• Terug

Gebed – Kracht van de geest

In directe verbinding te staan met geestelijke kracht bevordert de geestelijke ontwikkeling van de ziel, die in zijn onvoltooide toestand de steun dringend nodig heeft, buitengewoon. Een bewust vragen om deze kracht is van onschatbare waarde en moet dus ook successen opleveren, die duidelijk herkenbaar zijn. Maar een onverbeterlijke loochenaar van deze kracht vindt geen steun en de toestand van zijn ziel wordt daar onvermijdelijk door getroffen. Dat wil zeggen, de ziel wordt geen gelegenheid geboden om zichzelf te verheffen. Ze kan zich niet ontwikkelen en blijft dat, wat ze was, voordat ze het menselijke lichaam bewoonde.

En nu is hierin weer de verklaring te vinden, waarom de geestelijke staat van de mensen een zo laag peil vertoont. Het valt te begrijpen, dat juist de mens, die op zijn eigen kracht vertrouwt, zich niet meer verder ontwikkelt, maar steeds in dezelfde toestand blijft en zijn leven dus nutteloos genoemd kan worden, als hem niet van één kant opheldering gegeven wordt. Dus moet de mens er eerst op gewezen worden, dat hem onbeperkte kracht ter beschikking staat. Maar dat deze kracht zich pas dan openbaart, wanneer de mens door zijn gebed zijn wil tot het ontvangen van de kracht te kennen geeft. En dus wordt hij nu bedacht, ook als er telkens tegenstand tegenover gezet zou worden.

Deze kracht dringt zonder invloed van aardse hindernissen geleidelijk zo tot diens ziel, dat ze voelbaar de verlichting opmerkt. Dat ze van nu af aan waant in het licht te staan. Dat ze ijverig een bepaalde weg volgt, die haar het doel zeker belooft. En dat ze nu plotseling door dit licht, dat de eeuwige waarheid is, verlicht is. Ze zoekt niet meer, want ze heeft gevonden. Ze twijfelt niet, want ze gelooft. Ze onderzoekt niet, want ze weet. Ze aanvaardt alles, wat de geest haar bekendmaakt en dus uit de goddelijke kracht zich in haar en maakt nu het opstijgen naar de hoogte gemakkelijk.

Dus is deze kracht nooit een waanidee. Ze is veeleer voelbaar en van een zo buitengewone werking, dat deze ook puur uiterlijk al herkenbaar is, want ook het gehele uiterlijke leven van de mens neemt andere vormen aan. De mens kan gewoonweg niet in het oude volharden, als de kracht van de geest in hem werkt. Deze bewerkstelligt, dat alles zich verder ontwikkelt, zowel de ontwikkeling van de ziel, alsook lichamelijk een grotere gevoeligheid voor alles wat geestelijk is. En dus maakt ze de mens geschikt voor geestelijke schouwen en beleven. Ze maakt de ziel ontvankelijk voor al het hogere en het zuivere. Ze leidt haar naar hogere sferen en opent haar oog voor al het volmaakte. Want eens heeft ze dezelfde missie en moet ze dus onophoudelijk verhoging ervaren. Ze moet ernaar verlangen om in het licht te staan en ze mag dit licht niet onder de korenmaat zetten, opdat het in de omgeving schijnt en dus degenen, die nog dwalen in zekere zin als wegwijzer dient._>Amen

La prière - la Force de l'Esprit

Etre en relation directe avec la Force spirituelle promeut immensément le développement spirituel de l’âme qui a un besoin urgent de Soutien dans son état imparfait. Demander cette Force en connaissance de cause est d'une valeur inestimable et doit donc aussi procurer des succès qui sont clairement reconnaissables. Un dénigreur incorrigible de cette Force ne peut pas trouver le soutien, et l'état de son âme en est inévitablement affecté; à cette âme il n'est offert aucune occasion d’accéder vers le Haut, elle ne peut pas se développer et reste donc ce qu’elle était avant de vivifier un corps humain. Et en cela se trouve de nouveau l'explication du pourquoi l'état spirituel des hommes montre un niveau aussi bas. Cela provient du fait que l’homme qui se fie à sa propre force, ne progresse plus, mais reste toujours dans le même état et donc sa vie peut s’avérer être un parcours inutile s'il ne lui est pas apporté d'éclaircissement. Donc à l’homme il doit d'abord être indiqué qu'il a à sa disposition une Force illimitée, mais que celle-ci se manifeste seulement lorsque l’homme, au travers de sa prière pour celle-ci, exprime sa volonté de la recevoir, et maintenant il en est pourvu, pour autant qu’il n’y fasse pas obstruction avec sa capacité de résistance. Cette Force est influencée par des obstacles terrestres et ne pénètre que lentement dans son âme, de sorte que celle-ci en perçoive sensiblement un soulagement qui lui donne à penser être dans la Lumière et vouloir poursuivre avec une ferveur déterminée ce qui lui garantit le but sûr, parce que maintenant elle est illuminée par cette Lumière, par l’éternelle Vérité. Elle ne cherche plus, parce qu’elle a trouvé, elle ne doute plus parce qu’elle croit, elle n'enquête plus parce qu’elle sait. Elle accepte tout ce que l'esprit lui annonce, elle se manifeste en lui maintenant dans sa Force divine et cela lui rend facile la montée vers le Haut. Cette Force n’est donc pas un fantôme, elle est perceptible et d'un effet extraordinaire qui se reconnaît même à l'extérieur, parce que toute la vie extérieure de l’homme prend d’autres formes. Il ne peut pas simplement rester un homme lorsque la vieillesse s’avance, lorsque la Force de l'Esprit agit en lui. Cela entraîne un progrès, que ce soit un développement animique comme aussi corporel, une plus grande sensibilité pour tout ce qui est spirituel, et ce qui rend l’homme apte à la contemplation et à l’expérience spirituelle. Elle rend l’âme réceptive pour toute élévation et purification, elle la guide dans des sphères supérieures et elle lui ouvre le regard pour tout ce qui est parfait, car elle aura un jour la même mission et par conséquent elle doit expérimenter continuellement cette croissance. Elle doit désirer être dans la Lumière et elle ne doit pas mettre cette Lumière sous le boisseau, pour que tout soit éclairé dans le voisinage et donc servir de lanterne à ceux qui sont encore égarés.

Amen