Così sentite la Voce divina: La via verso l’Alto è transitabile per ogni uomo, che la percorre con l’Aiuto divino, ma insuperabile per coloro che non hanno bisogno della Mia Assistenza. E più ostinati rimangono nel rifiuto, più potentemente si accumulano dinanzi a loro gli ostacoli, e rimane una lotta disperata per superarli. L’uomo si paralizza e rinuncia alla lotta, e si rivolge alla via larga che conduce in basso. Tutte le indicazioni verso l’Alto eccheggiano inudite, ma si bada alla chiamata del mondo, e questo a svantaggio dell’anima. Ed il Mio Aiuto e la Mia Grazia sono pronti per tutti, ma rimangono inutilizzati, ed il tempo sulla Terra corre e potrebbe procurare agli uomini appunto l’inesprimibile Benedizione, se vi badassero. L’amore muore fra l’umanità, e così l’uomo perde anche di conquistarsi la Grazia attraverso l’attività d’amore, e nuovamente va perduto un mezzo d’Aiuto, e l’anima langue in grande miseria, perché l’uomo non redime sé stesso, respinge anche da sé tutti i mezzi di Grazia, non si serve nemmeno della preghiera rivolta a Me, che potrebbe portargli l’Aiuto, e così è privo di qualsiasi Nutrimento spirituale. Non desidera il ristoro del Cielo e senza ristoro e senza fortificazione passa attraverso la vita terrena, che pone a lui delle pretese, se l’anima si deve liberare dalle sue catene. E così sarà immensamente sconfortante intorno a tali anime che credono di non aver bisogno dell’Aiuto di Dio, e senza amorevole assistenza sarà quasi impossibile portare loro la salvezza; ma il Mio Amore e la Mia Compassione cercare in continuazione di portare queste anime sulla retta via e chiama ed attira ogni figlio terreno, affinché desideri il Padre e tenda a Me le mani pregando, perché il Mio Amore è infinito e non conosce limiti.
Amen
TraduttoreHoor zo dan de goddelijke stem: De weg naar de hoogte is voor elk mens begaanbaar, als hij het met goddelijke hulp aflegt. Maar de weg is onoverkomelijk voor degenen, die Mijn hulp niet nodig hebben. En hoe hardnekkiger ze in de afwijzing volharden, des te hoger stapelen de hindernissen zich voor hen op. En het blijft een hopeloze strijd om deze te overwinnen. Het vermoeit de mens, hij geeft de strijd op en hij wendt zich naar de brede straat, die naar beneden leidt.
Alle instructies van boven sterven ongehoord weg, maar op de roep van de wereld wordt acht geslagen. En dit ten nadele van de ziel. En Mijn hulp en genade staan voor iedereen klaar, maar ze worden niet gebruikt. En de tijd op aarde snelt voort en zou voor de mensen toch onuitsprekelijke zegen op kunnen leveren, als ze acht op haar zouden slaan.
De liefde onder de mensheid sterft weg, en zo verzuimt de mens ook om door de liefdadigheid genade voor zichzelf te verwerven. En opnieuw gaat een hulpmiddel voor hen verloren en de ziel verkeert in grote nood. Want de mens verlost zichzelf niet, hij wijst ook nog eens alle genademiddelen af. Hij bedient zich ook niet van het gebed tot Mij, dat hem hulp zou kunnen brengen. En zo is hij gespeend van elke geestelijke spijziging. Hij verlangt niet naar de lafenis uit de hemel en hij gaat niet verkwikt en niet versterkt door het aardse leven, dat toch eisen aan hem stelt, als zijn ziel zich uit zijn boeien moet bevrijden.
Zo zal het er voor zulke zielen, die geloven Gods hulp niet nodig te hebben, troosteloos uitzien. En zonder liefdevolle hulp zal hen nauwelijks redding te brengen zijn. Maar Mijn liefde en Mijn erbarmen proberen deze zielen onophoudelijk op de juiste weg te leiden en ze roepen en lokken elk mensenkind, zodat het naar de Vader verlangt en vragend de handen naar Mij uitstrekt. Want Mijn liefde is eindeloos en ze kent geen grenzen.
Amen
Traduttore