Compare proclamation with translation

Other translations:

ZBUNJENO RAZMIŠLJANJE – NEVJEROVANJE.... VJERA – MILOST....

Objašnjenje za njihovo nevjerovanje počiva u ljudskom zbunjenom razmišljanju. Kada se ljudi pridruže školi razmišljanja koja može biti nazvana potpuno pogrešnom poredbeno sa čistim učenjem Krista, to je obmanjujuće razmišljanje, i što manje se ona podudara sa Istinom, to su ozbiljnije posljedice. Misli koje su protivne Istini, moraju, razumljivo, oduzimati od istinitog vjerovanja i pripremiti tlo za nevjerovanje. Međutim, osoba će biti nesposobna razumjeti jasnu misao već će napreskok vjerovati jedan trenutak ovo a drugi ono, to jest on će to smatrati za Istinu. I stoga je njegov slijed razmišljanja pobrkan, on će teško prepoznati ono što je ispravno kao Istinu i ovo stanje je jedva zadovoljavajuće. Ono ne može rezultirati u čovjekovom duhovnom napretku nego će mu namjesto toga uzrokovati neprestanu tjeskobu i on će nastaviti inzistirati na njegovom gledištu jedno dugo vrijeme. On će mimoići Čistu Istinu budući isključuje Boga. Otud će pokušati, pomoću njegova vlastitog razmišljanja, njegove vlastite snage, dokučiti što je za njega neshvatljivo, i njegove će misli prema tome biti zavedene. Ili njegova volja za Istinom nije snažna, posljedično tome, ona mu isto tako ne može biti ponuđena, dok će osoba koja žudi znanje samog znanja radi primiti najblistaviju mudrost. Vjerovanje i nevjerovanje su utemeljeni na suprotnim uvjetima. Kako bi imao vjeru, ljudsko biće mora imati dječji odnos sa Bogom. On mora sebe totalno izručiti vječnom Božanstvu.... on mora sebe vidjeti kao malenog i beznačajnog i prepoznati u vječnom Božanstvu Biće vrlodubokog savršenstva.... Jer to je vjera.... Ateist, međutim, niječe sve, on smatra sebe inteligentnim i mudrim i nikakva poduka se ne probija do njega. On neće nikada sebe podrediti višem Biću budući niječe njegovo postojanje. Time on je ohol; posljedično tome, preduvjeti su u potpunosti drugačiji.... vjernikove misli su jasne i ispravne, dok mislima nevjernika nedostaje reda i prema tome ne može isto tako doći do ispravnog zaključka. Duhovna jasnoća nikada ne može biti dana arogantnoj osobi budući on ne moli za milost, prema tome ju on ne može primiti. Bez Božanske milosti, međutim, ljudsko biće ne može razmišljati ispravno. Ali volja ljudskog bića je često preslaba kako bi tražio pomoć od Boga Osobno, i stoga će on živjeti u neznanju sve dok ne moli za duhovnu jasnoću i onda ponizno čeka na Božansku milost.

AMEN

Translator
Translated by: Lorens Novosel

Verward denken Genade - Ongeloof - Geloof

In het verwarde denken van de mensen is de verklaring te vinden voor hun ongeloof. Wanneer de mensen zich aansluiten bij een bepaalde geestelijke richting die geheel verkeerd genoemd kan worden - in vergelijking met de zuivere leer van CHRISTUS, dan is dat een misleid denken - dat des te meer verstrekkende gevolgen heeft, hoe minder het met de waarheid overeenkomt.

Gedachten die tegenovergesteld zijn aan de waarheid, moeten zodoende van het juiste geloof afleiden, echter een goede bodem bereiden voor het ongeloof. De ongelovige mens zal daarom geen heldere gedachten kunnen vatten, maar sprongsgewijs nu eens het ene en dan weer het andere geloven, d.w.z. voor waar houden, dus is zijn gedachtengang verward. Het ware zal hij echter waarschijnlijk niet als waar inzien - en zodoende is zo'n toestand weinig bevredigend, die levert de mens geen geestelijke vooruitgang op maar verontrust hem voortdurend, en laat hem nochtans lang in zijn opvatting volharden. Hij zal aan de zuivere waarheid voorbijgaan want hij sluit GOD uit. Hij zal dus door eigen denken - en uit eigen kracht, het voor hem onbegrijpelijke trachten te doorgronden, en zijn denken gaat derhalve verkeerde wegen. Ofwel, zijn wil de waarheid te kennen is niet groot en ze kan hem daarom ook niet gegeven worden, terwijl daarentegen de helderste wijsheid die mens wordt toegezonden die naar inzicht verlangt terwille van de waarheid zelf.

Geloof en ongeloof hebben een tegenovergestelde basis. Om te kunnen geloven moet de mens in een kinderlijke verhouding tot GOD staan - hij moet zich zonder beperking overgeven aan de eeuwige GODHEID, hij moet zichzelf voor klein en onbeduidend houden en in de eeuwige GODHEID een WEZEN van hoogste volmaaktheid zien - en dat is geloof!

De ongelovige echter ontkent alles. Hij houdt zich voor schrander en wijs en is daarom niet toegankelijk voor onderricht - hij zal zich nimmer aan een hoger Wezen onderwerpen, daar hij het bestaan van dat Wezen loochent. Hij voelt zich dus hoog verheven.

En zo is de basis geheel verschillend. Het denken van de gelovige mens is helder en passend, terwijl de ongelovige mens in zijn gedachten geen orde heeft en ook tot geen juiste conlusie kan komen, want een mens die zich verheven voelt kan ook nooit meer de helderheid van geest gegeven worden, want hij bidt niet om die genade- en ze kan hem daarom niet geschonken worden.

Zonder de goddelijke genade kan de mens echter niet juist denken. Maar vaak is de wil van de mens te zwak om bij GOD Zelf hulp te zoeken, en zodoende zal hij in onwetendheid ronddolen en dat zolang, tot hij in gebed de helderheid van geest vraagt en dan deemoedig van de goddelijke genaden gebruik maakt.

Amen

Translator
Translated by: Gerard F. Kotte