• Terug

Onwrikbaar geloof – Voorbereiding op de komende tijd

Het ware geloof vraag niet naar bewijzen en blijft toch onwrikbaar, want de stem van het hart vertelt hem, dat hij zich niet vergist en het dus geen bewijs nodig heeft. En zo’n geloof zal niet wankel worden, ofschoon de tegenstander nog zo zeer aan hem rammelt. De mens zal noch gaan twijfelen, noch zich van weg laten trekken van wat het geloof hem leert. Daarentegen zal hij zijn medemensen sterken in hun nog zwakke geloof en met volle overtuiging opkomen voor dat, wat hij als goddelijke waarheid herkend heeft.

En zo zal het geloof van dien aard zijn, dat alle krachten van de onderwereld hun activiteiten zullen ontplooien en tegen het geloof zullen strijden. Dan zullen ze een sterk verzet ondervinden van deze gelovigen, die trouw naast de Heer staan. En op dit verzet zullen ze stuklopen. Dat wil zeggen dat de gelovigen de overwinning zullen behalen.

De Heer wijst op deze tijd met de woorden: “Wie in Mij gelooft, zal het eeuwige leven hebben”. Ze zullen de dood overwinnen. Ze zullen sterker zijn dan de tegenstander, want ze geloven immers in Degene, Die hun deze belofte gedaan heeft. Ze geloven in Jezus Christus, de Zoon van God en de Verlosser van de wereld. Bijgevolg staat Deze hen ook bij in elke aardse en geestelijke nood, want zo beloont Hij de liefde en het geloof van Zijn schepselen, die Hem als hun Schepper erkennen. Hij vervult hen met Zijn liefde en met Zijn kracht en deze is in staat om de mens diep gelovig te maken. Zodoende komt de mens door zijn diepe geloof tot liefde voor God en hierdoor weer aan kracht en genade.

Daarom moet de mensen de zegen van het ware geloof gepredikt worden, want dit zullen ze de komend tijd nodig hebben. En zalig zijn degenen, die dan het ware geloof hebben, want ze zullen de wereld niet vrezen, maar wel van de goddelijke macht, kracht en liefde overtuigd zijn en daarom altijd van die Ene weten, Die Zich in elke nood over hen ontfermt en Die hen helpen zal in de strijd, die ter wille van het geloof ontbranden zal. Een strijd, die van het grootste belang is. Die met alle middelen gevoerd moet worden en in zowel geestelijk opzicht alsook aards talloze offers zal eisen.

En God bereidt deze strijd Zelf voor. Van tevoren sterkt Hij die mensen, die Hem hun liefde en trouw bekendmaken. Hij kondigt hun de tijd aan en maakt hun de tekenen bekend, die aan de geloofsstrijd vooraf zullen gaan. Want het is Zijn wil, dat de gelovigen zich op deze tijd voorbereiden en om een sterk geloof vragen en worstelen. En daarom geeft Hij hun de kracht door Zijn woord. Hij brengt Zichzelf zo in hun nabijheid, dat ze Hem voelen en hun geloof daardoor sterker gemaakt wordt. En Zijn geest doorstroomt hen en geeft hun er kennis van, dat alles gebeurt ter wille van de mens en dat, wat komt, ook verdragen moet worden, omdat het onafwendbaar is.

De wil om te geloven moet aanwezig zijn. Dan hoeft de mens niet te vrezen, dat de kracht hem zou kunnen ontbreken, als deze geloofskracht vereist is. Want dan is God bij ieder afzonderlijk persoon, die Hem roept en Hij brengt hem hulp in zijn nood. Maar een overtuigd geloof doet niet angstig en moedeloos zijn, maar moedig en sterk. De mens stuurt wel zijn gedachten vragend en vertrouwend tot God, maar hij twijfelt er niet aan, dat hem hulp geboden wordt, want hij weet zich beschermd door de belofte van Christus: “Wie in Mij gelooft, die zal het eeuwige leven hebben”.

