Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

Strijd van het licht met de duisternis (Voortzetting van nr. 198 en 199)

O, wat doet het ons goed, wanneer wij jouw streven volgen! In de nacht kan niet ten onder gaan, wie zo het licht nastreeft. Neem daarom onze leren verder zo vol overgave op, zodat je daarmee toch jouw zielenheil en dat van vele anderen bevordert. En zo willen wij je nu geven, wat je werk van gisteren moet voltooien: In kleine afstanden van tijd en ruimte bewegen zich talloze lichtwezens, die in belichaamde toestand in het dieren- en plantenleven hun ontwikkelingstijd doormaken, en steeds weer streven zij ook daar onbewust het licht tegemoet. Na een lange tijd, gedurende welke zij in verschillende stadia zich steeds verder ontwikkelen, doet zich dan een laatste stadium voor hun geestelijke wedergeboorte voor: de belichaming als mens. Hierin begint dan de strijd met de duisternis, die dit aardse wezen zijn bestemming afhandig wil maken en de ziel geheel mee naar beneden wil trekken, de duisternis in. En omdat de mens in dit stadium een vrije wil heeft, zelf te kiezen voor goed of kwaad, voor licht of duisternis, is dit zo’n ontzaglijk verantwoordelijke strijd. Want zijn afval van de hemelse Vader, van het eeuwige licht, zou voor hem weer een duizenden jaren durende worsteling betekenen, tot ook deze ziel door de zich steeds weer om hem bekommerende liefde van de in het licht staande geestelijke wezens eindelijk verlost wordt.

Ontelbare wezens zouden met meer volharding streven, wanneer ze zich van deze verantwoording bewust waren. Maar toch moet de mens uit eigen beweging de weg naar God vinden. Alleen dan kan hij weer een deel worden van dat, wat hij in het begin van de wereld was. Waar de almacht en de liefde Gods werkt, gaan geen van deze minuscule lichtwezens verloren. Daarom wordt er ook steeds weer op gewezen, dat in de oneindigheid ieder wezen onder de hoede van de Vader zijn weg gaat, die hem voorgeschreven is en die nuttig is voor zijn ontwikkeling. Dit is een wet, die in zijn diepzinnigheid voor jullie niet te bevatten schijnt, maar jullie zullen geen van allen ook de oneindige grootte van jullie Vader in de hemel kunnen begrijpen, voordat jullie zullen zijn, wat jullie bestemming is: één met de goddelijke Vader.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

(Continuazione ai Nr. 198 e 199)__La lotta della Luce con l’oscurità

Oh quanto ci fa bene seguire il tuo tendere. Non può naufragare nella notte colui che tende così alla Luce, perciò continua ad accogliere i nostri insegnamenti, dato che con ciò promuovi la salvezza della tua anima e quella di molti altri. E così oggi ti vogliamo dare ciò che deve completare la tua opera di ieri: A piccole distanze di tempo e spazio si muovono innumerevoli esseri di Luce, che nello stato incorporato proseguono il tempo del loro sviluppo nella vita animale e vegetale, ed anche là tendono inconsciamente verso la Luce. Dopo un lungo tempo durante il quale si sviluppano sempre più in Alto nelle differenti stazioni, subentra poi l’ultimo stadio prima della loro rinascita spirituale, l’incorporazione come uomo. Là comincia poi la lotta con l’oscurità, che stappa questo essere terreno alla sua destinazione e vorrebbe attirare giù del tutto l’anima nell’oscurità. E dato che l’uomo in questo stadio ha la libera volontà per decidersi secondo la propria scelta per il Bene o per il male, per la Luce o per l’oscurità, questa lotta è così immensamente responsabile, perché la sua caduta dal Padre celeste, dall’eterna Luce, significherebbe per lui di nuovo una lotta di millenni, finché anche quest’anima non viene finalmente liberata dagli esseri spirituali che stanno nella Luce, che si adoperano per loro nell’amore. Il rendersi conto di questa responsabilità farebbe tendere con più fermezza innumerevoli esseri, ma l’uomo deve trovare la via verso Dio per la propria spinta più interiore, solo allora può di nuovo diventare una parte di ciò che era nel principio del mondo. Dove opera l’Onnipotenza e l’Amore di Dio, nessuno di questi minuscoli esseri di Luce va perduto, perciò viene anche sempre di nuovo indicato che nell’Infinito ogni essere cammina nella Custodia del Padre per la sua via che gli è prescritta e che serve per il suo sviluppo. Questa è una Legge che nella sua profondità non vi sembra afferrabile, ma voi tutti non potrete comprendere nemmeno l’infinita Grandezza del vostro Padre nel Cielo, prima che non diventiate ciò che è la vostra destinazione, essere uno con il Padre celeste.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Ingrid Wunderlich