Kundgabe mit Übersetzung vergleichen
Kraft Gottes.... Inneres Schauen.... Verlangen....
Je inniger du die Verbindung suchst mit dem Herrn, desto leichter werden dir die Kundgaben zugehen, denn es ist die geistige Tätigkeit immer gleichbedeutend der Kraft, die vom Herrn in das menschliche Wesen überfließt. Wenn nun der Herr wirken kann durch vollkommen in Ihm aufgehende, willige Wesen, so wird auch diese Kraft sich immer stärker äußern können und wird zuletzt wirken können wie unmittelbar. Es ist dies ein Vorgang, der gleichbedeutend ist der Fernwirkung der Sonnenstrahlen. Nicht immer ist die Kraft dieser Strahlen gleich stark.... so sie erst viele Hindernisse überwinden müssen, wird die Kraft abgeschwächt und kommt in verminderter Stärke auf der Erde an.... ebenso wird die Gnadenkraft, die vom Herrn ausstrahlt, viel stärker und intensiver das Herz berühren, wenn dieses sozusagen völlig geöffnet dem Herrn entgegengebracht wird. Es kann mitunter ein einziger Augenblick innerster Hingabe die göttliche Kraft so stark heranziehen, daß dieser eine Augenblick dem Erdenkind ein Wissen erschließt vermöge des inneren Schauens.... Es sind in einem solchen Moment alle körperlichen und geistigen Hindernisse überwunden, und dann ist das Wirken der Gottheit in dem Menschenkind so augenscheinlich, daß alle Zweifel fürderhin verbannt sind aus einem solchen Herzen. Die menschliche Seele will unterstützt werden, sie will fortlaufend von Gottes Gnade genährt werden, sie vermag ohne diese nicht, den Kampf aufzunehmen gegen ihre sie bannende Umhüllung.... Wo sich aber die Gnade Gottes so äußert, daß ihr ein Blick vergönnt ist in das geistige Leben, dort ist der Wille einer solchen Seele übergroß.... und sie erreicht über alle Hindernisse hinweg ihr Ziel.
Verlangen-stillend wirkt die Gottheit nur als Gewährung der himmlischen Glückseligkeit.... ansonsten aber nur Verlangen-schürend.... Je heißer und verlangender das Herz dem Heiland entgegenschlägt, desto hellere Blicke darf dieses tun, aber immer nur, um in noch heißerer Sehnsucht nach dem göttlichen Herrn zu entflammen. Diese Sehnsucht wird aber erst dann gestillt werden, wenn das Erdenkind eingegangen ist in das ewige Reich. In Seiner unsagbaren Liebe und Güte aber erschließt der Herr auch Seinen Kindern auf Erden zeitweise die Gefilde der Seligkeit.... Er vernimmt die feinsten Regungen des Herzens, und wo das Gemüt so vorbereitet ist, daß Er es einer außerordentlichen Gnade würdig befunden, dort leuchtet dann die göttliche Gnadensonne mit unverminderter Kraft und erfüllt eines solchen Kindes Herz.
Amen
Übersetzer
Kracht van God - Innerlijk schouwen - Verlangen
Hoe inniger je de verbinding met de Heer zoekt, des te gemakkelijker zullen de berichten tot je komen. Want de geestelijke werkzaamheid betekent hetzelfde als kracht die van de Heer in het menselijke wezen vloeit. Wanneer de Heer nu kan werken door bereidwillige wezens die helemaal in Hem opgaan, dan zal deze kracht zich ook steeds sterker kunnen uiten en ze zal ten slotte rechtstreeks kunnen werken.
Dit is een proces dat gelijk staat aan de werking op verre afstand van de zonnestralen. De kracht van deze stralen is niet altijd even sterk. Als ze eerst vele hindernissen moeten overwinnen, wordt de kracht afgezwakt en bereikt deze met verminderde sterkte de aarde. Zo zal ook de genadekracht die de Heer uitstraalt het hart veel sterker en intensiever beroeren, wanneer het bij wijze van spreken volledig geopend bij de Heer wordt gebracht.
Eén enkel ogenblik van diepste overgave kan de goddelijke kracht soms zo sterk aantrekken dat dit ene ogenblik kennis aan het mensenkind ontsluit middels innerlijk schouwen. Op zo’n moment zijn alle lichamelijke en geestelijke hindernissen overwonnen en dan is het werken van de Godheid in het mensenkind zo duidelijk dat alle verdere twijfels uit dat hart verbannen zijn.
De menselijke ziel wil ondersteund worden. Ze wil voortdurend gevoed worden door Gods genade. Zonder deze genade is ze niet in staat de strijd aan te gaan tegen het omhulsel die haar ketent. Als de genade van God zich echter zo uit, dat haar een blik in het geestelijke leven wordt gegund, dan is de wil van die ziel zeer sterk en bereikt ze haar doel door alle hindernissen heen.
Alleen bij het inwilligen van hemelse gelukzaligheid stilt de Godheid het verlangen, maar anders wakkert ze het verlangen aan. Hoe vuriger en met hoe meer verlangen het hart voor de Heiland slaat, des te helderder het inzicht is dat ze mag ontvangen, maar steeds slechts om in een nog vuriger verlangen naar de goddelijke Heer te ontvlammen. Dit vurige verlangen zal echter pas gestild worden wanneer het kind van de aarde in het eeuwige rijk is binnengegaan.
Maar in Zijn onnoemelijke Liefde en goedheid ontsluit de Heer af en toe ook voor Zijn kinderen op aarde de velden der gelukzaligheid. Hij hoort de kleinste opwellingen van het hart en waar het gemoed zo voorbereid is dat Hij het waardig bevonden heeft voor een buitengewone genade, daar schijnt dan de goddelijke genadezon met onverminderde kracht en vervult het het hart van dat kind.
Amen
Übersetzer