• Terug

Gods wegen zijn niet altijd de wegen van de mens

Uw wegen zijn niet altijd mijn wegen. Vaak bent u niet op de hoogte van het doel wanneer u een weg opgaat, maar Ik weet waar deze heenleidt en dring u vaak zachtjes een andere weg op. En geeft u toe aan deze drang, dan zult u ook zeker het ware doel bereiken. Maar vaak is uw weerstand te groot. Uw eigen wil is sterker en u let niet op de zachte aandrang die van Mij uitgaat. Dan moet Ik u ook laten gaan omdat Ik uw wil niet met geweld breek. En dan bent u ook in gevaar de band met Mij te verliezen, omdat die nog niet genoeg was aangeknoopt en u zich nog niet geheel aan mijn leiding overgaf.

Maar u moet u niet verwonderen wanneer uw plannen vaak teniet worden gedaan, wanneer uw voornemens niet lukken, wanneer de weg die u gaat voor u zwaarder wordt gemaakt. Dit zijn allemaal zachte aanwijzingen dat dit niet de juiste weg is, en u zou ook dan nog achterdochtig kunnen worden en van die weg afwijken en toch op het juiste spoor belanden dat meer succes belooft, maar niet in aards materiële zin, maar die u geestelijk succes verzekert. Alleen uw gedachten die op Mij zijn gericht, verzekeren u ook mijn leiding en dan zult u ook inzien dat elke weg juist was, dat u vooruit bent gekomen, zelfs wanneer u zich in het begin verzette die wegen te betreden. Maar denkt u zuiver aards, dan zult u ook zeker wegen inslaan die in de verkeerde richting gaan, en u zou dan steeds alleen maar dankbaar moeten zijn wanneer u duidelijk gehinderd wordt om op die wegen verder te gaan. Maar hoe wereldser een mens is ingesteld, hoe ijveriger hij hindernissen tracht te overwinnen. Hij haalt vaak alle barrières neer, dat wil zeggen hij vraagt er niet naar of hij juist handelt en tracht slechts zijn doel te bereiken, maar dat is weer zuiver werelds gericht. En deze mensen moet Ik laten begaan, want hun wil is nog te sterk op mijn tegenstander gericht dan dat men zich zou voegen naar mijn wil. Maar heel wat groter voordeel zult u mensen behalen wanneer u zich aan mijn leiding toevertrouwt en u dan steeds alleen maar laat leiden zonder innerlijke weerstand.

Een vader overziet het, waarheen zijn kind zijn schreden zet en welke gevaren het omringen, en in zijn liefde tracht hij het kind te leiden op de weg waarop het zonder gevaar kan gaan en het juiste doel bereikt. En zoals een ware vader ben ook Ik bezorgd om het lot van ieder afzonderlijk mens en Ik wil dat zijn weg over de aarde hem tot zegen wordt. Maar de mens zelf richt zijn aandacht vaak in de verkeerde richting omdat hij daar iets hoopt te vinden, maar wat toch schadelijk is voor hem. Weliswaar blijft zijn vrije wil gehandhaafd, maar bepaald door het lot kan zijn weg op aarde anders worden gestuurd, tegen zijn wens en wil in, maar steeds alleen tot zegen van zijn ziel. Maar zolang de mens mort en zich innerlijk verzet tegen dat wat hem overkomt, is die zegen gering. Pas wanneer hij zich overgeeft, in het besef dat een hogere wil beslissend is, tegen welke zich te verzetten een onrecht is, zal hij daar voor zijn ziel nut uit halen. En de mens zal in het leven vaak zulke door het lot bepaalde ingrepen mijnerzijds kunnen constateren en deze moeten hem steeds te denken geven.

Er is er slechts Een, die over de levensloop van de mens beslist en diens wegen moest hij als goed en juist leren zien. Hij zou zich steeds onderdanig in zijn lot moeten schikken en weten dat een liefdevolle Vader bezorgd is over het welzijn van Zijn kind en dat alles, ook het schijnbaar ongunstige, de mens voor zijn bestwil dient wanneer hij geen weerstand biedt, wanneer hij zich laat leiden en ook zulke gebeurtenissen aanvaardt als door de Vader voor Zijn kind als juist ingezien en aangewend. En hij moet aan elke ingeving toegeven die hem dringt anders te handelen, want zulke innerlijke ingevingen zijn steeds mijn zachte stem waarmee Ik het kind lok en op een andere weg roep, op de weg die hem waarlijk succes zal opleveren en die naar het doel voert, naar zijn ware bestemming, naar de zin van het aardse leven.

De wil van de mens is vaak anders dan mijn wil is en zo zijn ook zijn wegen niet steeds de mijne. Maar altijd bezit hij mijn liefde en deze wil hem alleen maar redden. Ze wil hem voor zich winnen en ze zal daarom de mens ook steeds zo leiden, zoals het goed voor hem is. Maar zijn wil wordt ook door mijn wil niet gedwongen, want deze is en blijft vrij omdat de mens volledig vrij moet kiezen voor zijn Vader van eeuwigheid.

Amen

Gottes Wege sind nicht immer des Menschen Wege....

