Maar er is na de schepping van mijn eerste lichtwezen door Mij zelf niets tweederangs uit Mij en dit lichtwezen voortgekomen. U mensen bent nog steeds in uw denken begrensd, omdat u nog niet volmaakt bent. En zo is ook de gedachte in u opgekomen dat de uit ons beider liefde voortgekomen wezens niet met het eerst geschapen wezen kunnen worden gelijkgesteld. Maar deze gedachte is verkeerd, want het was dezelfde kracht en dezelfde wil van liefde die hen liet ontstaan. En er waren steeds alleen hoogst volmaakte wezens, echte evenbeelden van Mij zelf.
U mensen meet wel uw medemensen aan elkaar af. U zult rijpere en minder rijpe karakters kunnen waarnemen. En daarom gelooft u ook zulke waardeoordelen te kunnen hebben over de wezens die in het allereerste begin werden geschapen. Maar het moet u dan ook begrijpelijk zijn, dat zulke waardeoordelen niet gepast zijn tegenover de voortbrengselen die uit Mij en mijn liefde voortkwamen. Er bestond alleen het hoogst volmaakte, wat er ook aan geestelijke zaken werd geschapen. En in het bijzonder de geschapen wezens bevonden zich in hoogste volmaaktheid.
Dat ze desondanks voor een deel gevallen zijn, geeft u niet het recht aan te nemen dat deze "gevallen" wezens minder volmaakt waren, dat ze vielen omdat hun verwekker Lucifer door zijn steeds terugkerende afweer van mijn liefdeskracht wezens van geringere waarde zou hebben geschapen. Want zelfs van de eerste door de wil van onze liefde voortgebrachte wezens, volgde een deel hem na, toen hij zich van Mij afkeerde en op de diepte aanstuurde. Ook was de wil van de afzonderlijke wezens niet verschillend sterk, maar vrij. En dit verklaart alles. Want de vrijheid kent ook geen beperking en een vrije wil moet zich in alle richtingen kunnen ontplooien.
Het verkeerde denken van de afzonderlijke wezens is de tweede verklaring voor de val. Want het denkvermogen liet ook een foutief denken toe, een andere uitleg van dat, wat als mijn woord door de voortdurende doorstraling van liefde in de wezens weerklonk. Ze waren niet gedwongen het woord op één manier uit te leggen. Ze konden er op grond van hun denkvermogen ook een andere betekenis in leggen en hebben dit ook gedaan toen ze mijn liefde afwezen. Want daardoor verloren ze ook aan kracht van inzicht en hun denken raakte verward. En er kwam nog bij, dat de hun onbeperkt toestromende liefdeskracht hen aanmatigend liet worden, dat ze in hun volheid van kracht meenden dezelfde macht te hebben, dat dus de liefde voor hun Schepper afnam en het wezen als het ware eisen stelde, wat tot uitdrukking kwam in het verlangen dat Ik Me aan de wezens zichtbaar bekend moest maken.
Ze geloofden daartoe het recht te hebben en deze verkeerde gedachtegang werd op hen overgedragen door mijn eerst geschapen wezen. Want het had dit verlangen, tegen beter weten in dat dit onvervuld moest blijven, wilden de door Mij geschapen wezens blijven bestaan. Er kan dus wel van geen der gevallen wezens gezegd worden, dat het alleen maar een slachtoffer van de wil van zijn verwekker zou zijn geweest. Want ieder afzonderlijk wezen had zijn zelfbeschikkingsrecht en bezat ook het helderste inzicht. Maar ieder gevallen wezen werd aanmatigend van geest en vergat, of wilde niet erkennen, dat het uit Mij was voortgekomen, dat Ik dus zijn Schepper en Vader ben geweest, tegen wie in opstand te komen de zwaarste zonde was, die het wezen zelf nooit meer zou hebben kunnen teniet doen.
Alle wezens waren gelijk volmaakt geschapen. En dat alleen al is een bewijs van een buitengewoon grote schuld: dat een deel van de wezens Mij trouw bleef, die net zo waren geschapen, alleen hun liefde voor Mij behielden, terwijl de "gevallenen" mijn liefde afwezen en dat hun grote oerzonde is geweest, die nu Een teniet zou moeten doen, die tot mijn wezens behoorde die Mij trouw waren gebleven.
De gevallen wezens zijn niet te verontschuldigen met welke gebrekkigheid dan ook, met ontbrekende kracht van inzicht, matig licht of zwakke wil. Ze waren precies zo geschapen als diegenen die Mij trouw bleven, maar ze namen in het bewustzijn van hun onmetelijke kracht uit aanmatiging mijn liefdeskracht niet meer aan en werden daardoor nu ook van elke kracht beroofd. Ze moeten zich met veel moeite weer de kracht bevechten, willen ze weer dat worden wat ze waren in het eerste begin.
