Aansporing om zonder vrees te spreken – (Catastrofe)

De demonische invloed is onmiskenbaar, waar het geestelijk streven bedreigd wordt en er in zoverre een bepaalde dwangpositie gecreëerd wordt, dat de mens niet vrij mag denken en spreken over een geestelijk werkzaam zijn en diens resultaten. De mens heeft van God de opdracht gekregen om Zijn werkzaam zijn te vermelden en wie door God uitgekozen wordt en aan wie Zijn wil bekend gemaakt wordt, die moet vrij en openlijk spreken en er op geen enkele manier aan denken, dat zijn openheid hem schade zou kunnen berokkenen. Want als de tegenstander aan de ene zijde werkzaam is, dan valt het werkzaam zijn van God eveneens te begrijpen en Zijn macht en kracht zijn waarlijk groter.

En zodoende zal degene, die onder Zijn bescherming staat, niet hoeven te vrezen, als hij Zijn wil vervult. God kan Zich alleen maar van een bereidwillig mens bedienen, als Hij de mensheid wil onderwijzen over wat over ons zal komen. Want de mensen moeten weten, wat hen te wachten staat. Ze moeten het weten om Gods wil te herkennen, als de dag aanbreekt, die zwaar leed over de mensen zal brengen. En daarom maakt God dit de mensen van tevoren al bekend, zodat ze niet onvoorbereid de komende gebeurtenissen tegemoet zullen gaan.

Maar hoe zou Hij de mensen er anders van in kennis kunnen stellen, als Hij Zich niet door de mond van mensen zou willen openbaren? En de tegenstander probeert dit te verhinderen, doordat hij de aan hem gebonden mensen ertoe brengt om op te treden tegen mensen, die God willen dienen. Maar gelovig en vastberaden moeten die laatsten hun taak vervullen en zonder vrees belijden in Wiens dienst ze zijn en diep in het hart tot God roepen, dat Hij hun kracht zou willen vergroten en hun wil sterker zou willen maken en ze zullen bij elke verzoeking standhouden en zonder gevaar uit elke woordenstrijd tevoorschijn komen.

Op aarde zijn er maar weinig strijders van God, maar deze ontvangen de kracht uit God, zodra ze zich voor Hem inzetten. Want ofschoon het er ook op mag lijken, dat ze het recht en de macht hebben om te eisen en te verbieden wat met hun plannen overeenstemt, zullen ze niet kunnen vernietigen, wat God Zelf naar de aarde stuurt en ze zullen nooit kunnen verhinderen, dat Gods strijders eerst Zijn wil vervullen, voordat ze de menselijke geboden vervullen, want God is de Heer van de hemel en de aarde.

Amen

Vertaald door: Peter Schelling

Deze openbaring is niet opgenomen in de themaboekjes.