• Terug

De laatste woorden van Jezus aan het kruis

Ik wil u altijd geven wat u begeert. U zult alleen maar op de stem in u acht hoeven te slaan en die zal u naar waarheid onderrichten, omdat Ik wil dat u vast in de waarheid staat en een duidelijk beeld verkrijgt: mijn kruisdood heeft u mensen verlossing gebracht, hij heeft uw vroegere zondenschuld teniet gedaan. Ik heb als mens Jezus de grootste kwellingen op Me genomen en het bitterste sterven was mijn lot. Doch daar Ik als "God" niet kon lijden, betrok Ik een menselijk omhulsel dat in staat was te lijden en ook de wil opbracht voor Zijn medemensen te lijden om mijn gerechtigheid genoegdoening te schenken, om voor Zijn gevallen broeders de weg naar Mij vrij te maken. Maar het was diens vrije wil. Hij werd niet door de Godheid die in Hem was gedreven tot Zijn offer dat Hij Mij brengen wilde, ofschoon de Liefde, die Ik zelf was, reden geweest is, dat Hij deze wil opbracht. Maar Ik zelf oefen geen enkele dwang uit op de wil van een mens en mijn liefde dwingt ook niet. Maar wie de liefde heeft, kan niet anders dan ze laten uitstralen. En zo ook straalde de mens Jezus de liefde uit en daarmee wilde Hij de mensheid alleen maar gelukkig maken. Dus wilde Hij ook steeds alleen datgene, wat de medemensen hielp zalig te worden. De wil van de mens Jezus was vrij. Maar Hij had zich geheel aan Mij en mijn wil ondergeschikt gemaakt. En zo kwam het, dat Zijn wil niet anders gericht kon zijn dan de mijne. Want de liefde in Hem was zo sterk, dat ze zich had verenigd met de eeuwige Liefde, die Ik zelf was. Dus was Ik zelf in Hem en Ik zelf volbracht in Hem het verlossingswerk.

En toch moest de mens Jezus de laatste beslissing zelf treffen, toen Hij de zwaarste gang aanvaardde, de weg naar het kruis. En ofschoon Ik als de eeuwige Liefde in Hem was, trok mijn geest die God is, zich terug, dat wil zeggen de liefde, de geest, dwong Hem niet zo te handelen. Hij hield zich stil en liet de mens Jezus schijnbaar alleen in Zijn worsteling. En dit was het zwaarste, dat de mens Jezus zich alleen voelde in Zijn nood en toch de weg ging tot het einde. Hij was niet alleen, want eeuwig zou Ik Me niet kunnen scheiden van Hem, die met Mij één was geworden. Maar Ik uitte Me niet meer, omdat een overgroot menselijk lijden en gemarteld worden nodig was om de mensheid te bevrijden van de oer-schuld die de mens Jezus bereidwillig op zich nam. En daarom is het zoenoffer een werk van de barmhartigste liefde geweest, dat ooit op aarde werd volbracht. En deze martelingen hielden aan tot Zijn dood aan het kruis en deden Hem de woorden uitroepen: "Mijn God, mijn God, waarom hebt U Me verlaten?" Ik was in Hem, maar Ik uitte Me niet. Maar het was alleen nog het lichaam dat leed, tot Zijn ziel Mij herkende, toen Hij riep "Het is volbracht" en "Vader, in Uw handen beveel Ik mijn geest".

