En dit is belangrijk, want enkel de gang door het aardse leven kan de scheiding van God opheffen en enkel de tijd van de belichaming als mens kan het wezen de bewuste vereniging met God opleveren. En juist daarom is het ook belangrijk, op welke zaken de gedachten van de mens zich tijdens de tijd op aarde zich richt en welke krachten toegang verleend wordt.
De gedachtenoverdracht is het wapen, waarmee het geestelijke de strijd voert. Licht en duisternis proberen op dezelfde manier kracht op de mensen over te dragen, juist in de vorm van gedachten en beide machten hebben succes, al naar gelang de wil van de mens, de aard van zijn wezen en zijn instelling tegenover God. Elk mens, dat positief staat tegenover God, zal zijn wezen zo vormen, dat hij probeert goed te zijn en zodoende is zijn wil op het goede, het goddelijke gericht en het gevolg daarvan is een in staat zijn om geestelijke krachtuitstraling op te nemen, die de goede, dat wil zeggen de lichtvolle, wezens aan de mensen willen geven. De gedachtenoverdracht door de lichtwezens kan dus zonder weerstand, zonder hindernis plaatsvinden. Het denken van de mens beweegt zich in de waarheid en er hoeft nooit aan getwijfeld te worden.
Maar dezelfde bekwaamheid om op te nemen is ook die mensen eigen, die door ver van God verwijderd te zijn zich op te tegenpool van God richten. Ze kunnen de uitstralingen van de slechte geestelijke krachten net zo in ontvangst nemen, omdat ze zich daarvoor openen door hun verlangen naar wereldse zaken, die deel zijn van dat, waarvan de mens zich af moet keren. Zulke mensen zullen steeds een leven in liefdeloosheid leiden en hun harten zullen de stromingen gewillig opnemen, die hen tot toegenomen liefdeloosheid aansporen.
En zodoende zullen de gedachten van zulke mensen geen nadering tot God tot stand brengen, maar de afstand tot Hem vergroten. Dan overwint de duisternis het licht. De wezens van de duisternis worden door de wil van de mens zelf ondersteund. Er wordt voor hun krachtuiting geen hindernissen opgeworpen en zodoende kunnen ze ook werkzaam worden, wat in het volledig verkeerde denken van de mensen tot uitdrukking komt en dus in de geestelijk lage stand van de mensheid, die weer alleen maar opgeheven kan worden door de invloeden van buitenaf. Dat wil zeggen door zwaar leed en ellende, doordat de mensen gedwongen worden om in gedachten stelling te nemen en dit nog tot een verandering van hun denken leiden kan.
Want de mens kan niet tegen zijn wil naar het juiste denken geleid worden. Zijn wil is doorslaggevend en overeenkomstig zijn wil zijn ook de gebeurtenissen, die hem overkomen en die, hoe smartelijk ze ook zijn, voor de ziel van de mens toch nog een gunstig effect kunnen hebben.
Amen
VertalerE questo è significativo, perché solo il percorso attraverso la vita terrena può sospendere la separazione da Dio e solo il tempo dell’incorporazione come uomo può procurare all’essere la cosciente unificazione con Dio. E proprio per questo è così importante a quali cose nel tempo terreno il pensiero dell’uomo si rivolge ed a quali forze concede l’accesso. La trasmissione dei pensieri è l’arma con la quale lo spirituale conduce la lotta. La Luce e l’oscurità cercano nello stesso modo di trasferire la forza sugli uomini appunto nella forma di pensieri ed ambedue i Poteri hanno successo secondo la volontà dell’uomo, secondo il suo genere d’essere e la sua predisposizione verso Dio. Ogni uomo che afferma Dio formerà il suo essere in modo che tende ad essere buono e quindi la sua volontà è rivolta al Bene, al Divino e la conseguenza di ciò è la facoltà d’accoglienza dell’Irradiazione della Forza spirituale che gli esseri buoni, cioè di Luce, vogliono trasmettere agli uomini. La trasmissione di pensieri attraverso gli esseri di Luce può quindi aver luogo senza resistenza, senza ostacolo, il pensare dell’uomo si muove nella Verità e non deve mai e poi mai essere messo in dubbio. La stessa facoltà di ricezione però è propria anche degli uomini che attraverso la loro lontananza da Dio si rivolgono al polo opposto di Dio. Loro possono ricevere proprio così l’irradiazione delle forze spirituali cattive, perché a queste si aprono attraverso il loro desiderio per cose mondane che sono parte di colui dal quale l’uomo si deve allontanare. Tali uomini condurranno sempre una vita nel disamore ed i loro cuori accolgono volontariamente le correnti che li spingono all’aumentato disamore. Quindi i pensieri di tali uomini non procureranno nessun avvicinamento a Dio, ma aumentano la lontananza da Lui. Allora vince l’oscurità sulla Luce. Gli esseri dell’oscurità sosterranno la volontà dell’uomo stesso; alla loro manifestazione di forza non viene opposto nessun ostacolo e quindi può diventare anche efficace, perché si manifesta nel pensare totalmente sbagliato degli uomini e quindi nel basso stato spirituale dell’umanità che può essere sospeso solamente di nuovo attraverso l’agire dall’esterno, cioè attraverso grave sofferenza ed afflizione, con cui gli uomini vengono costretti a prendere mentalmente posizione e questo può ancora condurre al cambiamento del loro pensare. Perché l’uomo non può essere condotto al giusto pensare contro la sua volontà. Questa è decisiva e secondo la sua volontà sono anche gli avvenimenti che vengono su di lui e che, per quanto siano di sofferenza, possono comunque ancora essere a vantaggio per l’anima dell’uomo.
Amen
Vertaler