Maar de gelovige mens hecht geen grote waarde aan het aardse leven en streeft alleen maar naar het eeuwige leven. En hij is zeker van elke aardse hulp door God, want hij legt zijn leven en zijn lot in Gods hand. Een waar geloof is er ook toe in staat om veel kracht te geven aan de medemens, want dat is er een getuigenis van, dat de mens alles gemakkelijker overwint en dus een aansporing voor degenen, die hem navolgen.

Amen

La fede irremovibile - La preparazione per il tempo in arrivo

La vera fede non chiede dimostrazioni e rimane comunque irremovibile, perché la voce del cuore gli dice che non sbaglia e di conseguenza non c’è bisogno di dimostrazioni. Ed una tale fede non vacillerà, per quanto l’avversario la voglia scuotere. L’uomo non avrà né dubbi, né si lascerà togliere uno jota di ciò che gli insegna la fede. Invece fortificherà i suoi prossimi nella loro fede ancora debole e si adopererà con piena convinzione per ciò che ha riconosciuto come divina Verità. E così dev’essere fatta la fede, quando tutte le forze del mondo inferiore svilupperanno il loro agire e combatteranno contro la fede. Allora devono trovare una forte resistenza in quei credenti che stanno fedeli per il Signore. E su questa resistenza si devono spezzare, cioè i credenti devono riportare la vittoria. Il Signore indica questo tempo con le Parole: “Chi crede in Me avrà la Vita eterna.... “, vinceranno la morte, saranno più forti che il potere opposto, perché credono appunto in Colui il Quale ha dato loro questa Promessa, credono in Gesù Cristo, il Figlio di Dio e Redentore del mondo. Di conseguenza Costui li assisterà anche in ogni miseria terrena e spirituale, perché Egli ricompensa l’amore e la fede delle Sue creature che Lo riconoscono come il loro Creatore. Egli li colma con il Suo Amore e con la Sua (Grazia) Forza, e questa può rendere l’uomo profondamente credente, quindi attraverso la profonda fede l’uomo giunge all’Amore di Dio ed attraverso questo di nuovo alla Forza e Grazia. Perciò agli uomini dev’essere predicata la Benedizione di una giusta fede, perché ne avranno bisogno nel tempo in arrivo. E beati coloro che allora staranno nella giusta fede, perché non temeranno il mondo, ma saranno bensì convinti della divina Potenza, Forza ed Amore e quindi sapranno sempre di Uno, il Quale Si prende cura di loro in ogni miseria e Che li assisterà nella lotta che s’infiammerà per via della fede. Una lotta che è della massima importanza, che verrà condotta con tutti i mezzi e che esigerà innumerevoli vittime in relazione spirituale come anche terrena. E Dio Stesso prepara questa lotta di fede, Egli fortifica dapprima gli uomini che Gli annunciano il loro amore e fedeltà, Egli annuncia loro il tempo e dà loro l’Annuncio di segni che precedono la lotta di fede. (04.07.1942) Perché è la Sua Volontà che i credenti si preparino a questo tempo e chiedano e lottino per una forte fede. Perciò Egli trasmette loro la Forza attraverso la Sua Parola. Egli Si porta loro così vicino che Lo sentono e perciò la loro fede viene fortificata. Il Suo Spirito fluisce attraverso loro e dà loro conoscenza che tutto avviene per via degli uomini e che ciò che arriva, deve anche essere portato, perché è inevitabile. Dev’esserci la volontà di fede, allora l’uomo non deve temere che gli possa mai mancare la Forza quando viene pretesa questa Forza di fede, perché allora Dio E’ con ogni singolo che Lo invoca e gli porta l’Aiuto nella sua miseria. Una fede convinta non teme e non indugia, ma è coraggiosa e forte, l’uomo manda bensì chiedendo e confidando i suoi pensieri a Dio, ma non dubita dell’Aiuto, perché si sà custodito attraverso la Promessa di Cristo: “Chi crede in Me, avrà la Vita eterna.... “ L’uomo credente però non valuta alta la vita terrena ed aspira solo alla Vita eterna. E’ certo di ogni Aiuto terreno attraverso Dio, perché mette la sua vita ed il suo destino nella Mano di Dio. Una giusta fede può anche dare molta Forza ai prossimi, perché è una testimonianza che l’uomo supera tutto facilmente e di conseguenza è uno sprone per coloro che lo seguono.

Amen