Het lichaam had geleden tot en met het einde en Ik moest Me in deze uren terugtrekken, daar anders Zijn al vergeestelijkte ziel ook het lichaam ongevoelig zou hebben gemaakt voor pijn, omdat de geest uit Mij niet lijden kan. En de mens Jezus had de vergeestelijking van ziel en lichaam al bereikt door Zijn levenswandel op aarde. Maar de zin en het doel van Zijn gang over de aarde was het delgen van de zondenschuld, dat alleen door een ontzaglijk grote mate van lijden mogelijk was. Daarom dus, dat de Godheid terug trad en de "mens" Jezus overliet aan Zijn beulen, die in opdracht van mijn tegenstander waarlijk het schandelijkste werk uitvoerden, omdat Jezus het zelf zo wilde. Want Zijn ziel had zich zelf aangeboden om naar de aarde af te dalen, om voor Zijn gevallen broeders het zoenoffer te brengen, vlees aan te nemen om juist dat onmetelijke lijden en gemarteld worden op zich te nemen, omdat alleen een mens in staat was te lijden. En Ik nam het offer aan, want de liefde bracht het, die nooit mag worden geweerd. En de liefde bleef in Hem tot aan Zijn dood, al liet ze ook haar kracht niet meer voelen. Dus moest Ik zelf ook in Hem zijn geweest, ook wanneer Ik Me stilhield, opdat het verlossingswerk zijn bekroning beleefde: dat een mens zich liet kruisigen voor Zijn medemensen, dat Hij waarlijk een offer bracht dat Ik als werk van verzoening aannam voor de zondenschuld van de hele mensheid. Geen goddelijke kracht heeft Hem het offer lichter gemaakt, omdat de Liefde zelf zich stilhield, ofschoon Ze totaal van de mens Jezus bezit had genomen.

En dit is ook een mysterie dat u mensen nog niet zult kunnen begrijpen. Het was het diepste leed dat de mens Jezus moest doormaken: zich alleen en verlaten te voelen. En juist dit leed heeft de schuld teniet gedaan, die ieder wezen op zich had geladen toen het Mij verliet, die hen allen mijn hele liefde schonk, die ze afwezen. De mens Jezus moest door dit bovenmate grote leed heengaan en daarom waren zijn woorden: "Mijn God, mijn God, waarom hebt U Mij verlaten?" Maar u mensen zult nooit de grootte van het verlossingswerk kunnen beseffen, zolang u op aarde bent. Maar eens zullen u de schellen van de ogen vallen en u zult Mij loven en prijzen zonder ophouden. Want dit werk van verlossing gold u allen. U allen moogt deelnemen aan de genaden van het werk van verlossing en voor u allen werd de weg naar Mij vrij door het werk van verlossing.

Amen

Las últimas Palabras de Jesús en la cruz

Yo siempre quiero facilitaros lo que vosotros pidáis .... Para eso sólo debéis escuchar a vuestra Voz interior y esta os enseñará conforme la Verdad; porque Yo quiero que vosotros os halléis en la Verdad y que obtengáis una idea clara: A vosotros los seres humanos mi Muerte en la cruz os ha traído la Redención, borrando vuestra antigua culpa del pecado original. Yo como Hombre Jesús me he cargado con los mayores tormentos, y mi destino fue el padecer la muerte más amarga .... Pero como Yo, siendo Dios, no podía sufrir, tomé morada en una envoltura humana que, por supuesto, podía sufrir, y que también reunió la voluntad de sufrir por los semejantes del Hombre Jesús - para satisfacer mi Justicia, y así abrir a sus hermanos caídos el camino hacia Mí.

Sin embargo, Jesús actuó libremente. Él no fue obligado por la Divinidad que se hallaba en Él que realizase el Sacrificio que me quería ofrendar de esta manera, aunque el Amor –que era Yo mismo– fue el motivo por el cual Él había reunido esta Voluntad. Pero Yo mismo nunca ejerzo presión sobre la voluntad de un ser humano y tampoco mi Amor obliga. Pero aquel que tiene el Amor no puede menos de hacer que irradie .... Y así también el Hombre Jesús irradiaba el Amor, pues con esto Él quería deleitar la humanidad. De este modo Él siempre sólo quería lo que a los semejantes hacía inmensamente felices .... La Voluntad del Hombre Jesús era libre. Sin embargo, Él se había subordinado completamente a Mí y a mi Voluntad. Así resultó que su Voluntad no podía ser diferentemente orientada que la Mía.

