Die zich in het Licht bevinden, hoeven de duisternis niet te vrezen. En zo hoeven de dragers van Mijn waarheid niet te vrezen voor het doen en laten van duistere krachten, voor hun besluiten en maatregelen, hoewel ze geboren zijn in diepste haat, ofschoon ze als dreigende spoken op het gemoed van de mens inwerken.
De Lichtdragers zullen ongehinderd blijven, want ze staan onder Mijn bescherming. En IK zal u waarlijk een betrouwbare geleide geven, al gaat u temidden van duivels. Want de duisternis verdrijft het heldere licht niet dat u omstraalt, dat weliswaar niet voor het menselijk oog zichtbaar is, maar waar het lage geestelijke voor vlucht, omdat het in het licht ook hun HEER herkent met WIE ze niet in contact willen komen.
Daarom kan een Lichtdrager zonder vrees diegenen tegemoettreden die hem kwaad willen doen, bij hun voornemen zal hij ze van de wijs brengen, ze zullen ervan afzien, al is het onder bedreigingen en verwensingen, want ze voelen zijn overwicht ofschoon ze die aards niet willen erkennen. Want ook veel Lichtwezens staan een Lichtdrager bij in zulke zware levensomstandigheden, omdat ze een missie die uitermate dringend is, niet in gevaar willen laten brengen door de wil van mensen die door de tegenstander worden beheerst.
Als IK MIJ Zelf arbeiders uitkies voor deze dringende missie, dan is het hele lichtrijk bezield door de wil deze arbeiders te beschermen, omdat Mijn Wil alle wezens doorstroomt die deel uitmaken van Mijn rijk. En de kracht van die wezens is waarlijk sterker dan de krachten der duisternis, ook al blijkt dit aards niet zo.
Maar de Lichtdragers zelf moeten weten dat ze onaantastbaar zijn voor de MIJ vijandig gezinde krachten. Ze moeten daarom geen vrees hebben, er is om hen een beschermende kring getrokken, waarvoor ieder duister wezen terugschrikt, wil het MIJ Zelf niet uitdagen. Pas wanneer de missie van de lichtdrager is vervuld, wanneer het uur van zijn sterven is gekomen, hef IK deze beschermende kring op, maar tot oordeel en tot eeuwige verdoemenis van degeen die hem doorbreekt, maar voor de Lichtdrager zelf tot verhoogde gelukzaligheid.
Zolang hij op aarde in Mijn opdracht werkt, kan hij zich temidden van duivels wagen en hun het zondige van hun praktijken voorhouden. Ze zullen hem niet kunnen doden, omdat hij door MIJ is gezonden, Mijn dienaar, Mijn bode die het zuiver geestelijke aan de aardsgezinde mensen overbrengt om hen weg te trekken van de afgrond, van het verderf.
En dit weten moet hem moed en kracht geven, hij moet geloven in MIJ en Mijn Woord en voortdurend zeker zijn van Mijn tegenwoordigheid, zolang hij MIJ dient en met ijver zijn ambt uitoefent, zolang hij bereid is Mijn evangelie (van de liefde) uit te dragen in de wereld - de medemensen het Licht te brengen dat hij van MIJ Zelf heeft ontvangen.
De aarde ligt in diepste duisternis en moet verlicht worden om de mensen op aarde de juiste weg te laten vinden. En waar zo'n Licht schijnt, zal zich nooit datgene ophouden wat het licht schuwt, veeleer zal het de lichtschijn ontvluchten.
Maar in de geestelijke wereld is het Licht doordringend, het schijnt niet verborgen en zal daarom steeds door de wezens der duisternis als Licht worden gevoeld, maar niet begeerd, om welke reden elke lichtschijn wordt ontvlucht, omdat ze het licht niet kunnen doven, maar zijn schijnsel hun kwellingen bezorgt.
Want achter iedere Lichtdrager sta IK als Oerbron van het Licht - en waar IK ben is waarlijk de macht van het boze gebroken.
