Alles Göttliche und Erhabene wird von den Menschen herabgezogen, und man nimmt keinen Anstoß daran, zu spotten oder zu lachen über Dinge, die dem Mitmenschen ernst und heilig sind. Und daher wird es die irdische Macht leicht haben, gegen alles Geistige zu Felde zu ziehen. Sie wird nicht auf Schwierigkeiten stoßen, so sie einschneidende Umänderungen auf geistigem Gebiet durchführen will. Sie wird im Gegenteil Zustimmung finden in allen ihren Anordnungen. Und das beweist den entgeisteten Zustand der Menschheit, es beweist auch die Notwendigkeit eines Eingreifens von seiten der ewigen Gottheit. Gehindert wird zwar die Welt und ihre Anhänger nicht werden an der Ausführung dessen, was sie plant, weil dadurch andere Mißstände beseitigt werden. Denen aber, die Gott treu sind und denen die scharfen Maßnahmen gelten, bringt Gott Hilfe durch Sein Eingreifen; denn sie werden in eine Lage kommen, wo sie aufs äußerste bedrängt werden und in Gefahr sind, schwach zu werden. Denn die Menschen kennen kein Erbarmen, weil sie selbst gänzlich fern von Gott sind. Der geringste Widerspruch wird mit schärfsten Strafen belegt, und die Welt findet dies recht und gerecht. Denn sie sieht nur das Irdische und heißt es daher gut, wenn den Menschen die Möglichkeit genommen wird, sich geistig zu betätigen, mit der Begründung, daß die Zeit nutzbringender verwendet werden könnte, so der Mensch ein Tätigkeitsfeld sucht. Und so werden die Gläubigen gezwungen sein, in aller Stille sich zu finden, und ihr Bittruf wird zum Vater emporsteigen, daß Er Sich ihrer Not annehmen möchte. Und Gott erhöret sie.... Er wird mit Trost und Kraft die Seinen stärken, und so klein auch der Kreis der wahrhaft Gläubigen sein wird, sie werden dennoch größte geistige Erfolge zeitigen. Denn es wird der Mensch dann mehr denn je zu Gott seine Zuflucht nehmen und Ihn nicht aufgeben wollen. Denn nun erst wird der Glaube lebendig werden. Was zuvor noch Form war, wird entweder ganz hingegeben oder mit Zähigkeit verteidigt, weil es nun erkannt wird als das Kostbarste, was der Mensch auf Erden besitzt. Immer aber wird den Menschen Kenntnis gegeben von Gott und Seinem Wirken, und was der Mensch zuvor nur glaubte, ist ihm jetzt zur unumstößlichen Gewißheit geworden, und da der Mensch nun weiß, schrecken ihn die irdischen Maßnahmen nicht, er geht unbeirrt seinen Weg weiter, und er bleibt Gott getreu. Und diese wenigen benötigt Gott zum Wirken für Ihn in der kommenden Zeit....
Amen
ÜbersetzerAl het goddelijke en verhevene wordt door de mensen omlaag getrokken en men neemt er geen aanstoot aan om de spot te drijven met of te lachen over zaken, die voor de medemensen ernst en heilig zijn. En daarom zal het voor de aardse macht gemakkelijk zijn om tegen al het geestelijke te velde te trekken. Ze zal niet op moeilijkheden stuiten, als ze ingrijpende veranderingen op geestelijk gebied doorvoeren wil. Ze zal integendeel toestemming krijgen voor al haar verordeningen.
En dat bewijst de niet-geestelijke staat van de mensheid. Het bewijst ook de noodzaak van een ingrijpen van de kant van de eeuwige Godheid. De wereld en haar aanhangers zullen weliswaar niet gehinderd worden bij de uitvoering van dat, wat ze van plan zijn, omdat daardoor andere misstanden uit de weg geruimd worden. Maar degenen, die God trouw zijn en degenen, die getroffen worden door de harde maatregelen, worden door God hulp gebracht door Zijn ingrijpen. Want ze zullen in een situatie komen, waarin ze tot het uiterste in het nauw gebracht zullen worden en ze in het gevaar zullen verkeren om zwak te worden.
Want de mensen kennen geen erbarmen, omdat ze zelf heel ver van God verwijderd zijn. Bij de minste tegenspraak worden de hardste straffen opgelegd en de wereld vindt dit goed en rechtvaardig. Want ze ziet alleen maar het aardse en noemt het daarom goed, wanneer de mens de mogelijkheid ontnomen wordt om geestelijk actief te zijn, met als reden dat de tijd nuttiger gebruikt zou kunnen worden als de mens een werkterrein zoekt. En zo zullen de gelovigen gedwongen worden om elkaar in alle stilte te vinden en hun smeekbede zal naar de Vader opstijgen, opdat Hij Zich om hun nood zou willen bekommeren.
En God verhoort hen. Hij zal met troost en kracht de Zijnen sterker maken en hoe klein de kring van de waarachtig gelovigen ook zal zijn, ze zal toch de grootste geestelijke resultaten boeken. Want de mens zal dan meer dan ooit zijn toevlucht tot God nemen en Hem niet op willen geven. Want pas nu zal het geloof levend worden. Wat voorheen nog vorm was, wordt of geheel opgegeven, of met hardnekkigheid verdedigd, omdat het nu herkend wordt als het kostbaarste, wat de mens op aarde bezit.
Maar steeds wordt de mens kennisgegeven van God en Zijn werkzaam zijn en wat de mens eerst nog geloofde, is nu voor hem tot onomstotelijke zekerheid geworden en omdat de mens nu weet, schrikt hij van de aardse maatregelen niet op. Hij vervolgt vastberaden zijn weg en hij blijft God getrouw. En God heeft deze weinigen de komende tijd nodig om werkzaam voor Hem te zijn.
Amen
Übersetzer