So beginne und merke auf: Es hat allezeit in der weisen Absicht des Herrn gelegen, eine Verbindung herzustellen zwischen Himmel und Erde, doch bleibt den Menschen ({das eine}) doch verborgen zu ihrem Nutzen, daß sich die Welt der jenseitigen Geister offenkundig zu erkennen gibt einem jeden, den etwa danach gelüstet. Denn solches wäre nicht in der göttlichen Ordnung. Die Verbindung kann nur dann hergestellt werden, wenn sich ein völlig reifer Mensch in lauteren Absichten dem Jenseits zuwendet. Daher werden die Versuche, einen Verkehr anzuknüpfen, immer wieder abgebrochen und aufgegeben werden.... Es fehlt den Menschen der volle Ernst, die geistige Reife und der Wille zum Dienen. Und wiederum ist ein ganzes Heer von Geistwesen in Erdennähe, die sich den Erdenkindern auf alle erdenkliche Weise bemerkbar machen möchten.... Sooft nun diese Wesen Gelegenheit haben, sich den Menschen kundzutun, und eine Verbindung von ihnen zur Erde hergestellt ist, drängeln sich auch niedere Elemente heran, die gleichfalls diesen Weg suchen, um ihren Trieben nachkommen zu können, und gerade diese sind die Ursache dessen, daß sich gar bald solche Verbindungen auflösen.... und in solcher Lage dann die guten Wesen es ernstlich bedauern, sich nicht mitteilen zu können. Die Kraft dieser Wesen kann nur wirken im Einverständnis mit den Erdenkindern. Kommt ihnen von diesen ein wirklich guter Wille entgegen, so ist auch bald eine gute Verständigung zu erzielen, und je mehr sich nun die ganze Einstellung des Erdenkindes auf das Rein-Geistige konzentriert, desto vollkommener werden die Kundgaben sein, die es nun durch die Geistwesen empfängt.... So hat es das Geschöpf Gottes auf Erden vollkommen in der Hand, sich eine geistige Verbindung zu schaffen mit dem Jenseits.... das ihm selbst von so außerordentlichem Segen ist. Versuche der Mensch sich klarzumachen, daß sich in jeder geistigen Atmosphäre eine Gotteskraft äußert, und gebe er sich in dieser Erkenntnis den Gedanken hin, daß nur vermöge dieser Kraft sich eine Verbindung erzielen läßt, dann wird es ihm verständlich sein, daß die Verbindung suchenden Wesen diesseits wie auch jenseits ebenfalls von Gott durchdrungen sein müssen, soll diese Kraft ihnen zustatten kommen. Denn einem Gott-abgewandten Wesen kann sich unmöglich die höchste Wesenheit mit ihrem Wirken zur Verfügung stellen. Daher wird alles, was mit Gott und in Gott begonnen und ausgeführt wird, von höchstem Erfolg gekrönt sein.... Wohingegen andere Motive die Ursache sind und andere Gott-abgewandte Kräfte eingreifen und tätig sind, dort ist dann die Grundlage gegeben für Irrtum, für bewußtes Irreführen und infolgedessen für ein Ablehnen des Glaubens an eine Verbindung vom Diesseits zum Jenseits....
Ringet euch durch zur wahren Erkenntnis.... ein solcherart gereiftes Wesen verfügt dann über eine außerordentliche Kraftfülle, weil es diese fortgesetzt schöpfen darf aus der von Gott liebevoll gewährten Verbindung mit den guten Geistwesen....
Amen
ÜbersetzerBegin dan en merk op: het heeft altijd in de wijze bedoeling van de Heer gelegen een verbinding tot stand te brengen tussen hemel en aarde. Maar toch blijft voor de mensen dit ene tot hun voordeel verborgen: dat de wereld van de geesten aan gene zijde zich duidelijk te kennen geeft aan ieder die er maar naar verlangt. Want zoiets zou niet volgens de goddelijke ordening zijn. De verbinding kan alleen tot stand gebracht worden, wanneer een volledig rijpe mens zich met zuivere bedoelingen tot het hiernamaals wendt. Daarom zullen de pogingen een contact tot stand te brengen steeds weer afgebroken en opgegeven worden. Het ontbreekt de mensen aan volle ernst, aan geestelijke rijpheid en aan de wil om te dienen.
En wederom is er in de nabijheid van de aarde een heel leger van geestelijke wezens die zich op alle denkbare manieren kenbaar willen maken aan de mensenkinderen. Telkens als deze wezens de gelegenheid hebben zich aan de mensen bekend te maken en er een verbinding van hen naar de aarde tot stand is gebracht, dringen zich ook lagere elementen op die eveneens deze weg zoeken om hun driften te kunnen uitleven. En juist zij zijn er de oorzaak van dat zulke verbindingen zeer snel ontbonden worden. En in een dergelijke situatie betreuren de goede wezens het ten zeerste dat ze zich niet kunnen uiten. De kracht van deze wezens kan alleen maar werken met goedvinden van de mensenkinderen. Als hun een werkelijk goede wil van deze kinderen tegemoet komt, dan kan er ook spoedig een goede verstandhouding tot stand worden gebracht. En hoe meer de instelling van het mensenkind geheel op het zuiver geestelijke geconcentreerd is, des te volmaakter zullen de berichtgevingen zijn die het nu door de geestelijke wezens ontvangt.
Gods schepsel op aarde heeft het dus volkomen in de hand een geestelijke verbinding te maken met het hiernamaals, wat voor hem zelf zo buitengewoon zegenrijk is. Als de mens tot inzicht probeert te komen, dat er zich in elke geestelijke sfeer een kracht van God uit, en als hij zich met dit inzicht aan de gedachte overgeeft dat een verbinding alleen te bereiken is door deze kracht, dan zal het voor hem begrijpelijk zijn dat de wezens die de verbinding zoeken zowel aan deze alsook aan gene zijde van God doordrongen moeten zijn, wil deze kracht hun van pas komen. Want een wezen dat van God is afgewend kan zich onmogelijk ter beschikking stellen van het hoogste Wezen en zijn werkzaamheid.
Daarom zal alles wat met God en in God begonnen en uitgevoerd wordt, met het hoogste resultaat bekroond worden. Waar er daarentegen andere motieven oorzaak zijn en andere krachten die van God afgewend zijn, ingrijpen en werkzaam zijn, daar is dan de basis gegeven voor dwaling, voor bewust misleiden en bijgevolg voor een afwijzen van het geloof aan een verbinding van deze zijde naar gene zijde.
Dring door tot het ware inzicht. Een wezen dat op die manier gerijpt is, beschikt dan over een buitengewone overvloed aan kracht, omdat hij deze kracht onophoudelijk mag putten uit de verbinding met de goede geestelijke wezens, die door God liefdevol is toegestaan.
Amen
Übersetzer