Amen
VertalerCeux qui se trouvent dans la Lumière, ne doivent pas craindre l'obscurité. Et les ouvriers de Ma vigne ne doivent pas craindre l’action des forces obscures, leurs dispositions et leurs mesures, bien qu’elles soient nées dans la plus profonde haine, bien qu’elles agissent sur les esprits des hommes comme des fantômes menaçants. Les porteurs de Lumière resteront épargnés, parce qu’ils sont sous Ma Protection. Et Je vous donnerai en Vérité une escorte sûre même si vous marchez au milieu des diables. Parce que l'obscurité ne repousse pas la claire Lumière qui rayonne autour de vous, bien qu’elle ne soit pas visible à l'œil humain, et que le spirituel bas la fuit, parce que dans la Lumière il reconnaît son Seigneur, avec lequel il ne veut pas être en contact. Donc un porteur de Lumière peut affronter sans crainte ceux qui veulent lui faire du mal, il les confondra dans leur but, ils se désisteront, même sous les menaces et les malédictions ; parce qu'ils perçoivent sa supériorité, bien qu’ils ne veulent pas la reconnaître d’un point de vue terrestre. Parce qu'un porteur de Lumière est assisté par beaucoup d'êtres de Lumière dans sa difficile situation de vie, parce qu'il n’est pas permis à une volonté humaine régie par l'adversaire de compromettre une mission qui est très urgente. Si Moi-même J'élis des ouvriers pour cette mission urgente, alors tout le Royaume de la Lumière est animé de la volonté de protéger ce travail, parce que Ma volonté coule dans tous les êtres qui appartiennent à Mon Royaume. Et la Force de ces êtres est vraiment plus forte que les forces de l'obscurité, même si cela ne se manifeste pas d’une manière terrestre. Mais les porteurs de Lumière eux-mêmes doivent savoir qu'ils sont intouchables par les forces qui Me sont opposées. Donc ils doivent être sans peur, autour d'eux est tracé un cercle prohibé, devant lequel chaque être obscur recule, parce qu’ils ne veulent pas Me provoquer. Seulement lorsque la mission du porteur de Lumière sera accomplie, lorsque sera venue l'heure de son décès, ce cercle interdit sera dissous, mais pour le Jugement et l'éternelle damnation de celui qui aura voulu le briser et pour la plus grande béatitude du porteur de Lumière lui-même. Tant qu’il œuvre sur la Terre sur Mon Ordre, il peut oser se rendre au milieu des diables et leur montrer l’iniquité de leur action. Ils ne pourront pas le ruiner, parce qu'il est Mon émissaire, Mon domestique, Mon messager, lequel transmet du pur spirituel aux hommes terrestres, pour les arracher de l'abîme de la ruine. Et ce savoir doit lui donner du courage et de la Force, il doit croire en Moi et en Ma Parole et toujours être certain de Ma Présence tant qu’il Me sert avec ferveur et qu’il exerce sa fonction, tant qu’il est prêt à porter Mon Évangile dans le monde, à porter au prochain la Lumière qu’il a reçue de Moi-Même. La Terre git dans l'obscurité la plus profonde et doit être éclairée, pour faire trouver aux pèlerins terrestres la voie juste. Celui qui craint la Lumière ne s'arrêtera jamais là où brille une telle Lumière, mais il fuira la lueur de la Lumière. Mais dans le monde spirituel la Lumière est pénétrante, elle ne brille pas voilée et donc elle sera toujours perçue par les êtres de l'obscurité comme une Lumière, mais elle n’est pas désirée, c’est la raison pour laquelle ils fuient chaque lueur de Lumière, parce qu'ils ne peuvent pas éteindre la Lumière, mais sa lueur leur prépare des tourments. Parce que Je Suis derrière chaque porteur de Lumière comme Source d’Ur de la Lumière, et là où Je Suis, là le pouvoir du mal est vraiment cassé.
Amen
Vertaler