Voor het universum geldt één natuurwet: de onverwoestbaarheid van datgene wat bestaat. Niets kan er vergaan, maar alleen maar veranderen volgens de Wil van GOD. En deze verandering gebeurt weer zo, dat er iets onzichtbaar wordt om ergens anders weer zichtbaar tevoorschijn te komen. Elk nog zo klein scheppingswerk draagt deze wet in zich, zodat dus het schijnbare verval alleen maar een omvorming betekent van datgeen wat er eerst was. Derhalve kunnen ook grote scheppingswerken, zoals hemellichamen, een andere vorm aannemen; dit is echter een proces dat zich over een ontzaglijk grote tijdsruimte uitstrekt, dat, naar aardse tijdrekening, duizenden jaren vergt en dus nooit door mensen kan worden gadegeslagen inzover het gaat om fundamentele veranderingen van een scheppingswerk. Meestal zijn het de erupties van afzonderlijke scheppingswerken die aanleiding zijn om opnieuw dezelfde scheppingen van kleinere afmeting te vormen.
Deze nieuwe scheppingen vertonen dezelfde aard en gesteldheid als het scheppingswerk waaruit ze tevoorschijn zijn gekomen. Dus zullen zich in de omtrek van een zon steeds zulke hemellichamen bevinden waar dezelfde samenstellende (opbouw) stoffen en dezelfde natuurwetten laten zien dat ze juist bij deze zon horen. Aards gezien kan nu de zon niets anders zijn dan een oneindig vergroot bouwwerk met dezelfde gesteldheid als de haar omringende planeten, daar deze uit haar voortgekomen scheppingswerken zijn. Bijgevolg zouden ook al deze hemellichamen met dezelfde wezens bevolkt moeten zijn. Maar hier vertonen zich nu de meest enorme verschillen.
Geen enkel scheppingswerk wordt bewoond door levende wezens die hetzelfde zijn als die van andere scheppingswerken en bijgevolg is ook de uiterlijke gesteldheid van elk hemellichaam een andere en wel steeds aangepast aan de levende wezens die er op leven. En dat schakelt nu ook weer een zelfde samenstelling in stoffelijk opzicht uit. Het is dus alleen maar de kern van elk hemellichaam die uit dezelfde grondstof bestaat, de uiterlijke vorm echter is in overeenstemming met de hem toegewezen levende wezens. Alles wat zich in de omgeving van een zon bevindt, is voortgekomen uit deze zon, d.w.z. door deze uitgestoten, maar heeft vanaf het moment van zijn zelfstandigheid de gesteldheid aangenomen die past bij de levende wezens die dit scheppingswerk als verblijfplaats zullen krijgen. De oneindig veel verschillende graden van rijpheid van het nog onvolmaakte geestelijke vereisen ook oneindig veel scheppingen van 'n verschillende gesteldheid, zodat daarin al de reden ligt voor de verscheidenheid van de hemellichamen.
Amen
VertalerPrirodni zakon primjenjiv na svemir.... je neuništivost svega u postojanju. Ništa ne može prestati postojati, namjesto toga, to se jedino uvijek može promijeniti u skladu sa Božjom voljom. A ova se promjena, zauzvrat, događa na način da nešto postaje nevidljivo kako bi se negdje drugdje opet pojavilo u vidljivom stanju. Ovaj zakon svojstven je čak najsitnijem djelu stvaranja, tako da prividna dezintegracija samo predstavlja transformaciju onog što je prethodno postojalo. Posljedično tome, čak velika djela stvaranja, takva poput zvijezda, mogu uzeti različite oblike; unatoč tome, ovaj se proces događa tijekom jednog izuzetno dugog vremenskog perioda, tijekom tisuća godina sukladno zemaljskom vremenu, tako da se oni nikada ne mogu promatrati od strane ljudi, u onoj mjeri koliko se tiče temeljne promjene djela stvaranja. Onda su erupcije pojedinačnih djela stvaranja uglavnom razlog za oblikovanje novih tvorevina od sličnih tvorevina manjih dimenzija. Ove nove tvorevine prikazuju iste karakteristike i sastav kao djelo stvaranja iz kojeg su potekle. Time, u susjedstvu sunca zvijezde uvijek postoje koje su istih supstanci i prirodni zakoni prikazuju njihovu srodnost sa samim ovim suncem. Sa svjetovnog gledišta, sunce prema tome ne može biti ništa drugo nego jedna beskrajno uvećana formacija istog sastava kao njezine okružujuće planete, pošto su ove djela stvaranja koja su potekla iz njega. Kao rezultat toga, sve ove zvijezde bi također trebale biti nastanjene sa istim bićima. Ali to je gdje ogromna razlika postaje očigledna. Ni jedno djelo stvaranja ne nastanjuje iste žive organizme kao drugo, i prema tome izvanjska struktura svake zvijezde se također razlikuje, i uvijek u odnosu na njezine žive stanovnike. A ovo, zauzvrat, također isključuje isti materijalni sastav.... Otud, jedino jezgra svake zvijezde je temeljna supstanca, izvanjski se pokrov, međutim, podudara sa živim bićima koja su joj dodjeljena. Sve što postoji u susjedstvu sunca je poteklo iz ovog sunca, to jest, bilo je izbačeno [[(ispljuvano)]] iz njega, ali od trenutka njegove neovisnosti je prisvojilo karakteristike koje se podudaraju sa živim bićima kojima će ovo djelo stvaranja služiti kao prebivalište. Beskrajno raznoliki stupnjevi zrelosti i dalje nesavršenih duhovnih bića također potrebuju beskrajno mnogo tvorevina različitih struktura, i u tome leži razlog za ranolikost zvijezda.
AMEN
Vertaler