Ein strenges Gericht wird abgehalten werden am Ende der Zeiten, d.h., es kommt eine Zeit, da die Beschaffenheit der Erde nicht mehr irdische Materie genannt werden kann, sondern wo sich alle Stoffe vergeistigt haben, daß also auch die Erde eine mehr geistige Schöpfung geworden ist, wie es unendlich viele im Weltenraum gibt, die aber eine jede für sich Anspruch macht, Bildungsstation des Geistes zu sein. Und eine solche Bildungsstation des Geistes bleibt auch die Erde, nur daß sowohl ihre Schöpfungen als auch ihre Bewohner vergeistigt genannt werden können, daß das Leben der Geschöpfe unter anderen Bedingungen sich abspielt und auch ihre Aufgabe nicht mit jener jetzigen zu vergleichen ist. Eine solche Epoche wird nach unendlich langem Zeitraum auch die jetzige Erde durchmachen müssen, und von dieser Epoche sprach Jesus zu Seinen Zuhörern auf Erden. Jede materielle Schöpfung macht diesen Entwicklungsweg durch, d.h., sie ist anfangs nur gerichtete Materie und erhebt sich in endlos langer Zeit, in Ewigkeiten, die nie von Menschen zu schätzen sind, auf eine völlig andere Stufe; sie vergeistigt sich mehr und mehr und kann zuletzt nur noch als geistige Schöpfung angesprochen werden. Doch diese Zeiträume sind unermeßlich lang, denn zuvor muß erst alles gebannte Geistige diesen irdisch materiellen Weg gehen, auf daß dann die Materie als gänzlich überwunden gelten kann. Und also wird auch nun noch endlos lange Zeit vergehen, bis die gänzliche Vergeistigung auf Erden eingetreten ist. Und diese Zeit bis dahin umfaßt wieder einzelne Entwicklungsphasen, die eine jede für sich von den noch unwissenden Menschen als Ewigkeit angesehen werden muß, weil viele Generationen in einer solchen Phase zum Ausreifen kommen müssen, um einen bestimmten Reifegrad zu erreichen, der dann dem Vergeistigen auf der Erde gleichkommt. Eine jede Phase beginnt mit Menschen von hoher geistiger Reife und endet mit Menschen, deren Hang nach unten so stark ist, daß ihm Erfüllung wird, daß sie wieder gebannt werden in Schöpfungen der nachfolgenden neuen Erde. Endlos lang für menschlichen Begriff sind zwar auch diese Entwicklungsphasen, doch immer finden sie einmal ein Ende, und immer wieder beginnt eine Epoche der Entwicklung von neuem. Doch am Ende der Zeiten wird die Vergeistigung der ehemalig materiellen Schöpfung immer schneller vor sich gehen, und die Willensproben, wozu eine jede Periode gehört, werden immer mehr zurücktreten können, weil es allen Geschöpfen dann gleich gehen wird.... sie alle verlangen das Angesicht Gottes zu sehen und streben daher Gott immer inniger an, oder aber sie sind von der Gegenkraft schon zu weit entrückt worden, als daß sie noch zu Gott zurückfinden. Und darum müssen diese später in geistigen Schöpfungen auch als Geist auf den Stätten weilen, wohin es sie zieht und dies ist die härteste Strafe, die Gott widersetzliches Geistiges treffen kann, ist es doch ein Zustand völliger Blindheit, ein Zustand der Knechtschaft, wo ein Dienen nur wider den Willen des Dienenden stattfindet, der Mensch aber keinen anderen Weg gehen kann, als fortgesetzt zu dienen, bis er seinen Widerstand aufgibt. Es ist dies auch ein göttliches Gesetz, daß sich jeder Vorgang abspielt im kleinen und dann in unendlich vielfacher Abänderung sich wiederholt.... Jesus sah das Ende dieser Zeit voraus, ihr Menschen aber könnet euren Blick nur richten auf die Zeiten, wo Menschenmögliches vorgesehen ist.... Ihr alle rechnet nur mit einem jüngsten Gericht.... Es wird sich aber dieses immer wiederholen, solange Erlösungsepochen laut göttlichem Willen ihren Abschluß finden.... Ein jedes Gericht endet mit der Aburteilung dessen, was dem Gegner angehört, und Aufnahme derer in Lichtsphären, die Gott treu blieben auch in größter Not. Und so wird auch das letzte Gericht eine totale Störung (Zerstörung = d. Hg.) alles dessen mit sich bringen, was noch materiell ist, entstehen aber wird eine völlig geistige neue Erde, aber erst nach so unendlich langer Zeit, daß dessen nicht Erwähnung getan zu werden braucht, um die Menschen jetzt nicht in Sicherheit zu wiegen und ihnen eine neue Entwicklungszeit zu verkünden, in der sie ihrer Meinung nach das Versäumte nachholen könnten. Es kommt das Gericht unwiderruflich bald, das eine Erlösungsepoche von der nachfolgenden trennt.... Dies sollen die Seher und Propheten verkünden, die Gott dazu berufen hat, denen Er Selbst durch Seinen Geist es kundtut, denn es ist nötig für die gesamte Menschheit, daß sie sich das nahe Ende vor Augen halte, sich wandle in der Lebensführung und an der Seele arbeite, denn nicht lange mehr, dann ist die Zeit vorüber, die noch als letzte Gnadengabe der Menschheit belassen bleibt.... Bald ist die letzte Stunde da und mit ihr das Gericht, das eine restlose Scheidung des Reinen vom Unreinen vollziehen wird....
