Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

Gedachtenactiviteit van een ongelovige en een verandering

De gedachtenactiviteit van een ongelovig mens levert geheel andere resultaten op, dan die van een gelovige. Meestal beweegt het denken van de eerste zich alleen maar binnen het aardse bereik, want hoe ongeloviger de mens is, des te meer is hij met de wereld en haar goederen verbonden. De gedachten aan iets bovenaards komen niet bij hem op en als deze dichter bij hem gebracht worden, wijst hij deze als fantasie af. Voor hem zijn ze ook niet acceptabel, want hij beschouwt de wereld als een vanzelfsprekendheid, die geen ander verband met de afzonderlijke schepselen heeft dan dat, dat de mens van alle genoegens hiervan gebruik maakt en het grootst mogelijke genot en voordeel daaruit zal trekken.

Deze instelling maakt hem geheel onbekwaam om zich naar geestelijke gebieden te verplaatsen en zulke mensen is ook moeilijk een andere opvatting over het leven op aarde bij te brengen. Zin en doel van dit leven blijven voor hen enkel een toenemend welbehagen voor het lichaam en een onbeperkt levensgenot.

En toch laat God ook deze mensen niet zonder waarschuwing, doordat Hij het lichaam vaak zo zwak maakt, dat ze daaraan herkennen, dat een macht, waartegen ze niet opgewassen zijn, tegen hen opstaat. Weliswaar proberen ze ook dit als een natuurlijk gebeuren te verklaren en dan moeten ze sterkere aanwijzingen krijgen in de vorm van ander leed en ellende, waarbij ze niet in staat zijn om deze op eigen kracht uit te bannen.

Het levenslot van de afzonderlijke mens kan niet naar believen door hem gevormd worden. Aards geluk is niet af te dwingen en ook over leven en dood kan de mens niet beslissen en zodra hij nu ernstig bedreigd wordt, beseft hij zijn volledige machteloosheid. En nu speelt hij met de gedachten aan een hogere macht, Die Zich daardoor kenbaar wil maken. En pas dan zwerven zijn gedachten in de geestelijke wereld rond en dat al naar gelang zijn instelling tegenover zijn medemensen.

Een mens, die enkel eigenliefde heeft, komt moeilijk tot inzicht. Maar de mens, die zich niet geheel voor zijn medemensen afsluit, die deelt neemt en hen, ofschoon ook alleen maar in de geringste mate, helpt, zal gemakkelijker tot het besef van de eeuwige Godheid komen. Maar er is langere tijd nodig, voordat een volledig ongelovig mens zich een andere opvatting eigen maakt en het is een genade voor zulke mensen, als hen een lang aards leven ten deel valt, dat hen toch nog een verandering van hun denken kan brengen. Want als de lichamelijke krachten beginnen af te nemen, is ook het verlangen naar de wereld en haar goederen aan het afnemen en dan proberen de lichtwezens ingang te vinden en via de gedachten in te werken en de wil om af te wijzen is niet meer zo sterk.

Want er behoort dan een totale ommekeer van zijn leefwijze bij, als hij zijn geestelijk gebrek nog op aarde goed wil maken en de noodzakelijke rijpheid van de ziel wil bereiken. De hulp van God staat hem daartoe altijd ter beschikking en de mens kan alles, als hij maar wil.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Peter Schelling

Thought activity of an unbeliever and transformation....

The mental activity of an unbeliever produces completely different results than that of a believer. For the most part, the former's thinking only moves in the earthly realm, for the more unbelieving a person is, the more he is connected to the world and its goods. Thoughts of something supernatural are so far removed from him, and if they are brought to him, he rejects them as fantasy; they are also unacceptable to him, for he regards the world as a matter of course that has no other connection with the individual creatures than that man should make use of all its comforts and derive the greatest possible enjoyment and advantage from it. This attitude makes him completely incapable of thinking his way into spiritual areas, and such people can hardly be taught a different view of life on earth. The aim and purpose of this remains for them only increased well-being of the body and unrestricted enjoyment of life. And yet God does not leave these people without warnings either by often weakening the body in such a way that they recognize from it that a power against which they are unable to stand is opposing them.... Admittedly, they also try to explain this to themselves as a natural phenomenon, and then they must receive stronger indications in the form of other suffering and misery which they are unable to banish by their own strength. The fate of an individual's life cannot be arbitrarily shaped by him, earthly happiness cannot be forced, and man cannot decide on life and death either, and as soon as he is seriously threatened he recognizes his complete powerlessness. And now he plays with the thought of a higher power that wants to make itself recognizable. And only then do his thoughts wander into the spiritual world, depending on his attitude towards his fellow human beings. A person who only has selfish love will hardly attain realization, but a person who does not completely isolate himself from his fellow human beings, who takes an interest in them and supports them, even if only to a small extent, will more easily come to recognize the eternal divine, only it will take a longer time before a completely unbelieving person acquires a different view, and it is a blessing for such people if they are granted a long earthly life which can still bring about a change in their thinking. For when the body's strength begins to diminish, the desire for the world and its possessions will also diminish, and then the beings of light will try to enter and have an effect mentally and the will to reject will no longer be so strong. But then a complete change of lifestyle is necessary if he still wants to make up for his spiritual deficiencies on earth and attain the necessary maturity of soul. God's help is available to him at all times and the human being can do anything if he only wants to....

amen

Vertaler
Vertaald door: Doris Boekers