Compare proclamation with translation

Other translations:

Redeeming help for souls in the beyond through people....

Untold souls in the beyond struggle to ascend, and these souls suffer utmost hardship, for their lack of strength makes their ascent impossible, and their realisation of weakness is immensely agonising for them since they don’t know how to remedy their situation. This very lack of knowledge is their calamity, since due to the law of eternity they may only be given what they want, and they receive in accordance with their will. If they want light, then they will receive it, yet without having experienced the benefit of light they have no desire for it either. Their agony rests in the fact that they are in a constant state of suffering and no longer able to muster the will to change it, if they don’t use their will to revolt against God and their fate and cruelly rampage through their environment. These souls are already in a state of hell, because they are constantly goaded by the forces of hell and their change and endeavour to ascend still requires an incredibly long time. Even the souls which have lapsed into lethargy could equally have to endure their painful fate for an extremely long time unless they receive help from one side, since due to their weak will they are unable to help themselves.

And this help can only be given to them by beings whose love wants to release them from the darkness.... by people on earth or by beings in the beyond who are either already enlightened or just possess a slightly higher degree of knowledge which enables them to help. Thus countless souls experience this hardship and people should take pity on them.... but especially people will rarely help those souls, because people no longer believe in the soul’s continuation of life after death.... People could have a vast sphere of activity on the spiritual level if they supported the suffering souls in the beyond and helped them to ascend from the abyss, and helping these souls in the beyond would in turn have an effect on people again when they suffer physical and psychological distress.... Yet people very rarely take part in this redeeming work, they even leave their loved ones in the beyond in great suffering, who should be particularly taken care of by them.... This is why it is welcomed with great joy when people gather on earth who have the will to do redeeming work and want to kindle a light for many souls in darkness.

For this reason beings of light also play a redeeming part in as much as they likewise appear where unhappy souls in the beyond are remembered with loving thoughts, and their help is evident because they protectively surround the people on earth when the crowd of dark spiritual beings threatens to endanger the work of redemption. The souls in the beyond as well as the people on earth have their guardian angels who, depending on the will of the former, will intervene when danger is imminent. And the enemy will always lurk where people want to do redeeming work and try to confuse those who should offer enlightenment to the souls in darkness. Yet he will not be able to prevent the rays of light, which emerge from the redeeming love, from touching the souls of darkness, who feel their benefit and appear wherever people gather with the will to help them, and this work will be blessed.... For once a soul has been touched by a ray of light and love, it will never descend again, it will look for the light and also find it, because every soul will receive what it desires....

Amen

Translator
Translated by: Heidi Hanna

Verlossende hulp voor zielen in het hiernamaals van de kant van de mensen

Er worstelen talloze zielen in het hiernamaals om hogerop te komen, en deze zielen bevinden zich in uiterste nood. Hun krachteloosheid maakt hun het omhoog gaan onmogelijk, en het besef van hun krachteloosheid kwelt hen oneindig omdat zij niet weten hoe zij deze kunnen opheffen. Juist het gebrek aan kennis is hun ongeluk, want volgens de wet van eeuwigheid kan hun alleen dat gegeven worden waar hun wil in toestemt, en naar die wil wordt hun gegeven. Willen zij licht dan ontvangen zij het ook, maar als zij de weldaad van het licht niet ervaren hebben, voelen zij ook geen verlangen naar het licht.

Hun ellendige toestand bestaat daarin dat zij onophoudelijke lijden en de wil, hun toestand van lijden te veranderen, kunnen zij niet opbrengen, als zij tenminste hun wil niet gebruiken om op te staan tegen GOD en hun lot - en vreselijk te keer gaan in hun omgeving.

Deze zielen zijn reeds in een helse toestand omdat zij door de krachten der hel voortdurend worden opgezweept, en daardoor is er voor hun verandering en streven omhoog nog een ondenkbaar lange tijd nodig.

Maar ook de in gehele onverschilligheid verzonken zielen kunnen eveneens een eindeloos lange tijd hun ellendig lot moeten verdragen, als er voor hen nergens hulp vandaan komt, daar zij vanwege de zwakheid van hun wil zich niet zelf kunnen helpen.

En deze hulp kunnen hun alleen die wezens brengen wier liefde hen uit de duisternis zou willen verlossen. Mensen op aarde of ook wezens in het hiernamaals die reeds in het licht staan of ook al een hogere graad van inzicht bezitten, die hen in staat stelt hulp te bieden.

Ontelbare zielen nu zijn in deze nood over wie de mensen zich zouden moeten ontfermen, maar juist van de kant van de mensen is er voor deze zielen weinig hulp - omdat de mensen niet meer geloven aan een voortleven van de ziel na de dood.

De mensen zou een groot arbeidsveld ter beschikking staan op geestelijk gebied, als zij zich over de noodlijdende zielen in het hiernamaals zouden willen ontfermen en hen wilden helpen uit de diepte omhoog te komen. En de hulp van de zielen in het hiernamaals zou de mensen zelf weer ten goede komen, als zij zich in lichamelijke of geestelijke nood bevonden.

Maar de mensen dragen zeer weinig bij aan dit verlossingswerk en laten daardoor ook hun geliefden in het hiernamaals, over wie zij zich toch in het bijzonder moesten ontfermen - in grote nood.

Daarom wordt het met bijzondere vreugde begroet, wanneer op de aarde mensen samenkomen die deze wil om te verlossen in zich dragen en een licht willen ontsteken voor veel zielen in de duisternis. Daarom nemen ook de lichtwezens deel aan het verlossingswerk in zoverre, dat zij eveneens vertoeven waar aan de ongelukkige zielen in het hiernamaals liefdevol gedacht wordt. En hun hulpverlening is duidelijk te zien doordat zij zich beschermend voor de mensen op aarde stellen, als het opdringen van duistere geesten het werk van verlossing in gevaar dreigt te brengen.

Zowel de zielen in het hiernamaals alsook de mensen op de aarde hebben hun beschermgeesten die, naargelang de wil van hen, ingrijpen, als er gevaar dreigt. En waar de mensen verlossend werkzaam willen zijn, zal altijd de vijand loeren en hij zal verwarring proberen te stichten waar opheldering zal worden geboden aan hen die in duisternis gaan.

Maar hij zal het niet kunnen verhinderen dat de stralen van het licht, die van de liefdewil om te verlossen uitgaan de zielen van de duisternis beroeren, die ze als een weldaad ondergaan en elkaar daar zullen ontmoeten waar mensen samen zijn die hen willen helpen - en deze wil zal gezegend zijn. Want de ziel die eenmaal binnen het bereik van een lichtstraal van liefde is gekomen, valt nimmermeer in de diepte terug. Zij zoekt het licht en zal het ook vinden, omdat iedere ziel gegeven wordt wat zij begeert.

Amen

Translator
Translated by: Gerard F. Kotte