Elke gebrekkigheid zou een verontschuldiging zijn geweest voor de afval van een wezen, maar die was er niet. En toen Lucifer de eindeloze schare zag van de geschapen wezens die zich in het helderste licht en de grootste kracht bevonden, die uit zijn wil en met gebruikmaking van mijn kracht waren voortgekomen, verhief hij zich boven Mij, omdat hij Mij niet kon zien, maar hij zelf voor de eindeloze schaar der geesten zichtbaar was in zijn heerlijkheid.
Maar talloos vele oergeesten bleven Mij trouw, die precies eender geschapen waren als die afgevallenen. En ze hadden vanuit Mij niets voor, alleen dat ze de eindeloze liefde die hen vervulde, die ze voortdurend van Mij ontvingen, Mij weer teruggaven en daardoor steeds gelukzaliger werden, terwijl de liefde van de gevallen wezens een zelfzuchtige liefde werd, die niet meer gelukkig wilde maken, daarentegen alleen maar wilde nemen.
Dit gebeuren zal voor u mensen onverklaarbaar zijn en blijven, omdat het een geestelijk gebeuren was dat ook alleen de geest kan begrijpen. Desondanks kan u ongeveer de samenhang worden verklaard, die Mij ertoe bracht de materiële wereld en haar scheppingen te laten ontstaan. En steeds weer zal Ik proberen, voor zover uw verstand het begrijpt, u opheldering te geven en voor u elke verkeerde opvatting recht te zetten. Want al een enkele verkeerde gedachte is voldoende, dat u zich een valse gedachtenconstructie bouwt, die u dan niet meer zult willen slopen en die toch ver van de waarheid af staat.
U doet er ook goed aan niet over zaken te piekeren die voor het heil van uw ziel van geen belang zijn, waar alleen maar een soort van weetgierigheid is te onderkennen, waarvan de bevrediging helemaal niet bijdraagt tot het rijp laten worden van de ziel. Want wat u absoluut nodig hebt te weten, dat zal Ik u ook doen toekomen, maar steeds met de beperking dat uw eigen zielenrijpheid de mate bepaalt waarin Ik uitdeel.
Doch steeds zult u moeten weten dat Ik hoogst volmaakt ben, dat alles op mijn liefde, wijsheid en macht is gebaseerd en dat er geen onvolkomenheden kunnen bestaan, waar deze band met Mij bestaat. En deze heeft bestaan bij de schepping van de wezens, want het buiten Mij geplaatste wezen - de Lichtdrager - was Mij in innigste liefde toegedaan en kon daarom ook onbeperkte gelukzaligheden ontvangen door het toestromen van de kracht van mijn liefde. En het gebruikte deze liefdeskracht weer volgens mijn wil, omdat zijn wil evenzo gericht was als die van Mij, zolang de innigste liefde ons verbond.
Maar elke scheppingsdaad vereiste het toestromen van de kracht van mijn liefde. En dus was ook ieder geschapen wezen volmaakt te noemen, toen het in het leven werd geroepen. Dat het toen helemaal veranderde en een onvolmaakt wezen werd, was alleen het gevolg van zijn vrije wil, die zo lang gelijk met Mij opging, als de liefde van het wezen Mij toebehoorde. Toen het mijn liefde afwees, moest het uit de eeuwige ordening treden. Het bezat echter zolang het helderste licht, tot het definitief beslist had zich van Mij af te keren. Toen pas verloor het zijn inzicht. Toen pas verduisterde zijn geest en toen pas stond het tegenover Mij. Het was niet meer een goddelijk wezen. Integendeel, het nam alle eigenschappen aan van degene die Mij als eerste zijn liefde opzegde en mijn tegenstander werd.
Nu had het zijn volmaaktheid prijsgegeven. Het was gebrekkig gevormd en het was Mij vijandig gezind. De kracht van mijn liefde kon hem niet meer beroeren en dus verhardde elke geestelijke substantie, die Ik nu omvormde tot scheppingen die materie werden, tot het geheel tegenovergestelde van dat wat het aanvankelijk was geweest. Dit gevallen wezenlijke heeft evenwel te allen tijde de mogelijkheid zijn oerstaat terug te winnen wanneer het daartoe bereid is, wanneer het zijn weerstand tegen Mij opgeeft en zich eens weer in vrije wil door mijn liefdeskracht laat aanstralen. De afval van Mij vond plaats in vrije wil en de terugkeer naar Mij moet eveneens in vrije wil geschieden. Dan zal het wezen weer grenzeloos gelukzalig zijn en het ook eeuwig blijven.