El Amor en Él era tan fuerte que se había unido con el Amor eterno, El que era Yo mismo .... De modo que Yo mismo estaba en Él, y Yo mismo en Él llevé a cabo la Obra de Redención. A pesar de todo esto, el Hombre Jesús tuvo que tomar la última decisión Él mismo, cuando dio el paso más conflictivo: el camino hacia la cruz .... Y a pesar de que Yo, el Amor eterno, me haya hallado en Él, mi Espíritu divino se retiró; es decir, el Amor eterno ya no Le empujaba a actuar, pues se mantuvo quieto, y aparentemente dejó al Hombre Jesús solo en su Agonía. De modo que para el Hombre Jesús lo más conflictivo de todo fue que en sus apuros se sentía totalmente solo .... y aun así recorrió el camino hasta el final .... Pues Él no estaba solo, porque Yo nunca ya habría podido separarme de El que se había hecho Uno conmigo. Pero Yo ya no me manifestaba, porque para la expiación del pecado original hacía falta un exceso de dolores y sufrimientos humanos con los que el Hombre Jesús se cargó voluntariamente, por lo que el Sacrificio de Expiación fue la Obra de Amor más misericordiosa que ha sido realizada en la Tierra.

Estos sufrimientos duraron hasta su Muerte en la cruz y le hicieron exclamar las palabras: “¡Dios Mío, Dios Mío!, ¿por qué me has abandonado?”. Yo estaba en Él, pero no me manifesté. Era únicamente el cuerpo que todavía sufría hasta que su Alma volvió a reconocerme, cuando Él exclamó: “¡Todo está consumado!”, y “Padre, ¡encomiendo mi Espíritu a tus Manos!”. El cuerpo sufrió hasta el final, y durante aquellas horas Yo tuve que retirarme, porque de lo contrario su Alma ya espiritualizada habría hecho que también el cuerpo se habría quedado insensible al dolor, porque el Espíritu de Mí no puede sufrir .... Y el Hombre Jesús ya había alcanzado la espiritualización del Alma y del Cuerpo, debido a su conducta en la Tierra. Pero el motivo y la meta de su recorrido terrenal fue la Redención de la culpa del pecado, lo que sólo era posible mediante enormes sufrimientos y dolores. Por eso la Divinidad se retiró y entregó al Hombre Jesús a sus verdugos, los que realmente cumplieron con la obra más infame por cuenta de mi enemigo, porque Jesús mismo así lo quiso ....

Porque su Alma ella misma se había ofrecido para bajar a la Tierra para consumar la Expiación del pecado por sus hermanos caídos; pues se había ofrecido a vestirse con la carne para cargarse precisamente con aquellos inmensos dolores y sufrimientos, porque solamente el ser humano era capaz de sufrir. Y Yo acepté este Sacrificio, dado que aportó el Amor al que nunca debe ser rechazado un Acto. Y el Amor permaneció en Él hasta que Él murió, aunque ya no permitió que su Fuerza siguiera surtiendo efecto.

De modo que también Yo mismo tengo que haber estado en Él, a pesar de que Yo me haya mantenido inactivo para que la Obra de Redención podía culminar: que un Ser humano se dejara crucificar por el bien de sus prójimos .... que Él hizo un Sacrificio real que Yo acepté como Expiación del pecado de la humanidad entera. Ninguna Fuerza divina le había facilitado el Sacrificio, porque incluso el Amor mismo permaneció inactivo, a pesar de que había tomado posesión total del Hombre Jesús. He aquí hay otro misterio que vosotros los seres humanos aún no podéis comprender ....

Fue el mayor Sufrimiento que el Hombre Jesús tuvo que soportar: sentirse solo y abandonado .... Pero precisamente este Sufrimiento expió la culpa con la que cada ser se había cargado cuando me abandonó - siendo Yo El que les había regalado todo mi Amor que ellos rechazaron. El Hombre Jesús tuvo que pasar por este inmenso Sufrimiento, por lo que exclamó: “¡Dios Mío, Dios Mío!, ¿por qué me has abandonado?”.

Mientras vosotros permanezcáis en la Tierra nunca podréis evaluar la dimensión de la Obra de Redención. Pero vendrá el día en que se os abrirán los ojos, y me elogiaréis y alabéis sin cesar. Porque esta Obra de Redención estaba destinada a todos vosotros, de modo que todos podéis participar en las Bendiciones de la Obra de Redención, la que os abrió el camino para volver a Mí.

Amén