• Terug

Leed en ellende zijn een bewijs van de liefde van God

De Heer leidt degene die Hij liefheeft door veel ellende en leed om hem te louteren, zolang hij nog op aarde verblijft. En denk hieraan, als Hij u leed oplegt, dat u ondraaglijk lijkt. Hij heeft in Zijn wijsheid werkelijk het beste voor u gekozen, ook als u het op aarde niet kunt begrijpen, maar uw ziel bedankt Hem vurig, als ze het aardse leven beëindigd heeft. Want dan herkent ze ook, hoeveel verder ze gekomen is door de lijdensweg, die voor haar op aarde bepaald werd. Het is maar een korte tijd, dat u over de aarde gaat, maar het leven in de eeuwigheid is eindeloos. En het leven in gelukzaligheid is waarlijk het lijden waard, dat de mens op aarde door moest maken.

Wie daarentegen op aarde verschoond blijft van allerlei soorten ellende, die moet een veel moeilijker weg afleggen in het hiernamaals, want de ziel moet zich in het hiernamaals eerst van afvalstoffen ontdoen en dit vergt een veel langere tijd en een enorme moeite. Het aardse leven is rijk aan genaden en elk leed, elk verdriet is in zekere zin een genade, die de ziel helpt opwaarts te gaan. Het is een middel, waarvan God Zich bedient, dat veel succesvoller is dan de goddelijke leringen zijn, als daar geen aandacht aan geschonken wordt. Er moet acht geslagen worden op het leed en dit brengt de eigenlijke verandering van het denken tot stand.

Maar een zorgeloos aards leven laat de mensen steeds oppervlakkiger worden, omdat de vreugden van het leven alle geestelijke kennis en geestelijke verlangens overstemmen en de mens zich steeds meer van God vervreemdt. Want het is beslist waar dat het lijden dichter bij God brengt, vooropgesteld dat de mens niet zo ver van God af staat, dat hij ook tijdens het lijden niet aan God denkt of Hem geheel afwijst.

Op dit moment staat de hele wereld ver van God af en daarom erkent ze ook dat lijden niet als een goddelijke zending of toestemming. En dat brengt God ertoe om nu nog merkbaarder in te grijpen en de mensen uit de rust van hun ziel wakker te schudden. Hij moet hun nog meer leed sturen. Hij moet daar een handje helpen, waar de mensen in het grote gevaar verkeren, dat ze niet meer aan hun eigenlijke doel denken, maar hun heil enkel en alleen daar zoeken, waar de tegenstander van God werkzaam is: in de vreugden van de wereld. En dat wil God ver van u weghouden en daarom moet u het leed op u nemen en geduldig alles verdragen, wat God u tot uw zegen laat overkomen.

Amen

Leid und Trübsal Beweis von Gottes Liebe....

Wen der Herr lieb hat, den führt er durch viel Trübsal und Leid hindurch, um ihn zu läutern, solange er noch auf Erden weilt. Und dies bedenket, so Er euch Leiden auferlegt, die euch untragbar erscheinen. Er hat in Seiner Weisheit wahrlich das Beste für euch erwählt, auch wenn ihr das auf Erden nicht begreifen könnt, doch eure Seele dankt es Ihm innig, wenn sie das Erdenleben beendet hat. Denn dann erkennt sie auch, um wievieles weiter sie gekommen ist durch den Leidensweg, der ihr auf Erden bestimmt war. Es ist nur eine kurze Zeit, die ihr auf Erden wandelt, endlos aber das Leben in der Ewigkeit. Und das Leben in Glückseligkeit ist wahrlich die Leiden wert, die der Mensch auf Erden durchleben mußte. Wer hingegen auf Erden verschont bleibt von Trübsal aller Art, der hat einen weit schwierigeren Weg zurückzulegen im Jenseits, denn es muß sich die Seele nun erst im Jenseits völlig entschlacken, und es erfordert dies eine viel längere Zeit und übergroße Mühe. Das Erdenleben ist reich an Gnaden, und ein jedes Leid, ein jeder Kummer ist im gewissen Sinne eine Gnade, denn sie verhilft der Seele zur Höhe. Es ist ein Mittel, dessen Sich Gott bedient, das viel erfolgreicher ist, als die göttlichen Lehren sind, so sie nicht beachtet werden. Das Leid muß beachtet werden und bringt die eigentliche Umänderung des Denkens zustande. Ein sorgloses Erdenleben aber läßt nur die Menschen immer oberflächlicher werden, weil die Freuden des Lebens alles geistige Wissen und geistige Verlangen übertönen und der Mensch sich immer mehr Gott entfremdet. Denn das ist gewißlich wahr, daß das Leid näherführt zu Gott, vorausgesetzt, daß der Mensch nicht so Gott-fern ist, daß er auch im Leid nicht an Gott denkt oder Ihn gänzlich ablehnt. Es ist zur Zeit die ganze Welt in Gott-fernem Zustand, und darum erkennt sie auch nicht das Leid an als göttliche Sendung oder Zulassung.... Und das veranlaßt Gott, nun noch fühlbarer einzugreifen und die Menschen aus ihrer seelischen Ruhe aufzurütteln. Er muß ihnen noch mehr Leid senden, Er muß dort nachhelfen, wo die Menschen in großer Gefahr sind, ihrer eigentlichen Bestimmung nicht mehr zu gedenken, sondern ihr Heil einzig und allein dort suchen, wo der Gegner Gottes tätig ist.... in den Freuden der Welt.... Und das will Gott von euch fernhalten, und darum müsset ihr Leid auf euch nehmen und in Geduld ertragen alles, was Gott euch zum Segen über euch kommen läßt....

Amen