Compare proclamation with translation

Other translations:

Obeying the commandments in a state of compulsion....

Compulsion impairs the value of an action. How often is a person tempted to believe that he has fulfilled his duty if he has carried out an action that corresponds to a prescribed law. This is especially true of those laws that were given to men without authority and whose observance was demanded in order to strengthen earthly power. Nothing is more worthless before God than obeying such commandments in a state of compulsion.... And nothing jeopardizes man's salvation more than the belief that he has fulfilled his duty.... For this belief prevents the conscious striving for perfection.... The human being believes himself to be on a level which he has by no means reached, for he believes that he has fulfilled God's demand and has merely complied with human commandments.... and this is of no benefit for eternity. Every fulfilment of duty is a kind of state of compulsion.... certainly worthy of recognition in earthly life but of no noteworthy success for spiritual life, for God demands that every action is based on free will. Man should do everything without external impetus and feel prompted to act from within.... He should carry out everything he does voluntarily and without constraint and not be induced to act by threats or promises.... Only then will these actions be truly beneficial for his soul. Divine will alone should be completely sufficient to allow the earthly child to act accordingly, however, it is not divine will to want to influence people's behaviour through any kind of coercion or pressure. Only God alone has given commandments, yet people believed that they had to tighten these divine commandments and thus a deplorable state of affairs soon developed which is generally threatening for the earthly children, for more attention is paid to the external fulfilment of the commandments again and this is in itself completely without merit.... It is only a form which one fulfils, but which is worthless before God. Servants of God who are too eager to fulfil the commandments have thus created a deplorable state of affairs that has a terrible effect on the soul. Just consider how strongly the view is held that only church attendance brings people closer to God and how it has therefore been made a duty for humanity.... And how therefore the belief has taken root that only he serves God who fulfils this duty.... how, however, church attendance in compulsion kills any deep feeling for the eternal deity if it is carried out according to the rules at the appointed time and thus becomes a mere habit, which no longer has anything in common with (the word) 'service to God'.... And how at the same time, through the fulfilment of this commandment, man is educated to a sham service to God, since everything he now does is prescribed, i.e. no own will or heart's desire drives him to truly serve God. It is a haphazard exercise of actions that are merely the work of men, or human decrees made under the guise of 'expressions of divine will' in order to force people to join a particular church in order to increase its power. And precisely the opposite is achieved with such coercive actions.... something is mechanically carried out that is supposed to be a deepest, inner desire, and all outward appearances are maintained, while the heart can be empty and dead in the process, and such behaviour remains without value before God, precisely because it has a certain state of compulsion as a prerequisite and therefore cannot be valued as such because it does not correspond to the divine will....

Amen

Translator
Translated by: Doris Boekers

In acht nemen van de geboden in gedwongen toestand

De dwang doet afbreuk aan de waarde van een handeling. Hoe vaak komt de mens in de verleiding om te geloven dat hij aan zijn plicht voldaan heeft, als hij een handeling uitgevoerd heeft, die voldoet aan een voorgeschreven wet. Dit betreft in het bijzonder zulke wetten, die zonder bevoegdheid aan de mensen gegeven werden en waarvan de naleving geëist werd om daardoor weer de aardse macht te versterken.

Niets is waardelozer voor God dan het gedwongen opvolgen van zulke geboden. En niets bedreigt het zielenheil van de mens meer dan het geloof aan zijn plicht voldaan te hebben. Want dit geloof verhindert het bewuste streven naar volmaaktheid. De mens waant zich op een trede, die hij nog lang niet bereikt heeft, want hij gelooft aan de eis van God voldaan te hebben, maar heeft enkel en alleen een menselijk gebod vervuld. En dit is nutteloos voor de eeuwigheid.

Elke plichtsvervulling is een soort toestand van dwang. In het aardse leven wel prijzenswaardig, maar voor het geestelijke leven zonder noemenswaardig resultaat, want God verlangt dat aan elke handelswijze de vrije wil ten grondslag ligt. De mens zou alles zonder aansporing van buiten moeten doen en zich van binnenuit tot zijn handelen genoodzaakt voelen. Hij moet alles wat hij doet vrijwillig en ongedwongen verrichten en noch door bedreigingen, noch door beloften tot zijn handelen gebracht worden. Pas dan heeft dit handelen een waarachtig nuttig effect voor de ziel. De goddelijke wil alleen moet volop voldoende zijn om het mensenkind nu dienovereenkomstig te laten handelen. Maar door één of andere dwang of druk op de handelwijze van de mensen in te willen werken, is niet de goddelijke wil.

Enkel God alleen heeft geboden gegeven, maar de mensen geloofden deze goddelijke geboden aan te moeten scherpen. En zo heeft zich spoedig een wantoestand ontwikkeld, die in het algemeen gevaarlijk voor de mensenkinderen is, want er wordt weer meer gelet op de uiterlijke vervulling van de geboden en dit heeft op zich geheel geen verdienste. Het is slechts een vorm, die voor hen voldoet, maar die waardeloos is voor God. Dienaren van God, die al te ijverig wilden zijn, hebben hiermee een wantoestand teweeggebracht, die voor de ziel een verschrikkelijke uitwerking heeft. Schenk er maar eens aandacht aan hoe sterk de opvatting, dat alleen het kerkbezoek de Godheid dichter bij de mensen brengt de plaats ingenomen heeft en hoe dit daarom van menselijke zijde voor de mensheid tot plicht gemaakt werd.

En hoe dus het geloof geworteld is, dat alleen degene die deze plicht vervult, God dient. Hoe echter juist het kerkbezoek onder dwang elk diep gewaarworden van de eeuwige Godheid doodt, als hij overeenkomstig de regels op bepaalde tijden uitgevoerd wordt en het dus enkel tot gewoonte wordt, dat niets meer met het woord “godsdienst” gemeen heeft. En hoe tegelijkertijd door de vervulling van dit gebod de mens tot een schijn-godsdienst opgevoed wordt, dat alles, wat hij nu doet, voorschrift is, dus dat er geen enkele eigen wil of behoefte van het hart hem ertoe drijft om God waarachtig te dienen. Het is een zonder plan uitoefenen van handelingen, die slechts mensenwerk zijn, of menselijke bepalingen, die onder de dekmantel “uitingen van Gods wil” ingevoerd werden om de mensen gedwongen bij een bepaalde kerk aan te laten sluiten om hun macht te vergroten.

En er wordt juist het tegendeel door zulke gedwongen handelingen bereikt. Er wordt mechanisch iets uitgevoerd, wat het diepste, meest innerlijke verlangen zou moeten zijn en alle uiterlijke schijn wordt in acht genomen, terwijl het hart daarbij leeg en dood kan zijn. En zo’n handelswijze blijft zonder waarde voor God, juist omdat ze een zekere gedwongen toestand als beweeggrond heeft en daarom niet zo gewaardeerd kan worden, omdat het niet overeenstemt met de goddelijke wil.

Amen

Translator
Translated by: Peter Schelling