Es quälen sich die Menschen mit Sorgen, die unberechtigt sind, wenn sie um ihres Leibes Wohlergehen bangen, und sie nehmen sich selbst dadurch die Fähigkeit, die Arbeit an ihrer Seele zu vollbringen. Es ist so unwesentlich, wie der Körper sein Leben auf dieser Erde verbringt, wichtig dagegen, welche Fortschritte die Seele macht, und daher soll eure ganze Sorge nur der Seele gelten. Und ob es auch scheinet, als gerate der Körper in Not, so genügt ein vertrauensvolles Gebet zum Vater im Himmel, und es wird jede Not behoben sein. Doch das ist es, was euch mangelt, der Glaube, daß Einer euch helfen kann und daß Dessen Liebe so groß ist, daß Er euch helfen will.... So ihr jedoch nicht glaubt, beraubt ihr euch selbst dieser Hilfe. Der Mensch soll wissen, daß alles.... Leid und Freude, Glück und Ungemach.... vom himmlischen Vater Seinem Kinde auferlegt wird und daß alles eine Prüfung ist, um dessen Glauben zu stärken. Erst wenn ihr alles als Gottes Schickung betrachtet, wird in euch der Glaube stark werden, und ihr werdet euch und eure Sorgen dem himmlischen Vater anvertrauen und Ihn bitten, sie von euch zu nehmen. Nichts geschieht gegen den göttlichen Willen, um alles weiß Gott, und diese Erkenntnis wird euch still und ergeben tragen lassen, was Gott euch sendet....
Amen
ÜbersetzerDe mensen kwellen zichzelf ten onrechte met zorgen, wanneer ze voor hun lichamelijk welzijn vrezen en ze ontnemen zichzelf daardoor de bekwaamheid om het werk aan hun ziel te volbrengen. Het is dus onbelangrijk hoe het lichaam zijn leven op deze aarde doorbrengt. Daarentegen is het wel belangrijk welke vooruitgang de ziel boekt en daarom moet jouw hele zorg enkel de ziel betreffen. En ofschoon het er ook op lijkt, dat juist het lichaam in nood verkeert, is een gebed, dat vol vertrouwen naar de Vader in de hemel gestuurd wordt, voldoende en elke nood zal opgeheven worden. Maar dat is het, wat jou ontbreekt. Het geloof dat Eén je kan helpen en dat Diens liefde zo groot is, dat Hij je helpen wil.
Als je echter niet gelooft, beroof je jezelf van deze hulp. De mens moet weten dat alles, leed en vreugde, geluk en tegenspoed, door de hemelse Vader aan Zijn kind opgelegd wordt en dat alles een beproeving is om diens geloof te versterken. Pas wanneer je alles als Gods beschikking beschouwt, zal in jou het geloof sterk worden en je zult jezelf en je zorgen aan de hemelse Vader toevertrouwen en Hem vragen ze van je weg te nemen.
Niets gebeurt tegen de goddelijke wil. God weet overal van en dit besef zal je stil en berustend laten dragen, wat God je stuurt.
Amen
Übersetzer