Compare proclamation with translation

Other translations:

Destructive endeavour of the opposing power....

From a person (being?) glowing with love for God a current will emanate which directly reaches the soul of the one who likewise lives in God. However, this person will also be exposed to a counter-current. And that is the great danger, since everything that is evil also increases and works within itself, but always to the detriment of the soul. Man must ask God for increased protection so that his dealings with people will not be detrimental to his soul. Whoever serves God in all love, reverence and humility will feel every evil influence and know how to protect himself against it through prayer. Yet the human being should never deem himself so strong that he does not need this protection, for the opposing power is strong and only intent on destroying all currents and breaking every connection from earth to the beyond.... all threads from the human being to God..... Only where the will is so strong that it constantly demands God will it give up its intrigues. And therefore the human being should always and constantly entrust himself to spiritual protection, so that he will also be protected in hours when his own will is weaker, so that he will be warned at the right moment by his spiritual friends who are now fighting for him as it were.

Far too little use is made of the help of these beings and therefore the battle on earth is sometimes quite a difficult one, even for the earthly child who is turned towards God.... For it desires too little the strength from God, which transmitters are those spiritual friends. But if the human being hands himself over in full faith to the care of those beings of light working in God's will, then the human being may also constantly receive strength, for every perfect being that abides in love, distributes the strength unmeasured which it receives itself through divine love. And thus the adversary's doing is made more difficult, his power is curtailed, as it were, in that it is ineffective against people who want to receive such strength from God. And this is truly necessary at a time when all spiritual activity is denied.... If the human being abandons himself to those currents weak-willed, which emanate from the adversary, thus only strive for destructive success, he will weak-willed submit himself to this power , and his thinking will soon be misguided, his power of realisation will be weakened, his resistance will slacken and he will unconditionally accept what is whispered to him by that power, and which completely contradicts God's will. You will then be bound creatures, and you will lack the strength to release yourselves from this bondage, whereas the desire for God, the surrender to good spiritual beings, the will to receive good spiritual strength will free you from all compulsion, and the light of realisation will shine for you on all your paths through life. For God is within reach of everyone who merely desires Him....

Amen

Translator
Translated by: Sven Immecke

Het streven van de tegenstander is vernietigend

Van een in liefde voor God ontbrandend mens zal een stroming uitgaan, die onmiddellijk tot in de ziel van degene, die eveneens in God leeft, doordringt. Maar deze ziel zal ook aan een tegenstroming blootgesteld zijn. En het grote gevaar is dat alles wat slecht is, zich eveneens in zichzelf vermeerdert en werkt, maar steeds tot schade voor de ziel. De mens moet God om meer bescherming vragen, opdat de omgang met mensen zijn ziel geen schade oplevert. Degene, die God in alle liefde, ontzag en deemoed dient, zal elke boze invloed gewaarworden en zich door het gebed daartegen weten te beschermen.

Maar nooit moet de mens zich zo sterk wanen, dat hij deze bescherming niet nodig denkt te hebben, want de tegenstander is sterk en er altijd op bedacht om elke stroming te vernietigen en deze verbinding van de aarde naar het hiernamaals, alle draden van de mens naar God, kapot te scheuren. Alleen waar de wil zo sterk is, dat hij onophoudelijk naar God verlangt, geeft ze het intrigeren op.

En daarom moet de mens zich voortdurend aan geestelijke bescherming toevertrouwen, zodat hij ook op momenten waar zijn eigen wil zwakker is, beschermd wordt, opdat hij op het juiste moment gewaarschuwd wordt door zijn geestelijke vrienden, die nu als het ware met hem meestrijden. Er wordt veel te weinig een beroep gedaan op deze hulp en daarom is de strijd op aarde soms behoorlijk zwaar, ook voor een naar God toegekeerd mensenkind. Want het verlangt te weinig naar de kracht uit God, waarvan de overdragers deze geestelijke vrienden zijn.

Maar als de mens zich in vol geloof aan de bescherming van deze binnen Gods wil werkende lichtwezens overgeeft, dan mag de mens ook voortdurend kracht in ontvangst nemen, want al het volmaakte dat in de liefde staat, deelt de kracht, die hem zelf door de goddelijke liefde toegestuurd wordt, onbeperkt uit. En zo wordt de tegenstander zijn werkzaam zijn bemoeilijkt. Zijn macht wordt als het ware beknot, doordat deze zonder effect is tegenover de mens, die zulke kracht in ontvangst wil nemen.

En dit is waarlijk nodig in een tijd, waarin al het geestelijk werkzaam zijn ontkend wordt. Als de mens zich willoos aan deze stromingen die van de tegenstander uitgaan, dus slechts een vernietigend resultaat nastreven, overgeeft dan begeeft hij zich willoos binnen deze macht en zijn denken zal binnen de kortste tijd verkeerd worden geleid. Zijn vermogen om te beseffen wordt verzwakt, zijn tegenstand zal afnemen en hij neemt onvoorwaardelijk aan, wat hem door deze macht ingefluisterd wordt en wat geheel indruist tegen de wil van God.

Jullie zijn dan gebonden schepselen en het zal jullie aan kracht ontbreken om jullie uit de gebondenheid te bevrijden, terwijl het verlangen naar God, het zich overgeven aan goede geestelijke wezens, het willen ontvangen van goede geestelijke kracht vrijmaakt van elke dwang en dan het licht van het inzicht jullie op al jullie levenswegen verlicht. Want God is eenieder, die maar naar Hem verlangt, nabij.

Amen

Translator
Translated by: Peter Schelling