Amen
VertalerMais après la création de Mon premier être de Lumière par Moi-Même, il ne s'est rien levé de valeur moindre de Moi et de cet être de Lumière. Vous les hommes êtes toujours encore limités dans votre pensée parce que vous n'êtes pas encore parfaits, et ainsi il s’est levé en vous la pensée que les êtres procédés de l'Amour des Deux ne peuvent pas être mis au même niveau que le premier être créé. Mais cette pensée est erronée, parce que c’est la même Force et la même Volonté d'Amour qui les fit se lever, et il existait toujours seulement des êtres suprêmement parfaits – de vraies Images de Moi-Même.
Vous les hommes si vous comparez vos prochains entre eux, vous pouvez constater des espèces d'êtres plus ou moins mûrs, et à cause de cela vous croyez pouvoir effectuer de telles estimations entre les êtres qui ont été créés dans le début primordial. Mais il doit aussi vous être compréhensible que de telles estimations de valeurs ne sont pas admises dans les comparaisons des produits qui sont procédés de Moi et de Mon Amour. Il existait seulement la plus grande Perfection quel que soit la chose de nature spirituelle qui ait été créée, et en particulier les êtres créés étaient dans la plus sublime Perfection.
Le fait qu’une partie d’entre eux soient tombés, ne justifie pas la supposition que ces êtres « tombés » étaient moins parfaits, qu’ils tombèrent parce que leur procréateur Lucifer avait créé des êtres de moindre valeur au travers de sa révolte toujours répétée contre Ma Force d'Amour. Parce que même parmi les êtres premiers créés au moyen de notre Volonté d'Amour une partie l'a suivi lorsqu’il s'est détourné de Moi et a tendu vers l'abîme. Et la volonté de chaque être n'était pas différente en force, mais libre et cela explique tout. Parce que la liberté ne connaît pas de limitation, et une libre volonté doit pouvoir se développer dans toutes les directions.
Les pensées erronées de chaque être sont la seconde explication pour la chute. Parce que la capacité de penser permettait aussi de penser de façon erronée, d’interpréter différemment ce qui résonnait dans les êtres en tant que Ma Parole à travers le constant Rayonnement d'Amour. Ils n’étaient pas forcés d’interpréter la Parole seulement dans une direction – grâce à leur capacité de penser ils pouvaient y mettre un autre sens et ils l'ont fait lorsqu’ils ont refusé Mon Amour, et à cause de cela ils perdirent la force de connaissance, et leurs pensées sont devenues confuses.
Et il s’ajoutait à cela que la Force d'Amour qui leur affluait sans limites les fit devenir arrogants, parce qu'ils croyaient avoir en plénitude la même force le même Pouvoir, de sorte que l'Amour pour leur Créateur diminuait et que l'être pour ainsi dire imposa des exigences qui se manifestaient dans le désir que Je devais Me présenter visiblement aux êtres. Ils croyaient en avoir le droit et cette façon de penser fausse leur fut transmise par Mon être premier créé. Parce qu'il avait ce désir malgré la meilleure connaissance que ce désir devait rester insatisfait, si les êtres créés par Moi devaient continuer à exister. Donc on ne peut dire d’aucun de ces êtres qu’ils aient été seulement une victime de la volonté de leur procréateur, parce que chaque être avait son droit d'autodétermination et possédaient aussi la plus claire connaissance. Mais chaque être tombé était devenu d'esprit arrogant et a oublié ou ne voulait pas reconnaître qu'il était procédé de Moi, que donc J’avais été son Créateur et Père contre lequel se rebeller était le pire des péchés que l'être ne pourrait lui-même jamais plus éliminer.
