Kundgabe mit Übersetzung vergleichen
Wille allein Weg zu Wahrheit und Wissen.... Demut.... Überheblichkeit....
Je nach der Stärke seines Willens wird auch das Erkennen des Menschen sein. So die Absicht zugrunde liegt, Gott dem Herrn wohlgefällig zu leben und seine Bestimmung auf Erden dem Willen Gottes gemäß zu erfüllen, so wird es auch in ihm selbst bald licht und hell werden, und er wird mit vollster Sicherheit im Herzen spüren, was recht ist, und die Wahrheit wird sich ihm offenbaren. Denn nur allein der Wille lenkt ihn auf den rechten Weg, den Weg der Wahrheit und des Wissens. Wem der Wille mangelt, der wird ewig nicht zu voller Klarheit gelangen, und es ist daher auch ratsamer, in gutem Willen sich der Fügung Gottes zu überlassen, als eigenmächtig verstandesmäßig die Wahrheit ergründen zu wollen.... Denn es bleibt der Mensch immer irrend, solange nicht das Streben aus dem Grunde einsetzt, der allein nur dem Willen Gottes entspricht.... dem Schöpfer von Ewigkeit sich dadurch willfährig zu erzeigen. Die Demut und vollste Unterwürfigkeit dem Herrn gegenüber sind erste Bedingungen, um dereinst zum Herrn zu gelangen.... Was die Seele einst von Gott getrennt hat, war Überheblichkeit und Herrschsucht. Und so kann nur durch Selbsterniedrigung die Seele wieder zu Gott zurückfinden.... Im verstandesmäßigen Ergründenwollen aber liegt keinerlei Demut.... Es wähnet sich der Mensch aus eigener Kraft fähig, in die Schöpfung und ihre Geheimnisse einzudringen, und wird daher niemals die rechte Erhellung des Geistes finden können, bis er endlich in Selbsterkenntnis seiner Schwäche sich bittend und in tiefer Demut an den Schöpfer Selbst wendet.... Dann wird sein Streben von Erfolg gekrönt sein und ihm alles Wissen vermitteln. Und daher ist der Weg zur Erkenntnis nur dann zu betreten, wenn sich der Seele die tiefste Bereitwilligkeit bemächtigt, Gott dem Herrn zu dienen.... Es ist dieser Wille so überaus erfolgreich, weil er alles in sich vereinigt.... die Demut und die tiefe Liebe zu Gott und somit auch die tätige Nächstenliebe, denn für sich allein begehrt der Mensch die Wahrheit nicht, sondern ist gleichzeitig bemüht, für den Herrn zu wirken und sich der irrenden Seelen der Mitmenschen anzunehmen. Es wird ein solches Streben dann auch gesegnet sein, gilt doch das ganze Erdenleben nur der Erlösung aus der Finsternis des Geistes. In unmittelbarem Zusammenhang mit der tatkräftigen Unterstützung steht dann auch die fortlaufende Unterweisung des Erdenkindes, denn es kann der Wille des Menschen dann erst ununterbrochen tätig bleiben, wenn er durch das Zuführen geistiger Nahrung rege gehalten wird.... Er wird zu höchster Leistungsfähigkeit gestählt werden, so der Mensch vom himmlischen Vater Selbst unterwiesen wird in seiner Aufgabe.... Denn je mehr sich dem Erdenkind die göttliche Liebe offenbart, desto eifriger wird es bestrebt sein, dieser Liebe würdig zu werden, und es wird sich daher voll und ganz der Aufgabe hingeben, Licht zu empfangen und zu geben allen seinen Mitmenschen. Denn dies allein ist Bestimmung eines jeden auf Erden, sich aus der Nacht des Geistes zu erlösen, um eingehen zu können in das Reich des Lichtes.... der ewigen Wahrheit....
Amen
Übersetzer
Alleen de wil is de weg tot waarheid en kennis – Deemoed – Verwaandheid
Al naar gelang de sterkte van zijn wil, zal ook het inzicht van de mens zijn. Als de intentie om op een God de Heer welgevallige manier te leven en zijn bestemming op aarde volgens de wil van God te vervullen eraan ten grondslag ligt, dan zal het ook spoedig licht en helder in hem worden en hij zal met volledige zekerheid in het hart voelen wat juist is en de waarheid zal zich aan hem openbaren. Want alleen maar de wil leidt hem op de juiste weg, de weg van de kennis en waarheid. Bij wie de wil ontbreekt, die zal eeuwig niet het volledige inzicht verkrijgen en het is daarom ook raadzamer zich met goede wil aan de beschikking van God over te geven dan eigenmachtig verstandsmatig de waarheid te willen doorgronden. Want de mens blijft altijd dwalen, zolang hij niet het streven begint om zijn wil aan de wil van God gelijk te maken, zich daardoor aan de Schepper van eeuwigheid bereidwillig te tonen. De deemoed en volledige onderworpenheid jegens de Heer zijn de eerste voorwaarden om eens tot de Heer te geraken.
Wat de ziel ooit van God deed scheiden, waren aanmatiging en heerszucht. En zo kan de ziel alleen maar door zelfvernedering weer de weg tot God terugvinden. Maar in het verstandsmatig willen doorgronden ligt geen enkele deemoed. De mens waant zich door eigen kracht in staat in de schepping en haar geheimen binnen te kunnen dringen en zal daarom nooit de ware verlichting van de geest kunnen vinden, tot hij eindelijk, zijn zwakte beseffend, zich smekend en in diepe deemoed tot de Schepper Zelf wendt. Dan zal zijn streven met succes bekroond zijn en hem alle kennis verschaffen. En daarom is de weg tot het inzicht alleen maar te betreden wanneer de ziel de diepste bereidwilligheid opbrengt om God de Heer te dienen. Deze wil is zo buitengewoon succesvol omdat hij alles in zich verenigt. De deemoed en de diepe liefde voor God en dus ook de werkzame naastenliefde, want de mens begeert de waarheid niet alleen voor zichzelf, maar hij spant zich tegelijkertijd in om voor de Heer te werken en zich te ontfermen over de dwalende zielen van de medemensen.
Zo’n streven zal dan ook gezegend zijn, want het gehele leven op aarde geldt alleen maar de verlossing uit de duisternis van de geest. Het onafgebroken onderwijs van de kinderen op aarde staat dan ook in rechtstreekste samenhang met de daadkrachtige ondersteuning, want de wil van de mensen kan pas dan voortdurend werkzaam blijven, als hij door het toevoeren van geestelijk voedsel actief gehouden wordt. Hij wordt tot het hoogste prestatievermogen gehard als de mens door de hemelse Vader Zelf onderwezen wordt wat betreft zijn opdracht. Want hoe meer de goddelijke liefde zich aan het mensenkind openbaart, des te ijveriger zal zijn streven zijn deze liefde waardig te worden en het zal zich daarom geheel en al overgeven aan de opdracht om licht te ontvangen en het aan al zijn medemensen te geven. Want alleen dit is de bestemming van iedereen op aarde: zich te verlossen uit de nacht van de geest om binnen te kunnen gaan in het rijk van het licht, van de eeuwige waarheid.
Amen
Übersetzer