• Back

God wants to be recognised through Creation as Love....

The Controller of the universe knows no obstacles, everything is subject to Him, every creature must yield to His will, every living creation, be it a spiritual one or banished into an earthly shell. His will reigns supreme, even though He allows the human being freedom of will; nevertheless, it can never be doubted, for He alone is Lord over Heaven and Earth, over the blissful world of spirits as well as over the kingdom of darkness. It should therefore not be difficult for people to acknowledge this Lord, for everything surrounding a person testifies to Him and His will. For although the human being has freedom of will, he is not capable of challenging God's will, nor is he able to make God's will compliant with his own; but he is not capable of creating from within himself anything that his eyes behold and his senses feel either.... He can acknowledge God, if he therefore does not acknowledge Him he will be lying to himself and through this lie he will defy the Spirit Which created Him. And, in a manner of speaking, he is passing his own judgment.... banishment from God's proximity.... were it not for the fact that God is also Eternal Love.... God's strength and power cannot be denied, and the fact that it reveals itself through Creation is the evidence of His love for His created beings. For it is His will that they can recognise Him, it is His will that they believe in Him and He makes Himself recognisable by revealing His power and strength.... He longs for His living creations' love and can only gain it by manifesting Himself as a God of love.... And therefore it is clearly identifiable that His creations arose for His living beings. The strength motivating Him to let constantly new creations arise is Love; consequently, the creations must also correspond to the purpose of showing love, His creations must serve to cause happiness and delight or help to lead to happiness and bliss. Anyone who wants to recognise this creative will and is able to do so will himself come aglow with love for his eternal Creator, for where the evidence of love is established it awakens love as well. Demonstrating His power and strength is not the sole purpose for His Creation; instead, it is intended to show His love which motivated Him to let each creation arise. However, first the Being Itself has to be recognised before a Being's love can be known, it has to be believed that the Being is a Supreme Power, that It is supremely perfect; and this can be believed because this Power gives evidence of Itself through every creation. Yet God is not satisfied by the mere belief in His power and strength, He wants to be recognised as love, on account of which all His creations also prove God's emanation of love by having the useful and beneficial purpose of facilitating the return of that which is distant from God.... But this ultimate purpose is only evident to those who have already recognised God as a supremely perfect Being, as love; even so, every thinking human being should questioningly observe the surrounding creations so that he can receive an answer:... that God reveals Himself through Creation, that His will emerges everywhere, that no being can determine this will, that therefore the power and strength is entirely with Him, but that His power and strength only gains shape through His all-transcending love which demonstrates itself because it wants to be loved in return.... because it only ever wants to give pleasure. God's love can never be denied, just like the powerful will of the Controller of all worlds, Who cannot be resisted by anything, Who must and can be recognised where the will for it exists....

Amen

God wil door de schepping herkend worden als Liefde

De bestuurder van het heelal kent geen hindernissen. Aan Hem is alles onderdanig. Naar Zijn wil moet al het geschapene zich voegen, elk geschapen wezen, zij het van geestelijke aard of gekluisterd in de vorm. Alleen Zijn wil regeert, ofschoon Hij de mens vrijheid van wil verleent, die echter Zijn macht en Zijn wil nooit in twijfel trekt, want Hij alleen is de Heer over hemel en aarde, over de gelukzalige wereld der geesten en ook over het rijk der duisternis. Deze Heer nu te onderkennen zou voor de mensen niet moeilijk mogen zijn, want alles wat de mens omringt, is een bewijs van Hem en Zijn wil. Want al is de mens ook de wilsvrijheid gegeven, toch is hij niet in staat tegen de wil van God in te gaan. Hij is ook niet in staat Gods wil naar zijn hand te zetten. Maar hij is ook niet in staat uit zichzelf dat te laten ontstaan wat zijn oog ziet en zijn geestelijke vermogens gewaar worden. Hij kan God erkennen en als hij Hem dus niet erkent, liegt hij tegen zichzelf en door deze leugen gaat hij in tegen de Geest Die hem geschapen heeft. En hij spreekt als het ware over zichzelf het oordeel uit van verbanning uit de nabijheid van God, wanneer deze God niet ook de Liefde zou zijn van eeuwigheid.

Gods kracht en macht kunnen niet worden geloochend. En dat ze zich openbaren door de schepping is een bewijs van Zijn liefde voor Zijn schepselen. Want Hij wil dat ze Hem kunnen onderkennen. Hij wil dat ze in Hem geloven en geeft zich zelf aan hen te onderkennen doordat Hij blijk geeft van Zijn macht en kracht. Want Hij verlangt naar de liefde van Zijn schepselen die Hij alleen kan winnen wanneer Hij zich ook als de God van de liefde openbaart. En Zijn scheppingen zijn daarom duidelijk herkenbaar als ontstaan voor Zijn schepselen. De kracht die Hem werkzaam zal laten worden voor het ontstaan van nieuwe scheppingen, is Liefde. Dus moeten ook de scheppingen beantwoorden aan een doel dat liefde zal laten herkennen. Zijn scheppingen moeten ertoe dienen geluk en zaligheid teweeg te brengen of te bezorgen.

Wie van de liefde deze wil om vorm te geven zien wil en kan, zal zelf ontbranden in liefde voor zijn Schepper van eeuwigheid. Want waar een bewijs van liefde wordt gegeven, daar wordt ook liefde gewekt. Zijn macht en kracht te bewijzen is niet alleen het doel van Zijn schepping, maar daarin moet duidelijk Zijn liefde zichtbaar worden, die Hem aanleiding gaf tot elke schepping. Maar voordat de liefde van een Wezen kan worden ingezien, moet eerst het Wezen zelf worden onderkend. Er moet kunnen worden geloofd dat dit Wezen een niet te overtreffen Macht is, dat het hoogst volmaakt is. En dit kan worden geloofd omdat deze Macht zichzelf bewijst door elke schepping. Maar alleen het geloof aan Zijn macht en kracht is voor God niet voldoende. Hij wil als Liefde worden herkend, om welke reden al Zijn scheppingen ook een uitstraling van Gods liefde bewijzen, doordat ze een nuttige en heilzame bestemming hebben, dat ze dienen om hen die van God verwijderd zijn, terug te voeren.

Dit laatste doel is echter alleen voor diegenen duidelijk, die God al als hoogst volmaakt Wezen, als Liefde hebben onderkend. Maar ieder denkend mens moet de hem omgevende scheppingen bekijken met vragende gedachten, opdat hem antwoord kan worden gegeven: dat God zelf zich openbaart door de schepping, dat Zijn wil overal naar voren treedt, dat geen wezen deze wil kan bepalen, dus de macht en kracht alleen bij Hem liggen, maar dat Zijn macht en kracht alleen vorm krijgen door Zijn liefde die over alles heen straalt, die zich bekend maakt omdat ze wederliefde wil vinden, omdat ze voor eeuwig alleen maar gelukkig wil maken. De liefde van God kan eeuwig niet ontkend worden, net als de almachtige wil van de Bestuurder van alle werelden, aan welke niets weerstand kan bieden, Die onderkend moet worden en kan worden, waar de wil daartoe aanwezig is.

Amen