Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

De juiste Woordverkondiging - Gods tegenwoordigheid

De arbeid voor Mij en Mijn rijk moet met alle ijver worden verricht, omdat de tijd dringt en er nog velen gewonnen moeten worden voor het einde. En ook het wereldgebeuren draagt ertoe bij, dat de mensen nadenkend zouden kunnen worden en een open oor hebben voor Mijn evangelie, als het hen levend uiteen wordt gezet door diegenen, die een gewekte Geest hebben. Maar ook alleen díe zullen met succes kunnen werken in de laatste tijd, terwijl de dode predikers eerder een geloofsafval zullen bewerkstelligen dan een opwekking van hun toehoorders. Want die preken ook niet in Míjn opdracht, maar ze zalfden zichzelf tot “dienaren van de Heer”, die ze echter nooit kunnen zijn, zolang Mijn Geest niet in hen werkzaam is; zolang ze zich niet lieten wekken door Mijn Geest, wat echter een leven in liefde vooropstelt. Alleen wat bewijst te leven kan weer tot leven leiden. En Mijn Woord moet de mensen levend worden gepreekt, om hen tot leven te wekken. En het moet hen zo worden aangeboden, dat ze de kracht van het Woord voelen en daardoor worden aangespoord het na te volgen. Ze moeten zich ook door Mij Zelf voelen aangesproken en dit is alleen mogelijk, wanneer Ik Zelf ook tot hen kan spreken door de mond van gewekte dienaren.

En dat is, wat onbegrijpelijk en onbekend is bij diegenen, die zich voor Mijn vertegenwoordigers op aarde uitgeven en toch de mensen een dodelijk verstard evangelie verkondigen; die zich alleen van de woorden bedienen, die Ik eens tot de mensen sprak, maar waaraan elk leven ontbreekt, omdat de Geest ontbreekt die het pas levend maakt. Enkelingen spreken dan krachtig, wanneer ze een waar leven in liefde leiden en daardoor ook tot helderheid van hun denken komen. En als dezen zich geheel en al in Mijn Armen lieten nemen, zouden ze ook ware vertegenwoordigers van Mijn leer op aarde kunnen worden. Maar ze vinden moeilijk de weg naar Mij, die rechtstreeks vanuit het hart naar Mij moet leiden, maar niet via een door mensen kunstzinnig aangelegd gebied, dat dezen als “kerk” betitelen. U mensen wilt deze waarheid niet horen, maar neem toch eens oprecht en vol vertrouwen deze rechtstreekse weg naar Mij en u zult er geen spijt van hoeven te hebben. Maar Ik kan alleen deze raad geven aan diegenen, die vol liefde zijn, omdat Ik dán alleen maar tot hen kan spreken, omdat Mijn Geest dan zal nederdalen en zij nu ook Mijn ware vertegenwoordigers kunnen zijn.

Er moet nog veel arbeid worden verricht en Ik roep steeds weer op tot deze arbeid in de wijngaard. Ik tracht steeds weer knechten te winnen, die bereid zijn Mij trouw te dienen. En Ik wil u ook zeggen, hoe diegenen geaard moeten zijn, die voor deze arbeid in de wijngaard nodig zijn. Ze moeten een levend geloof hebben, dat door de liefde tot leven werd gewekt. Want Ik Zelf moet in hen kunnen werken, daar anders hun arbeid tevergeefs is. Het spreken van Mijn Woorden is nutteloos, wanneer uit deze woorden niet tegelijkertijd de leven verwekkende kracht stroomt. En leven schenken kan alleen Hij, Die Zelf het Leven is. Dus iedere verkondiger van Mijn evangelie op aarde moet het toestaan en mogelijk maken, dat Ik Zelf door hem kan spreken. Hij moet door de liefde zich zo innig met Mij verbinden, dat Ik nu in hem aanwezig ben en uit hem spreek, wanneer hij zijn mond opent om Mijn Woord te prediken. Hij mag niet menen, dat Mijn aanwezigheid vanzelfsprekend is, als hij zich alleen maar van Mijn Woorden bedient, die zonder Mijn Geest slechts lege letters zijn. Hij moet tevoren Mijn Geest vragen, doordat hij zich bewust met Mij verbindt en door onbaatzuchtige werken van liefde ook Mijn aanwezigheid mogelijk maakt. En een onvermoede zegen zal uitstromen over allen die hem aanhoren, omdat ze nu Mij Zelf horen en door de kracht van Mijn Woord kunnen worden aangeraakt, zodat ze zelf gewekt worden ten leven. En dan is er geen gevaar meer, dat ze verloren gaan, want wat eenmaal levend is geworden op deze aarde zal het leven ook niet meer verliezen. Wat eens de dood ontvlucht is, is hem ontvlucht die het eens aan de dood had uitgeleverd. Maar nu zal het leven in eeuwigheid.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

