• Terug

Jezus belofte van de Geest

Toen Ik op aarde wandelde heb Ik u Mijn Geest beloofd. Maar pas na Mijn kruisdood kon deze Geest Zich in u uiten, omdat Hij, als deel van Mij, niet kon doorbreken waar de zonde van de vroegere opstand tegen Mij - de grote oer- schuld - nog niet teniet was gedaan, wat pas door het verlossingswerk mogelijk werd. En daarom kan Mijn Geest Zich ook nu pas daar uiten, waar de verlossing van de zonde is voorafgegaan.

Daarom is het opwekken van de Geest altijd pas het gevolg van de verlossing door Jezus Christus. Er kan nu wel een opwekking plaatsvinden om in Hem te geloven, die pas dan de verlossing van de zonde tot gevolg heeft, maar vanuit deze opwekking is nu ook het wekken van de Geest mogelijk, zodat dus gaven van de Geest van de meest verschillende soort duidelijk worden.

En dit moet u mensen nastreven, zodra u gelooft in Jezus Christus, in Mijn menswording en Mijn kruisdood. Dan zult u ook aan Mijn woorden moeten denken, waarmee Ik u Mijn Geest heb beloofd. U moet er aan denken, “dat Ik Zelf bij u ben tot aan het einde van de wereld.” Slechts korte tijd kon Ik in uw midden vertoeven in de vorm van de mens Jezus die Mij in alle volheid in Zich droeg.

Maar Ik wil ook steeds bij diegenen tegenwoordig zijn, die naar Mij verlangen, die Mij liefhebben en naar Mijn welgevallen willen leven. En bij dezen wil Ik vertoeven in de Geest. Mijn kracht moet hen doorstromen, zodat zij ook ongewone zaken tot stand kunnen brengen. Waar Ik dus aanwezig ben, zal Ik Me ook uiten.

Ik zal de mens vertrouwd maken met een waarheidsgetrouw weten. Ik zal hem kracht schenken om tot welzijn van de medemens werkzaam te zijn, geestelijk of ook aards. Ik zal hem het toekomstige onthullen als het dienstig is voor het zielenheil der mensen. Ik zal hem de kracht geven zieken te genezen in Mijn naam. En zo zal Ik steeds Mijn aanwezigheid bewijzen, zoals Ik het heb beloofd.

Ik zal in de Geest bij diegenen zijn, die Mij liefhebben en Mijn geboden nakomen. Maar Ik zal door Mijn Geest niet daar werkzaam kunnen zijn, waar de verlossing door Jezus Christus niet eerst heeft plaatsgevonden. Want Mijn Geest breekt Zich niet met geweld baan. En waar Hij op weerstand stuit, zwijgt Hij.

Maar gezegend zijn degenen die Hem de doorbraak toestaan, die toegeven aan Zijn zachte aandrang liefde te beoefenen, die de weg naar Jezus Christus nemen en zich helemaal aan Hem overgeven. Dezen zullen dan ook de waarheid van Mijn belofte ondervinden, dat Ik Zelf van hen bezit neem, dat Ik bij hen blijf en ze nu met gaven van de Geest toerust.

Want waar Ik ben, wil Ik Me ook weggeven. En Mijn geschenk aan de mensen zonder licht en kracht zal steeds bestaan in het toevoeren van licht en kracht. Ik zal hun weer hetzelfde verschaffen wat Ik op aarde aan Mijn leerlingen uitdeelde: een ongewoon weten en ongewone kracht, zodat ook zij konden volbrengen wat voor hen als alleen maar mens onmogelijk was.

Maar Ik kon Mijn Geest ook alleen maar uitgieten over Mijn leerlingen die Mij gewillig waren gevolgd en wier levenswandel het toeliet dat Mijn kruisdood hun algehele verlossing bracht van Mijn tegenstander, van hun oer-schuld en dus ook van hun toestand van zwakte en duisternis.

Mijn Geest verlichtte hen, Mijn Geest gaf hun kracht in overvloed, want Ik Zelf was het, die in hun midden vertoefde, die door hen sprak en door hen de wonderwerken verrichte toen ze in Mijn naam de wereld introkken om het evangelie te verkondigen. Ik was bij hen, net als in Mijn tijd op aarde. En Ik kon bij hen zijn, omdat ze alleen Mij nog toebehoorden en dus nu ook door de kracht van de Geest konden werken, zoals Ik het had beloofd.

En zo zal Ik ook bij diegenen zijn die het Mij door hun levenswandel mogelijk maken in hen tegenwoordig te zijn. En Ik zal Mijn aanwezigheid bewijzen door ongewone werken, door toevoer van licht en kracht. En ze zullen eveneens het verlossingswerk van Jezus Christus bekend maken, net als Mijn eerste leerlingen.

Ze zullen Zijn naam verkondigen in de wereld en eveneens hun medemensen willen helpen verlost te worden, omdat zij zelf zijn verlicht door Mijn Geest en omdat Mijn Geest hen aanspoort voor Mij en Mijn rijk te spreken en de waarheid van hun spreken te bevestigen door gaven van de Geest, door duidelijke bewijzen van Mijn aanwezigheid.

Amen

Jesu Verheißung des Geistes....

