1006 De ziel kiest zelf haar verblijfplaats

14 juli 1939: Boek 19

De ziel heeft haar verblijfplaats in het vlees zelf gekozen en daarom is het bezwaar ongegrond, dat de mens gedwongen is te zijn, wat hij op aarde is. Het wezen heeft zelfs van tevoren een nauwkeurige beschrijving van het leven op aarde gekregen. De weg op aarde werd hem bekendgemaakt. Evenzo ook de graad van rijpheid, die juist in dit leven bereikt kan worden en het wezen heeft dus met volledige instemming het vleselijke lichaam aangetrokken en is bewust dat geworden, waarvoor hij van tevoren zijn toestemming gegeven had.

Wanneer nu de gang over de aarde hem door eigen schuld niet die rijpheid brengt, dan is dat enkel en alleen aan de wil of veeleer de onwil van de mens, die het leven op aarde niet op die manier benut, zoals het benut kan worden, toe te schrijven. Het leven van degene, die verzuimt om op aarde liefhebbend werkzaam te zijn, is tevergeefs geleefd en deze werkzaamheid in liefde is juist hetgeen het meest nodig is voor het bereiken van de volmaakte staat.

En als de ziel eraan denkt, dat de belichaming als mens voor haar een gevecht met haar boeien van allerlei aard is, wanneer ze eraan denkt, dat haar overal gelegenheden geboden werden om deze boeien losser te maken en dat ze in korte tijd een waarachtig hogere graad van rijpheid kon bereiken, dan is het besef van een verzuimd leven voor haar zo onnoemelijk bitter, dat het berouw over de misgelopen mogelijkheid voor haar de ware hel betekent.

En geen geestelijke kracht kan erin slagen om de ziel deze toestand van berouw te besparen en daarom valt ze nog tijdens het bestaan op aarde de ziel heel erg lastig en ze probeert zowel geestelijk, alsook lichamelijk een dwalend wezen te beïnvloeden en een verantwoordelijkheidsgevoel bij de ziel op te wekken, opdat ze haar taak op aarde herkent en meer aandacht schenkt aan haar verlossingswerk.

Als de mens zich eenmaal voorgesteld heeft, dat alleen zijn wil hem van zijn boeien bevrijdt, maar dat anderzijds de verkeerde wil het latere leven van de ziel in gevaar brengt, dan zou hij niet meer onnadenkend van de ene dag in de andere leven, maar hij zou proberen zich geestelijke voordelen te verwerven en tegelijkertijd alle gelegenheden voor de uitoefening van de liefde voor de naasten te benutten, want de ziel wordt juist daarmee haar eigenlijke taak gewaar. Bovendien verblijft ze graag in die sferen, waar ze de lichamelijke druk niet voelt.

Ze heeft het leven wel met de bedoeling op zich genomen het te gebruiken om volmaakt te worden. Maar het verkeerde denken in het aardse leven komt meestal daardoor, dat de ziel niet snel genoeg tot het bereiken van deze staat komt en zich dus aards schadeloosstelt. Dat wil zeggen, dat ze schijngoederen als de juiste goederen beschouwt en de ware bestemming op aarde miskent, maar dan de vermeende schuld in een voor haar buitengewoon bedrukkend aards leven zoekt, terwijl ze zichzelf deze bedrukkende toestand bezorgt.

Een goed, God welgevallig leven op aarde in actieve naastenliefde zal de mens zo boven zichzelf uit laten groeien, dat hij de schijnbaar onaangename omstandigheden helemaal niet meer gewaarwordt en het door hem zelfgekozen leven in het vlees hem dus volledige verlossing brengt._>Amen

Vertaald door: Peter Schelling

Deze openbaring is niet opgenomen in de themaboekjes.

Downloads

Download-aanbod voor boek _book
 ePub  
 Kindle  
  Meer downloads

Deze openbaring

 als MP3 downloaden  
Afdrukvoorbeeld
 Kladschriften

Translations