• Terug

Vermaning tot zachtmoedigheid, vredelievendheid en liefde

De ziel van de mens verkeert in het voortdurende gevaar zich te verliezen, zolang ze nog gevoelens koestert, die de liefde ontberen. Het is onmiskenbaar moeilijker om opwaarts te gaan, wanneer met de driften van de duisternis rekening gehouden wordt. Wanneer de liefde verdrongen wordt door haat. Wanneer door boze gevoelens al het goede in de mens gesmoord wordt en de mens zijn hart verhardt.

De mens moet er steeds naar streven om de zwakheden van de medemens met geduld te verdragen. Hij moet zich tot zachtmoedigheid en vredelievendheid opvoeden. Hij moet proberen onedele gevoelens in liefde te veranderen en steeds alleen maar aan zijn ziel te denken, die hij door liefdeloosheid in het grootste gevaar brengt en haar ontwikkelingsgang belemmert.

En weer is het geboden om een beroep te doen op de hulp van goede geestelijke wezens, want deze wezens staan de mens voortdurend ter zijde en wachten op de roep van de mens, die hen helpend in laat grijpen, als de mens niet alleen de kracht vindt om de verleidingen te weerstaan. De mens geraakt door zijn wankelmoedigheid heel vaak in situaties, die zijn weerstandsvermogen moeten stalen en hij faalt heel vaak. Want hij doet geen beroep op de kracht, die hem aangeboden wordt.

Hij heeft geen wilskracht om het goede te doen en zodoende nemen slechte krachten direct zijn wil in bezit en hun invloed is vaak verwoestend, want ze wekken in de mensen gevoelens op, waarop duidelijk de stempel van de onderwereld gedrukt is. Ze verwoesten wat de goede geestelijke wezens opgebouwd hebben. Ze maken de mensen onwillig en proberen hen ongeschikt te maken voor hun opdracht op aarde, doordat ze hen onwaardig voor de goddelijke genade proberen te maken.

En dit betekent voor de mensen een achteruitgang van een ongehoorde betekenis, die onder alle omstandigheden verhinderd moet worden, want het opstijgen uit de diepte is aanzienlijk moeilijker, als de mens zich eerst boven bevond. De weg omhoog wordt steeds makkelijker, maar als er vanuit de diepte begonnen moet worden, is er een uiterste krachtinspanning nodig en dit ontbreekt de ziel vaak, als ze eenmaal de kracht kwijtgeraakt is.

En daarom moet u zich hoeden voor de valstrikken van de satan, want hij legt u allemaal hindernissen in de weg, opdat u struikelt en van de juiste weg afwijkt. En zodoende brengt u de ziel in het grootste gevaar, want ze wordt het pijnlijk gewaar, als ze weer in de diepe regionen terechtkomt, waaruit ze zichzelf moeilijk kan bevrijden.

Amen

Exhortation à la douceur de caractère, au pacifisme et à l'amour

L'âme de l'homme est en danger constant de se perdre tant qu’elle nourrit encore en elle des mouvements qui sont dépourvus d'amour. Il est indescriptiblement plus difficile d’arriver en haut lorsqu’on tient compte des instincts de l'obscurité, lorsque l'amour est remplacé par la haine, car au travers des mouvements mauvais dans l'homme chaque bien est étouffé et l'homme durcit son cœur. L'homme doit toujours tendre à supporter avec patience les faiblesses du prochain, il doit s'éduquer à la douceur de caractère et au pacifisme, il doit chercher à transformer les sentiments ignobles en amour et penser toujours seulement à son âme qu’il met dans le plus grand danger à travers le désamour et il entrave ainsi son chemin de développement. Et à nouveau il doit profiter de l'aide des bons êtres spirituels, parce que ceux-ci assistent l'homme constamment et attendent l'appel qui les fait intervenir en aidant si l'homme ne trouve pas tout seul la force pour résister aux tentations. L'homme dans son instabilité tombe souvent dans des situations qui doivent fortifier sa force de résistance et il échoue trop souvent parce qu'il ne profite pas de la Force qui lui est offerte. Il n'a aucune force de volonté pour le bien, et ainsi des forces malignes profitent vite de sa volonté et leur influence est souvent très dévastatrice, parce qu'elles réveillent dans l'homme des sentiments qui portent clairement les caractéristiques du monde inférieur. Elles détruisent ce que les êtres bons ont construit, elles rendent l'homme rebelle et cherchent à le rendre inapte pour sa tâche sur la Terre, tandis qu'elles cherchent à le rendre indigne pour la Grâce divine. Cela signifie pour les hommes une rétrogradation d'une importance inouïe qui devrait être empêchée de toutes les manières, parce que la remontée de l'abîme est considérablement plus difficile lorsque l'homme se trouvait déjà en haut. Le parcours vers le Haut devient toujours plus facile, mais s'il doit être commencé depuis l'abîme, alors il nécessite une plus grande force, et celle-ci manque souvent à l'âme, lorsqu’elle-même a une fois négligé cette Force. Donc vous devez vous garder des pièges de Satan, parce qu'il vous met tous les obstacles pour que vous deviez achopper et dévier de la voie droite. Ainsi vous mettez l'âme dans le plus grand danger, parce qu'elle sent avec douleur lorsqu’elle arrive de nouveau dans les régions basses dont elle peut difficilement se libérer toute seule.

Amen