Meinen Geist habe Ich euch verheißen, als Ich auf Erden wandelte.... Erst nach Meinem Kreuzestod aber konnte sich dieser Geist in euch äußern, weil er.... als Mein Anteil.... nicht durchbrechen konnte, wo die Sünde der einstigen Auflehnung wider Mich, die große Urschuld, noch nicht getilgt war.... was erst durch das Erlösungswerk möglich wurde. Und darum kann sich Mein Geist auch nun erst dort äußern, wo die Erlösung von der Sünde vorangegangen ist, weshalb die Erweckung des Geistes immer erst die Folge der Erlösung durch Jesus Christus ist.... Es kann nun wohl eine Erweckung zum Glauben an Ihn stattfinden, die erst dann die Erlösung von der Sünde nach sich zieht, aber aus dieser Erweckung heraus ist nun auch die Erweckung des Geistes möglich:.... daß also "Gaben des Geistes" offensichtlich werden in verschiedenster Art. Und diese sollt ihr Menschen anstreben, sowie ihr glaubet an Jesus Christus, an Meine Menschwerdung und Meinen Kreuzestod. Dann sollet ihr auch Meiner Worte gedenken, mit denen Ich euch Meinen Geist verheißen habe, ihr sollt dessen gedenken, "daß Ich Selbst bei euch weile bis an der Welt Ende...." Nur eine kurze Zeit konnte Ich mitten unter euch weilen in der Form des Menschen Jesus, Der Mich in aller Fülle in Sich barg, aber Ich will auch immer denen gegenwärtig sein, die nach Mir verlangen, die Mich lieben und Mir zum Wohlgefallen leben wollen.... Und bei diesen will Ich weilen im Geist, Meine Kraft soll sie durchströmen, so daß sie auch Ungewöhnliches leisten können. Wo Ich also gegenwärtig bin, werde Ich Mich auch äußern, Ich werde den Menschen einführen in ein wahrheitsgemäßes Wissen, Ich werde ihm Kraft schenken, zum Wohl des Mitmenschen tätig zu sein, geistig oder auch irdisch, Ich werde ihm Zukünftiges enthüllen, so es zum Seelenheil der Menschen dienet, Ich werde ihm die Kraft geben, Kranke zu heilen in Meinem Namen.... und Ich werde so stets Meine Gegenwart beweisen, wie Ich es verheißen habe.... Ich werde im Geist bei denen sein, die Mich lieben und Meine Gebote halten. Aber Ich werde nicht wirken können durch Meinen Geist, wo die Erlösung durch Jesus Christus nicht vorangegangen ist. Denn Mein Geist bricht sich nicht gewaltsam Bahn, und wo er auf Widerstand stößt, bleibt er stumm. Aber gesegnet, die ihm den Durchbruch gestatten, die seinem leisen Drängen, Liebe zu üben, nachgeben, die den Weg zu Jesus Christus nehmen und sich Ihm gänzlich hingeben.... Diese werden dann auch die Wahrheit Meiner Verheißung erfahren, daß Ich Selbst von ihnen Besitz nehme, daß Ich bei ihnen verbleibe und sie nun mit Gaben des Geistes ausstatte. Denn wo Ich bin, will Ich Mich auch verschenken.... Und Mein Geschenk an den licht- und kraftlosen Menschen wird immer in Zuführung von Licht und Kraft bestehen. Ich werde das gleiche ihnen wieder vermitteln, das Ich auf Erden austeilte Meinen Jüngern: ungewöhnliches Wissen und ungewöhnliche Kraft, so daß auch sie vollbringen konnten, was ihnen als nur Mensch unmöglich war.... Aber Ich konnte Meinen Geist auch nur ausgießen auf Meine Jünger, die Mir willig gefolgt waren und deren Lebenswandel es zuließ, daß Mein Kreuzestod ihnen restlose Erlösung brachte von Meinem Gegner, von ihrer Urschuld und also auch von ihrem Zustand der Schwäche und Finsternis. Mein Geist erleuchtete sie, Mein Geist gab ihnen Kraft im Übermaß, denn Ich Selbst war es, Der mitten unter ihnen weilte, Der durch sie sprach und durch sie die Wunderwerke verrichtete, als sie in Meinem Namen auszogen in die Welt, um das Evangelium zu verkünden.... Ich war bei ihnen wie zu Meiner Erdenzeit, und Ich konnte bei ihnen sein, weil sie nur noch Mir angehörten und also auch nun durch die Kraft des Geistes wirken konnten, wie Ich es verheißen hatte.... Und so auch werde Ich immer bei denen sein, die Mir durch ihren Wandel es ermöglichen, in ihnen gegenwärtig zu sein, und Ich werde Meine Gegenwart beweisen durch ungewöhnliches Wirken, durch Zufuhr von Licht und Kraft.... Und sie werden gleichfalls künden wie Meine ersten Jünger von dem Erlösungswerk Jesu Christi.... Sie werden Seinen Namen verkünden in der Welt und ihren Mitmenschen gleichfalls zur Erlösung verhelfen wollen, weil sie selbst erleuchtet sind von Meinem Geist und weil Mein Geist sie antreibt, für Mich und Mein Reich zu reden und die Wahrheit ihrer Reden zu bestätigen durch Gaben des Geistes, durch offensichtliche Beweise Meiner Gegenwart....

Amen