Wat u ook mag teneerdrukken, kom met al uw zorgen naar MIJ, want IK alleen kan u helpen en IK zal u ook helpen zodra u zich aan MIJ toevertrouwt. Maar IK verlang van u een vast geloof in de waarheid van datgene wat u door Mijn GEEST verneemt. Want pas de sterkte van uw geloof stelt u in staat MIJ onvoorwaardelijk te vertrouwen dat IK u niets anders dan de zuivere waarheid kan aanbieden. Maar als u de waarheid hebt ingezien, is het ook uw plicht ze te verbreiden. Want niets is gevaarlijker dan een dwaling te dulden, die onvermijdelijk een grotere dwaling als gevolg heeft.
Want de dwaling is het middel van de tegenstander u naar beneden in de duisternis te trekken. IK echter wil dat de zuivere waarheid ingang vindt, en geef Mijn dienaren de opdracht voor deze, door hen ingeziene waarheid, op te komen, om dus elke dwaling uit te roeien, want alleen de waarheid leidt naar de voleinding. En de waarheid is en blijft: Dat u allen uit Mijn Liefde bent voortgekomen en daarom ook in alle volmaaktheid, dat u zelf echter uit de ordening bent getreden en bijgevolg zondig werd.
Steeds weer zeg IK u dat Mijn tegenstander, die eens als Mijn evenbeeld was geplaatst als hoogste Lichtgeest, door zijn afval van MIJ pas de zonde in de wereld heeft gebracht. Dat dus Lucifer, die als Mijn evenbeeld met gelijke scheppingsmacht was uitgerust, op grond van deze macht de zonde uit zichzelf heeft voortgebracht. Dat de zonde tevoren in geen enkel wezen aanwezig was en het daarom absoluut fout is dat IK Zelf in MIJ louter tegenstellingen zou hebben. Dan zou IK niet volmaakt zijn en zou ook nimmer het volmaakte hebben kunnen scheppen. Juist zoals IK alleen het goede, het goddelijke in MIJ had, net zoals de Liefde het voornaamste principe was, had Lucifer precies zo na zijn zondeval het kwade in zich. Alles in zijn wezen veranderde totaal, hij werd aarts-slecht, was door zijn haat gedreven, zijn wezen was alleen maar leugen en helemaal van de waarheid afgekeerd.
Maar nooit en te nimmer kunt u in MIJ leugen en waarheid, duisternis en licht, haat en liefde, dus al het tegengestelde aannemen, want dat zou niet overeenstemmen met een volmaakt WEZEN, WIENS oersubstantie LIEFDE is. Al deze eigenschappen kleven wel mensen aan, en dit zijn de gevolgen van het afwijzen van de Kracht van Mijn Liefde. Wanneer IK een wezen volmaakt geschapen heb, dan betekent dit dat het geheel en al in Mijn eeuwige ordening verkeert en het zou deze ordening voor eeuwig niet omver hebben hoeven te gooien. Maar er was een tweede macht aan het werk, die in dezelfde mate haar kracht negatief gebruikte en deze negatieve kracht ook op wezens overdroeg die zijn afgevallen, die dus de aanstraling van Mijn Liefde afwezen en zich daardoor bij die macht schaarden die alle slechte eigenschappen overdroeg op deze wezens. Dat alles was het gevolg van de afval van MIJ, dat Lucifer ten laste gelegd moet worden, want in MIJ is waarlijk niets tegenstrijdigs aanwezig - daar IK anders geen GOD van Liefde genoemd kan worden, als haat reeds in MIJ verankerd zou zijn, IK ook geen GOD van waarheid zou zijn als leugen zich tegelijkertijd in MIJ bevond.
U, mensen moet toch helder denken, u spreekt iets uit wat niet met het beeld van GOD overeenkomt, dat IK van eeuwigheid af ben en blijven zal: Een hoogst Volmaakt WEZEN, Dat in alle volmaaktheid werken en scheppen kon, Dat geen onvolmaaktheden in Zich heeft, Wien's Liefde geen einde heeft en ook naar de gevallen wezens zal uitgaan tot in alle eeuwigheid. Dat Mijn tegenstander, die eveneens machtig was, zijn macht zo misbruiken zou om zodoende een wereld te scheppen die tegenstrijdig was aan de wereld van zuivere geesten - dat kon hij wel, omdat zijn vrije wil alle eigenschappen nastreefde die in strijd waren met Mijn Volmaakte WEZEN, en hij dan al deze eigenschappen overdroeg op het leger van afgevallen geesten.