Vero Annuncio della Parola - La Presenza di Dio

Il lavoro per Me ed il Mio Regno dev’essere fatto con tutto il fervore, perché il tempo stringe e ne devono ancora esser conquistati molti prima della fine. Anche l’avvenimento del mondo contribuisce che gli uomini potrebbero diventare riflessivi ed avere un orecchio aperto per il Mio Vangelo, se viene presentato a loro in modo vivo da coloro che sono di spirito risvegliato. Ma anche costoro potranno agire con successo nell’ultimo tempo, mentre i predicatori morti otterranno piuttosto una decaduta dalla fede che un risveglio dei loro ascoltatori, perché costoro non predicano nemmeno su Incarico Mio, ma hanno unto loro stessi a “servitori del signore”, che però non possono mai essere finché il Mio Spirito non opera in loro, finché non si sono lasciati risvegliare dal Mio Spirito, che premette però una vita nell’amore. Solo ciò che dimostra la vita può nuovamente condurre alla Vita. La Mia Parola dev’essere predicata in modo vivente agli uomini, per risvegliarli alla vita, a loro dev’essere offerto in modo che sentano la Forza della Parola e da ciò vengono stimolati a viverla. Devono sentirsi interpellati da Me Stesso e questo è possibile solamente quando Io Stesso posso parlare a loro attraverso la bocca di servitori risvegliati. Ed è questo che è incomprensibile ed ignoto a coloro che si atteggiano come Miei rappresentanti sulla Terra ed annunciano agli uomini comunque un Vangelo irrigidito a morte, che si servono soltanto delle Parole che Io ho una volta detto agli uomini a cui però ora manca la vita, perché manca lo Spirito che la rende vivente. Solo alcuni pochi parlano con forza anche là, quando conducono una vita di vero amore e con ciò arrivano anche all’illuminazione del loro pensare. Se costoro si lasciassero prendere pienamente nelle Mie Braccia, potrebbero diventare anche veri rappresentanti della Mia Dottrina sulla Terra. Ma difficilmente trovano la via verso di Me, che deve condurre direttamente dal cuore a Me, ma non attraverso un luogo artisticamente preparato da uomini che chiamano “chiesa”. Voi uomini non volete sentire questa Verità, ma prendete una volta seriamente e fiduciosi questa diretta via verso di Me e non avrete da pentirvene. Ma posso dare questo Consiglio soltanto a coloro che sono colmi d’amore, perché posso poi parlare soltanto a costoro, perché il Mio Spirito scenderà e loro ora possono essere anche i Miei veri rappresentanti. Dev’essere prestato ancora molto lavoro, invito sempre di nuovo a questo lavoro da Vigna cerco sempre di nuovo dei servi che siano volonterosi a servirMi. Voglio anche dire loro come devono essere costituiti coloro che servono per questo lavoro da Vigna. Devono avere una fede viva, che è stata risvegliata alla vita attraverso l’amore, perché Io Stesso devo poter agire in loro, altrimenti il loro lavoro è inutile. Pronunciare le Mie Parole è inutile, se da queste Parole non defluisce contemporaneamente la Forza che risveglia alla Vita e la Vita, la può donare soltanto Colui Che E’ la Vita Stessa. Quindi ogni annunciatore del Mio Vangelo sulla Terra lo deve permettere e rendere possibile, affinché Io Stesso possa parlare tramite lui. Deve unirsi così intimamente con Me attraverso l’amore, che ora Sono presente in lui e parlo da lui quando apre la sua bocca per predicare la Mia Parola. Non deve credere che la Mia Presenza è dovuta, se si serve delle Mie Parole, che senza il Mio Spirito sono soltanto delle lettere vuote. Dapprima deve richiedere il Mio Spirito mentre si unisce coscientemente con Me e rende possibile la Mia Presenza mediante un agire d’amore disinteressato. Una insospettata benedizione fluirà su tutti coloro che l’ascoltano, perché ora sentono Me Stesso e possono essere toccati dalla Forza della Mia Parola, in modo che loro stessi vengano risvegliati alla vita. Allora non esiste più nessun pericolo che vadano perduti, perché ciò che una volta è arrivata alla Vita su questa Terra, non perderà più la Vita, ciò che una volta fugge alla morte, è sfuggito a colui che lo ha una volta esposto alla morte. Ma ora vivrà in eterno.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Ingrid Wunderlich