Tous les êtres étaient créés également parfaits, et déjà le seul fait qu’une partie des êtres Me soit restée fidèle est la confirmation d'une très grande faute, car ils avaient été créés de la même manière, seulement ils ne renonçaient pas à leur amour pour Moi, tandis que les « morts » refusaient Mon Amour et cela a été leur grand péché primordial que maintenant seulement Un devait éliminer, lequel était Un des êtres qui Me sont restés fidèles. Les êtres tombés ne peuvent pas trouver d'excuse dans un quelconque manque, dans un manque de force de connaissance, de Lumière plus faible ou de volonté plus faible. Ils étaient constitués vraiment comme ceux qui Me sont restés fidèles, mais dans leur conscience de leur incommensurable force ils n'acceptaient plus Ma Force d'Amour dans leur arrogance et pour cela ils ont maintenant été privés de cette force. Ils doivent se conquérir péniblement de nouveau cette force s'ils veulent devenir de nouveau ce qu'ils étaient au début. Tout manque aurait été une excuse pour la chute d'un être, mais celui-ci n'existait pas, et lorsque Lucifer vit la foule infinie des êtres créés dans la Lumière la plus claire et l’immense Force de ces êtres qui étaient procédés de sa volonté avec l'utilisation de Ma Force, ils s'élevèrent contre Moi parce qu'ils ne pouvaient pas Me contempler, mais lui-même était visible dans sa magnificence par la foule infinie des esprits. Infiniment beaucoup d'esprits d’Ur Me sont restés fidèles, ils étaient constitués précisément comme ceux tombés, et n'ont pas été favorisés par Moi, seulement l'infini Amour qui les comblait, qu’ils recevaient constamment de Moi, ils Me le rendaient et de ce fait ils devenaient toujours plus bienheureux, tandis que l'amour des êtres tombés est devenu de l’amour propre qui ne voulait plus rendre heureux mais seulement prendre.
Ce processus est pour vous les hommes inexplicable et il le restera parce qu'il était un processus spirituel que seulement l'esprit peut comprendre, mais il peut vous être expliqué approximativement les raisons qui M'ont poussé à faire se lever le monde matériel et ses Créations, et Je tenterai toujours de nouveau, pour autant que votre entendement puisse le saisir de vous l’expliquer et vous corriger chaque concept erroné, parce que déjà seulement une unique pensée fausse suffit pour que vous vous édifiez un édifice de pensées fausses qu'ensuite vous ne pouvez plus abattre et vous vous trouvez alors loin de la Vérité. Vous faites même bien de ne pas vous creuser la cervelle sur des choses qui sont insignifiantes pour le bien de votre âme – où on reconnaît seulement une espèce de faim de savoir, dont la satisfaction ne contribue en rien au mûrissement de votre âme. Parce que ce que vous avez besoin de savoir, Je vous le guiderai, mais toujours dans la limite de la maturité de votre âme, car c’est elle qui détermine la mesure pour ce que Je distribue.
Mais vous devez toujours savoir que Je Suis la plus grande Perfection, que tout est motivé par Mon Amour, Ma Sagesse et Ma Puissance, et qu'il ne peut pas exister d’imperfection là où il existe ce lien avec Moi. Et celui-ci existait dans la création des êtres, parce que même l'être externalisé de Moi – le porteur de Lumière – était adonné à Moi dans un très profond amour et il pouvait donc recevoir des béatitudes illimitées au travers de l'afflux de Ma Force d'Amour. Et il utilisait cette Force d'Amour de nouveau selon Ma Volonté, parce que sa volonté était orientée selon la Mienne tant qu’a existé le plus intime Amour. Chaque Acte de Création cependant conditionnait l'afflux de Ma Force d'Amour, et ainsi chaque être créé était à appeler parfait lorsqu’il a été appelé à la vie. Qu'ensuite il se soit inversé et soit devenu un être imparfait, était uniquement la conséquence de sa libre volonté qui allait de pair avec la Mienne tant que l'amour de l'être M'appartenait. Lorsqu’il a refusé Mon Amour, il devait sortir de l'Ordre éternel, mais il possédait la Lumière la plus resplendissante tant qu’il ne s'était pas décidé définitivement pour le détachement de Moi. Seulement alors il perdit la connaissance, seulement alors son esprit s’assombrit et seulement alors il était en opposition avec Moi. Il n'était plus un être divin, mais il assuma toutes les caractéristiques de celui qui, en premier, M'a retiré son amour et est devenu Mon adversaire.
Maintenant il avait renoncé à sa perfection, il était constitué d’une manière imparfaite et était de sentiment hostile envers Moi, Mon Rayon d’Amour ne pouvait plus le toucher, et sa substance spirituelle se durcissait, et maintenant Je la transformais en Créations qui sont devenues de la matière, en totale opposition avec ce qu'elle avait été au début. Mais cet essentiel mort a toujours la possibilité de reconquérir son état d’Ur, s'il est disposé pour cela, lorsqu’il renonce à sa rébellion contre Moi et se laisse de nouveau rayonner par Ma Force d'Amour dans la libre volonté. La chute de Moi s’est déroulée dans la libre volonté, et le retour à Moi doit se produire aussi dans la libre volonté. Alors l'être sera de nouveau bienheureux sans limites et il le restera dans l’éternité.
Amen
Vertaler