Er vertoeft een hemelse vriend in jouw nabijheid en hij probeert geestelijk met je te communiceren. Alle gaven van de geest moeten in liefde aangeboden en ook in liefde ontvangen worden en hij streeft er nu naar om een goed, innig contact tot stand te brengen, opdat hij onbelemmerd kan communiceren. Hij is jou door de Vader gegeven als jouw begeleider voor de tijd op aarde en hij verzorgt jou alsmaar door. Aan zijn zorg heb je het te danken, dat jouw wil zich naar deze taak toekeerde. En nu probeert hij onvermoeibaar om jou er toe te brengen om te accepteren, wat jouw hart nog niet helemaal opgenomen heeft.
Je hebt weliswaar de wil, maar het ontbreekt je nog aan begrip voor één van de belangrijkste geloofsleringen, die slechts tot nu toe een vage indruk op je gemaakt heeft, maar die in alle diepte beseft moet worden. De Heer laat je nu een bericht toekomen van de met jou innig verbonden leermeester in het hiernamaals.
De toestand van een wezen dat niet bevrijd is, is duister. Want verlossing is bevrijding uit de duisternis. Verlossing is bevrijding van de geest uit de boeien en verlossing is geestelijke wedergeboorte. Alle schuld op aarde drukt de mens neer tot een belast wezen. Elke zonde kluistert de mens steeds meer aan de aarde, aan hetgeen verbannen is. Maar Jezus Christus heeft de mensheid van de zondenschuld verlost. Dat wil zeggen, Hij hief de staat van de verbanning van de mensen op, Hij nam als het ware de verbanning op Zich en gaf Zichzelf daar als zoenoffer voor op door Zijn dood aan het kruis.
Het verlossingswerk is dus het grootste werk van barmhartigheid. Het werd de mens daardoor mogelijk gemaakt om de staat van verbanning door zijn wil te kunnen verlaten. Het werd aan hem overgelaten om zich hieruit te bevrijden of om eeuwig onder de druk van de zondenlast te leven. Zijn wil alleen was al voldoende om zich te verlossen uit elke boei en in lichtsferen binnen te kunnen gaan, terwijl de mens voorheen onmachtig was en de onmetelijke schuld, die op hem drukte, verder dragen moest, tot de goddelijke Verlosser Zich ook over deze zielen erbarmde en door Zijn dood hen ook de vrijheid gaf.
Maar nu verlangt de Christelijke leer een volledige bekentenis van de eigen schuld, voordat de genade van het verlossingswerk deze schuld kan delgen. De mens moet van tevoren zijn zondigheid beseft hebben. Hij moet zijn troosteloze toestand kennen om ook de goddelijke erbarming, die zich nu bereid verklaart elke zondenschuld te delgen, waard te kunnen worden. De mens moet in het besef van zijn zondenschuld om de genade van het verlossingswerk vragen en zich dus bewust in de kring plaatsen van degenen, voor wie de Heer aan het kruis gestorven is. Zijn ziel moet willen, dat ze vrij wordt en ze moet de hemelse Verlosser vragen om ook haar te aanvaarden. Ze moet in de toekomst in het besef van haar schuld met al het boze breken en een leven op een God welgevallige manier leiden. Ze moet om genade vragen en dus bewust aanspraak maken op het verlossingswerk van de Heer.
Amen
VertalerEs weilet ein himmlischer Freund in deiner Nähe und sucht sich dir gedanklich mitzuteilen. Alle Gaben des Geistes müssen in Liebe dargeboten und auch in Liebe empfangen werden, und sein Bemühen geht nun dahin, einen recht innigen Kontakt herzustellen, auf daß er sich dir ungehemmt mitteilen (kann = d. Hg.). Er ist dir vom Vater zugesellt als dein Begleiter für die Erdentage und betreut dich daher stets und ständig. Seiner Fürsorge hast du es zu verdanken, daß sich dein Wille dieser Aufgabe zuwandte, und nun versucht er unermüdlich, dich zur Annahme dessen zu veranlassen, was dein Herz noch nicht gänzlich aufgenommen hat. Den Willen hast du zwar, doch es fehlt dir noch das Verständnis für eine der wichtigsten Glaubenslehren, die nur schemenhaft dich bisher berührt hat, jedoch in aller Tiefe erkannt werden muß. Es läßt der Herr dir nun Kunde zugehen durch deinen dir innig verbundenen jenseitigen Lehrmeister....
Lichtlos ist der Zustand eines Wesens, das unerlöst ist.... denn Erlösung ist Befreiung aus der Dunkelheit.... Erlösung ist Befreiung des Geistes aus den Fesseln, und Erlösung ist geistige Wiedergeburt. Erlösung ist der Zustand des Freien gegenüber dem Zustand des Gebundenen. Alle Schuld auf Erden drückt den Menschen nieder zu einem belasteten Wesen, jede Sünde fesselt den Menschen immer mehr an die Erde, an das Gebannte.... Jesus Christus aber hat die Menschheit von der Sündenschuld erlöst, d.h., Er hob den gebannten Zustand der Menschen auf, Er nahm gleichsam diese Verbannung auf Sich und gab Sich Selbst dafür als Sühneopfer hin durch Seinen Tod am Kreuze. Das Erlösungswerk ist sonach das größte Werk der Barmherzigkeit. Es wurde dem Menschen dadurch möglich gemacht, den gebannten Zustand verlassen zu können durch seinen Willen; es wurde ihm freigestellt, sich zu befreien daraus oder ewig unter dem Druck der Sündenlast zu leben. Sein Wille allein genügte, sich zu erlösen aus jeglicher Fessel und in Lichtsphären eingehen zu können, während zuvor der Mensch ohnmächtig war und die unermeßliche Schuld, die auf ihm lastete, weitertragen mußte, bis der göttliche Erlöser Sich auch dieser Seelen erbarmte und durch Seinen Tod auch ihnen die Freiheit gab. Nun verlangt die christliche Lehre jedoch ein volles Eingeständnis der eigenen Schuld, bevor die Gnade des Erlösungswerkes diese Schuld tilgen könne. Es muß der Mensch zuvor seine Sündhaftigkeit erkannt haben, er muß um seinen trostlosen Zustand wissen, um auch die göttliche Erbarmung würdigen zu können, die sich nun bereit erklärt, jene Sündenschuld zu tilgen.... Es muß der Mensch in der Erkenntnis seiner Sündenschuld die Gnaden des Erlösungswerkes erbitten und also bewußt sich in den Kreis derer stellen, für die der Herr am Kreuz gestorben ist.... Seine Seele muß wollen, daß sie frei werde, und den himmlischen Erlöser bitten, Sich auch ihrer angenommen zu haben.... Sie muß fernerhin in der Erkenntnis ihrer Schuld sich lossagen von allem Bösen und ein Leben in Gott-gefälliger Weise zu führen bestrebt sein. Sie muß um Gnade bitten und also bewußt das Erlösungswerk des Herrn in Anspruch nehmen....
Amen
Vertaler