Eure Wege sind nicht immer Meine Wege.... Ihr wisset oft nicht um das Ziel, wenn ihr einen Weg antretet, Ich aber weiß, wohin dieser führt, und dränge euch oft sanft auf einen anderen Weg. Und gebet ihr diesem Meinem Drängen nach, dann werdet ihr auch sicher das rechte Ziel erreichen. Oft aber ist euer Widerstand zu groß, euer eigener Wille ist stärker, und ihr achtet nicht des leisen Drängens, das von Mir ausgeht. Dann muß Ich euch auch gehen lassen, weil Ich nicht euren Willen gewaltsam breche. Und dann seid ihr auch in Gefahr, die Bindung mit Mir zu verlieren, weil sie noch nicht fest genug geknüpft war und ihr euch noch nicht ganz Meiner Führung hingabet. Aber ihr sollet euch nicht wundern, wenn oft eure Pläne zunichte gemacht werden, wenn eure Vorhaben nicht gelingen, wenn der Weg, den ihr gehet, euch erschwert wird. Es sind dies alles leise Hinweise, daß er nicht der rechte Weg ist, und ihr könntet auch dann noch stutzig werden und von jenem Weg abweichen und doch zu der rechten Fährte gelangen, die größeren Erfolg verspricht.... aber nicht in irdisch materiellem Sinn, sondern die euch geistigen Erfolg verbürgt. Nur eure Mir zugewandten Gedanken sichern euch auch Meine Führung, und dann werdet ihr auch erkennen, daß jeder Weg recht war, daß ihr vorwärts gekommen seid, selbst wenn ihr anfangs euch sträubtet, jene Wege zu betreten. Denket ihr aber nur rein irdisch, so werdet ihr auch sicher Wege einschlagen in verkehrter Richtung, und ihr müßtet dann immer nur dankbar sein, wenn ihr sichtlich gehindert werdet, auf jenen Wegen weiterzuwandeln. Doch je weltlicher ein Mensch eingestellt ist, desto eifriger sucht er Hindernisse zu überwinden, er reißt oft alle Schranken nieder, d.h., er fragt nicht danach, ob er recht tut, und sucht nur sein Ziel zu erreichen, das aber wieder nur rein weltlich gerichtet ist. Und diese Menschen muß Ich gewähren lassen, denn ihr Wille ist noch zu stark Meinem Gegner zugewandt, als daß er sich unter Meinen Willen beugen würde. Aber weit größeren Vorteil werdet ihr Menschen erringen, wenn ihr euch Meiner Führung anvertraut und dann immer nur euch lenken lasset ohne inneren Widerstand.... Ein Vater übersieht es, wohin sein Kind seine Schritte lenkt und welche Gefahren es umlauern, und in seiner Liebe sucht er das Kind zu lenken auf den Weg, da es ungefährdet wandeln kann und zum rechten Ziel gelangt. Und wie ein rechter Vater bin auch Ich besorgt um das Schicksal jedes einzelnen Menschen, und Ich will, daß sein Erdenweg ihm zum Segen werde. Aber der Mensch selbst richtet oft sein Augenmerk in falscher Richtung, weil er dort etwas zu finden hofft, was ihm jedoch zum Schaden ist. Sein freier Wille zwar bleibt ihm belassen, doch schicksalsmäßig kann sein Erdenlauf anders gelenkt werden, entgegen seinem Wunsch und Willen, doch immer nur zum Segen seiner Seele. Solange der Mensch aber murrt und sich innerlich aufbäumt gegen das, was ihn schicksalsmäßig betrifft, ist jener Segen gering. Erst wenn er sich ergibt in der Erkenntnis, daß ein höherer Wille bestimmend ist, gegen den sich aufzulehnen ein Unrecht ist, wird er seelisch einen Nutzen davontragen. Und es wird der Mensch oft im Leben solche schicksalsmäßige Eingriffe Meinerseits beobachten können, und diese sollen ihm immer zu denken geben.... Es ist nur Einer, Der über den Lebenslauf des Menschen bestimmt, und Dessen Wege sollte er als gut und recht erkennen lernen, er sollte sich stets ergeben unter sein Geschick beugen und wissen, daß ein liebender Vater um das Wohl Seines Kindes besorgt ist und daß alles, auch scheinbar Ungünstiges, dem Menschen zum Heile gereicht, wenn er keinen Widerstand leistet, wenn er sich führen lässet und auch solche Ereignisse hinnimmt als vom Vater für Sein Kind richtig erkannt und angewandt. Und er soll jeder inneren Regung nachgeben, die ihn anders zu handeln drängt, denn solche inneren Regungen sind immer Meine leise Stimme, mit der Ich das Kind locke und rufe auf einen anderen Weg, auf den Weg, der wahrlich ihm Erfolg eintragen wird und der zum Ziel führt, zum rechten Ziel, zum Zweck seines Erdenlebens. Des Menschen Wille ist oft anders, als Mein Wille ist, und so auch sind seine Wege nicht immer die Meinen.... Aber immer besitzet er Meine Liebe, und diese will ihn nur retten, Sie will ihn gewinnen für sich, und Sie wird daher auch stets den Menschen so lenken, wie es gut ist für ihn, doch seinen Willen zwingt auch Meine Liebe nicht, denn dieser ist und bleibt frei, weil sich der Mensch völlig frei entscheiden soll für seinen Vater von Ewigkeit....

Amen