Amen
ÜbersetzerEr zal een strenge rechtspraak worden gehouden aan het einde der tijden, dat wil zeggen, er komt een tijd waar de gesteldheid van de aarde geen aardse materie meer kan worden genoemd, maar waar zich alle stoffen hebben vergeestelijkt, dat dus ook de aarde een meer geestelijke schepping is geworden, zoals er oneindig vele in het heelal bestaan, maar die elk voor zich er aanspraak op maken, vormingsplaatsen van het geestelijke te zijn. En zo'n vormingsplaats van het geestelijke blijft ook de aarde, alleen dat zowel haar scheppingen als ook haar bewoners vergeestelijkt genoemd kunnen worden, dat het leven van de schepselen zich onder andere voorwaarden afspeelt en ook hun taak niet met die van tegenwoordig is te vergelijken. Zo'n tijdperk zal na een oneindig lange periode ook de huidige aarde moeten doormaken en van dit tijdperk sprak Jezus tegen Zijn toehoorders op aarde.
Elke materiële schepping maakt deze ontwikelingsgang door. Dat wil zeggen: in het begin is ze alleen maar geoordeelde materie en in een eindeloos lange tijd verheft ze zich, in eeuwigheden die nooit door mensen te schatten zijn, in een geheel andere fase. Ze vergeestelijkt zich meer en meer en kan tenslotte alleen nog als geestelijke schepping worden bestempeld. Maar deze perioden zijn onmetelijk lang, want eerst moet al het gekluisterde geestelijke deze aards materiële weg gaan, opdat de materie dan als volkomen overwonnen kan gelden. En dus zal ook nu nog een eindeloos lange tijd voorbijgaan, tot de gehele vergeestelijking op aarde heeft plaatsgevonden. En deze tijd tot zover omvat weer aparte ontwikkelingsfasen, waarvan elke voor zich door de nog onwetende mensen als eeuwigheid moet worden beschouwd, omdat vele generaties in zo'n fase tot rijp worden moeten komen, om een bepaalde graad van rijpheid te bereiken, die dan overeenkomt met het vergeestelijken op aarde.
Elke fase begint met mensen van hoge geestelijke rijpheid en eindigt met mensen wier neiging de diepte in te gaan zo sterk is, dat deze wordt vervuld, dat ze weer gekluisterd worden in scheppingen van de hieropvolgende nieuwe aarde. Weliswaar zijn ook deze ontwikkelingsfasen naar menselijke begrippen eindeloos lang, maar steeds komt er eens een eind aan en steeds weer begint opnieuw een tijdperk van ontwikkeling. Maar aan het einde der tijden zal de vergeestelijking van de voormalige materiële schepping steeds sneller gebeuren en het beproeven van de wil, waartoe elke periode nodig is, zal steeds minder kunnen worden, omdat het alle schepselen dan hetzelfde zal vergaan: zij allen verlangen het aangezicht van God te zien en streven er daarom steeds inniger naar bij God te komen, ofwel ze zijn door de vijandige kracht al te ver weggevoerd om nog de weg terug naar God te vinden. En daarom moeten dezen later in geestelijke scheppingen ook als geest in de oorden vertoeven, waar ze worden heen getrokken en dit is de hardste straf die het God weerspannige geestelijke kan treffen. Het is immers een toestand van volkomen blindheid, een toestand van slavernij, waar een dienen alleen maar tegen de wil van degene die dient plaatsvindt, maar de mens geen andere weg kan gaan dan aanhoudend te dienen, tot hij zijn weerstand opgeeft.
Dit is ook een goddelijke wet, dat elke gebeurtenis zich in het klein afspeelt en zich dan in een oneindig veelvoudige wijziging herhaalt. Jezus voorzag het einde van deze tijd, maar u mensen zult uw blik slechts kunnen richten op die tijden, waar wat menselijkerwijs gesproken mogelijk is, voorzien is. U allen rekent maar op één laatste oordeel. Maar dit zal zich steeds weer herhalen, zolang verlossingsperioden volgens goddelijke wil hun einde vinden. Elke rechtspraak eindigt met de veroordeling van datgene wat de tegenstander toebehoort en met het opnemen in de lichtsferen van diegenen die God trouw bleven, ook in de grootste nood. En zo zal ook het laatste oordeel een totale verwoesting met zich meebrengen van al datgene wat nog materieel is. Daarentegen zal een geheel geestelijke nieuwe aarde ontstaan, maar pas na zo'n oneindig lange tijd, dat hiervan geen melding hoeft te worden gemaakt, om de mensen niet geruststellend te sussen en hun een nieuwe ontwikkelingstijd te verkondigen waarin ze naar hun mening het verzuimde zouden kunnen inhalen.
Het oordeel dat een verlossingsperiode van de volgende scheidt komt onherroepelijk snel. Dit moeten de zieners en profeten verkondigen die God daartoe heeft aangesteld, aan wie Hij het zelf door Zijn geest verkondigt, want het is noodzakelijk voor de gehele mensheid dat ze zich het dichtbijzijnd einde voor ogen houdt, haar leefwijze verandert en werkt aan haar ziel, want het duurt niet lang meer, dan is de tijd voorbij die de mensheid nog als laatste genadegave resteert. Spoedig is het laatste uur er en hiermee het oordeel, dat een volkomen scheiding zal voltrekken tussen het zuivere en het onzuivere.
Amen
Übersetzer