• Terug

JEZUS CHRISTUS - GOD's ZOON

De goddelijkheid van JEZUS is zo vaak de strijdvraag, die de mensen die in HEM als GOD's ZOON geloven, gesteld wordt ter beantwoording. Deze vraag is weer alleen aan die mensen juist te beantwoorden die in het geloof vaststaan, aan hen is de goddelijkheid van JEZUS goed uit te leggen, terwijl de ongelovige mensen daar geen begrip voor kunnen opbrengen, daar ze noch het aanwezig zijn van een wijze, almachtige en liefdevolle GODHEID, noch HAAR werkzaam zijn erkennen. En zo zal het hun ook onbegrijpelijk blijven dat GOD Zich Zelf, d.w.z. Zijn GEEST kann doen uitstralen op de mensen, evenals op al het wezenlijk zijnde dat uit HEM is voortgekomen. Ze begrijpen ook niet dat er tussen de Schepper en Zijn schepselen een samenhang bestaat, die nooit ofte nimmer kan eindigen. Ze begrijpen ook niet dat deze GODHEID, DIE altijd en overal zijn kan, Zich ook in algehele volheid kan ophouden in een menselijke vorm, dat dus een mens a.h.w. kan worden doorstraald door Zijn Liefde, doorstroomd door Zijn Kracht. En dat deze mens dan in zich zoveel goddelijks bevat, dat ook zijn hele wezen is doordrongen door de GEEST GOD's en nu zijn waarlijk goddelijk Wezen Hem tot een kind van GOD doet worden. En dit zal voor hem steeds onbegrijpelijk blijven, zolang hij zich afzijdig opstelt tegenover de leer van CHRISTUS, d.w.z. zolang hij niet de weg gaat die CHRISTUS op aarde ging, de weg van de liefde, want de wijsheid komt pas door de liefde.

De mens die in liefde werkzaam is, begrijpt dit dadelijk, hij heeft geen langere uitleg nodig, omdat de Kracht uit GOD, Zijn GEEST, al in hem werkt, omdat hij zich in de stroomkring van de uitstraling van de goddelijke Liefde bevindt en hem bijgevolg ook de uitwerking van een leven in ware liefde begrijpelijk is. JEZUS CHRISTUS heeft echter op aarde zo'n leven in liefde geleid en bijgevolg bevond HIJ Zich ook midden in de uitstraling van GOD's LIEFDE. HIJ werd vastgepakt door GOD's oneindige Liefde, Hij werd doorstraald door Zijn GEEST, en een sterke Wil doorstroomde HEM. Maar LIEFDE, GEEST, KRACHT en WIL is het WEZEN van de eeuwige GODheid. Dus was ook JEZUS net als GOD geworden, HIJ was Zijn Evenbeeld, HIJ was Zelf een goddelijk Wezen, HIJ was de ZOON GOD's, DIE niet meer als een apart wezen kon worden beschouwd, maar geheel één was met Zijn VADER van eeuwigheid, DIE het bijeen behoren van HEM met Zijn VADER inzag, de algehele aaneensluiting met HEM nastreefde en door Zijn leven in liefde de vereniging op aarde al gevonden heeft.

Amen

Gesù Cristo – Figlio di Dio

La Divinità di Gesù è sovente la questione di contesa che viene posta in Risposta per gli uomini che credono in Lui come Figlio di Dio. Questa domanda è da rispondere in modo giusto solo a quegli uomini che stanno nella fede; a loro si può bensì spiegare la Divinità di Gesù, mentre gli uomini senza fede non ne possono avere nessuna comprensione dato che non riconoscono né l’Esistenza di una Divinità saggia ed onnipotente né il Suo Agire. E così rimarrà per loro anche inafferrabile che Dio, cioè il Suo Spirito, Si possa irradiare sugli uomini come su tutto l’essenziale che è proceduto da Lui. Non comprendono che fra il Creatore e le Sue creature esista un collegamento che non può mai e poi mai finire. Non comprendono nemmeno che questa Divinità la Quale può Essere sempre ed ovunque, Si possa anche celare in tutta la pienezza in una forma esteriore umana, che quindi un Uomo possa per così dire essere irradiato dal Suo Amore, compenetrato dalla Sua Forza e che quest’Uomo celi poi in sé così tanta Divinità che anche tutto il Suo Essere E’ compenetrato dallo Spirito di Dio ed il Suo Essere veramente divino lo faccia diventare un Figlio di Dio. E questo gli rimarrà incomprensibile finché sta lontano dalla Dottrina di Cristo, cioè finché non prende la via che Cristo ha percorso sulla Terra, la via dell’amore. Perchè la Sapienza arriva solo tramite l’amore. L’uomo attivo amorevolmente lo afferra subito, non ha bisogno di una lunga spiegazione, perché la Forza da Dio, il Suo Spirito, opera già in lui, perché sta nella cerchia della Corrente della divina Irradiazione d’Amore e di conseguenza gli è comprensibile anche l’effetto di una vera vita nell’amore. Ma Gesù Cristo ha condotto sulla Terra una tale vita d’amore e di conseguenza stava anche in mezzo all’Irradiazione d’Amore di Dio. Egli Era afferrato dall’infinito Amore di Dio, Era compenetrato dal Suo Spirito ed una forte Volontà fluiva attraverso di Lui. L’Amore, lo Spirito, la Forza e la Volontà però è l’Essere dell’eterna Divinità. Quindi anche Gesù Era diventato simile a Dio, Egli Era la Sua Immagine, Egli Stesso Era un Essere divino, Egli Era il Figlio di Dio il Quale non poteva più valere come Essere singolo, ma Era completamente Uno con il Padre Suo dall’Eternità, il Quale ha riconosciuto la Sua appartenenza con il Padre Suo, ha aspirato alla totale unificazione con Lui ed attraverso la Sua Vita nell’Amore, ha trovato quet’unificazione già sulla Terra.

Amen