nog eeuwigheden vergaan - dat de zaligheid dan duizendvoudig opweegt tegen alle daaraan voorafgegane toestanden van kwelling en ook deze zaligheid geen einde zal krijgen, wat u, mensen echter eveneens nog niet begrijpen kunt, omdat u alleen maar in staat bent beperkt te denken, dat u dan echter ook MIJ Zelf, uw GOD en Schepper, uw VADER van eeuwigheid zult liefhebben uit heel uw hart, met alle innigheid waartoe uw wezen in staat is en dat u aan de verlossing, ofwel het zalig worden van alle wezens die het laatste doel nog niet bereikt hebben, met totale ijver zult deelnemen. Want de liefde drijft u ertoe, die dan ook een zodanige graad bereikt zal hebben, dat het u mogelijk is alles te realiseren wat u wilt. Want dan is uw wil geheel in de Mijne binnengegaan en bent u dus tot goden geworden, tot Mijn kinderen, die IK eeuwig niet meer verliezen zal.
Amen
Translator