• Zurück

Einwirken der Lichtwesen auf das Schicksal.... Wahrheit des göttlichen Wortes....

Alle Kundgaben haben ihren Ursprung in Mir, sowie sie nach innigem Gebet als Stimme des Geistes vernehmbar sind. Es wäre also widersinnig, anzunehmen, daß Ich Mir jemals widersprechen könnte, und darum ist es geboten, einer jeden Kundgabe Wert beizulegen, und so wird auch deren Sinn leichter verständlich sein.... Ich stelle euch geistige Betreuer zur Seite auf Erden, und Ich gebe diesen auch das Recht, auf euer Erdenleben einzuwirken insofern, als daß sie euch führen auf euren irdischen Wegen, daß sie euer Schicksal lenken und fügen nach Meinem Willen. Und so wird sich euer Erdenleben gestalten immer so, wie es für euer seelisches Ausreifen dienlich ist. Es kann wohl kaum von einer restlosen Erfüllung auf Erden gesprochen werden, weil dann das Ausreifen in Frage gestellt wäre. Es müssen vielmehr ständige Kämpfe stattfinden, durch welche der Mensch ausreifen kann, dem es ernst ist um seinen geistigen Aufstieg. Sowie aber dieser angestrebt wird und die Gefahr nicht mehr besteht, daß der Mensch sich wieder an die Welt verliert, tragen sie auch den irdischen Wünschen Rechnung, weil dies Mein Wille ist; und auch dann ist eine geistige Aufwärtsentwicklung garantiert, wenngleich ein irdisches Glück konform geht mit einer geistigen Arbeit. Dann aber ist es Mein Wille, den die geistigen Betreuer ausführen, und dann kann der Mensch beruhigt sein Erdenglück genießen, es wird ihm keinen geistigen Nachteil eintragen, sowie das Gebet des Menschen stets lautet: Vater, Dein Wille geschehe.... Ein überstarkes Begehren kann wohl die geistige Arbeit des Menschen beeinflussen, indem sie weniger eifrig ausgeführt wird, doch dann sind die geistigen Betreuer entsprechend tätig, um dem Begehren Schranken anzulegen, d.h., sie gestalten das Leben schicksalsmäßig und bestimmen den Menschen zur Verzichtleistung, jedoch niemals zwangsweise, sondern nur durch gedanklichen Einfluß, um ihn von dem überstarken Begehren abzubringen und ihn wieder, so er ergeben ist in Meinen Willen, mit Meiner Gnadengabe zu überschütten. Doch ein Mir zustrebendes Kind ist Mir überaus lieb und wird treulich von Mir behütet bis zum Ende.... Und ihm erhöre Ich auch jegliche Bitte, Ich nehme Mich aller seiner Wünsche an und schenke ihm auch auf Erden schon Glück und Freude, so es nur nach Mir verlangt und Mich nicht ausschaltet aus seinem Begehren, sowie es Mir mit Liebe sich nähert und jede Bitte vertrauensvoll Mir vorträgt. Denn Meine Liebe ist stets zu geben bereit und schaffet den Meinen auch auf Erden einen Zustand der Seligkeit und des Friedens....

Amen

Het inwerken van de Lichtwezens op het lot De waarheid van het goddelijke Woord

Alle openbaringen hebben hun oorsprong in MIJ, zodra ze na innig gebed als Stem van de GEEST te horen zijn. Het zou dus onzinnig zijn aan te nemen dat IK ME ooit zou kunnen tegenspreken en daarom is het noodzakelijk aan elke openbaring waarde toe te kennen en zo zal ook de betekenis ervan makkelijker te begrijpen zijn.

IK plaats geestelijke verzorgers naast u op aarde die u bijstaan, en IK geef dezen ook het recht op uw aardse leven in te werken inzoverre dat ze u leiden op uw aardse wegen, dat ze uw lot sturen en voegen naar Mijn Wil. En zo zal uw aardse leven zich steeds zo vormen zoals het dienstig is voor het rijpworden van uw ziel.

Er kan wel nauwelijks van een volkomen vervulling op aarde worden gesproken omdat dan het rijp worden in twijfel zou zijn getrokken. Er moeten veel meer voortdurende gevechten plaatsvinden, waardoor de mens rijp kan worden die zijn geestelijke vooruitgang ernstig neemt. Maar zodra deze wordt nagestreefd en het gevaar niet meer bestaat dat de mens opgaat in de wereld, houden ze ook rekening met de aardse wensen, omdat dit Mijn Wil is en ook dan is een geestelijke positieve ontwikkeling gegarandeerd, ofschoon een aards geluk in overeenstemming is met een geestelijke arbeid.

Maar dan is het Mijn Wil, Die de geestelijke verzorgers uitvoeren en dan kan de mens gerust van zijn aards geluk genieten en zal hem geen geestelijk nadeel opleveren, zodra het gebed van de mens steeds luidt: VADER uw Wil geschiede.

Een uitermate sterke begeerte kan de geestelijke arbeid van de mens wel beïnvloeden, doordat ze minder ijverig wordt uitgevoerd, maar dan zijn de geestelijke verzorgers daaraan beantwoordend bezig om de begeerte te beperken, d.w.z. ze vormen het leven d.m.v. een noodlot en bewegen de mens er van af te zien, doch nooit dwangmatig maar alleen door zijn gedachten te beïnvloeden om hem van de veel te sterke begeerte af te brengen en hem weer, als hij in Mijn Wil berust, met Mijn genadegaven te overladen.

Maar een kind dat op MIJ is gericht, is MIJ uitermate lief en wordt getrouw door MIJ behoed tot het einde. En IK verhoor hem elke bede. IK bekommer ME om al zijn wensen en schenk hem ook op aarde al geluk en vreugde, als het maar naar MIJ verlangt en MIJ niet terzijde van zijn begeerte schuift, zodra het MIJ met liefde nadert en MIJ elk verzoek vol vertrouwen voorlegt. Want Mijn Liefde is steeds bereid te geven en verschaft de mijnen ook op aarde een toestand van gelukzaligheid en vrede.

Amen