Waar IKZelf dus pure Waarheid ben, daar zet hij de leugen tegenover. Waar IK Liefde schonk, daar bracht hij haat voort. Waar IK Licht gaf, daar verspreidde hij duisternis. Hij zette alle goede eigenschappen, die in het goddelijke verankerd waren om in slechte, en zijn invloed was des te sterker, hoe meer de wezens zich tegen de straling van Mijn Liefde verzetten. Uit hem kwam al het slechte voort en de mensen zijn meer of minder met zijn erfelijke kwalen belast. De hele aardse wereld is een wereld van weerstand tegen MIJ, maar die Mijn oneindige Liefde eenmaal breken zal.
Want dit ene moet u weten, dat Lucifer eens het gelukzaligste wezen was, in alle volmaaktheid geschapen en ook eindeloze tijden in deze gelukzaligheid verbleef. Dat hij echter toen hij Mijn Liefdekracht afwees uit eigen beweging het kwade geschapen heeft als gevolg van zijn macht, en hij nu tot Mijn tegenpool geworden is. En allen die hem volgden namen zijn slechte eigenschappen over en boden MIJ tegenstand. En het afwijzen van de Kracht van Mijn Liefde had tot gevolg dat zij zich verhardden, tot materiële schepping werden omgevormd en een eindeloos lange gang door de schepping moesten gaan om nu, als mens, te strijden tegen alle niet-goddelijke eigenschappen, die door Lucifer op de gevallen wezens werden overgedragen.
En nu komt het er op aan of zij de aanstraling van Liefde vrijwillig weer aannemen, want Mijn Liefde is almachtig en Ze zal eenmaal bereiken dat ieder wezen zich openstelt en Mijn Liefde begeren zal, dan echter ook tot het gelukzaligste wezen behoort dat nu ook zijn doel bereikt heeft, Mijn kind te zijn geworden en nooit meer van MIJ weg zal gaan, dat het zich weer met MIJ verenigd heeft en weer volmaakt is, zoals het van het allereerste begin was.
Amen
VertalerO que quer que o possa estar a perturbar.... Venha até mim com todas as suas preocupações. Pois só eu vos posso ajudar, e também vos ajudarei assim que vos confiardes a Mim. No entanto, exijo de vós uma fé firme na verdade do que ouvis através do Meu espírito. Pois só a força da vossa fé vos permite confiar em Mim de todo o coração que não posso oferecer-vos outra coisa que não seja a pura verdade.... No entanto, se reconheceu a verdade, é também seu dever difundi-la, pois nada é mais perigoso do que tolerar erros que inevitavelmente resultam em erros maiores. Pois o erro é o meio do adversário de o arrastar para a escuridão.... Mas quero que a verdade pura prevaleça e apenas instruir os Meus mensageiros a defenderem esta verdade reconhecida para erradicar todo o erro, pois apenas a verdade leva à perfeição.... E a verdade é e continua a ser: que todos vós saístes do Meu amor.... e, portanto, também em toda a perfeição.... mas que vós próprios saístes da ordem e assim vos tornastes pecadores.... Uma e outra vez vos digo que o Meu adversário.... que foi outrora feito à Minha imagem como o mais alto espírito de luz.... só trouxe o pecado ao mundo através da sua apostasia de Mim, que por isso Lúcifer, que foi dotado do mesmo poder criativo que a Minha imagem, em virtude disso deu à luz o pecado de si mesmo, que não estava em nenhum ser antes e por isso é completamente errado que Mim mesmo teria todos os opostos em Mim.... Então eu não seria perfeito e nunca poderia ter criado a perfeição. Tal como só tive o bem, o divino, em Mim, tal como o amor foi o primeiro princípio.... tal como Lúcifer teve o mal após a sua queda. Tudo foi invertido na sua natureza, tornou-se mau, foi impelido pelo seu ódio, a sua natureza era apenas mentira e completamente afastado da verdade.... Mas nunca e nunca se pode aceitar em Mim mentira e verdade, escuridão e luz, ódio e amor.... ou seja, todos os opostos, pois isto não corresponderia a um ser perfeito cuja substância fundamental é o amor.... Todas estas características aderem ao ser humano, e estas são as consequências de rejeitar a Minha força de amor.... Se eu criei um ser perfeitamente, isto significa que ele se move completamente dentro da Minha ordem eterna, e nunca precisa de ter derrubado esta ordem. Mas um segundo poder estava em acção, que usou o seu poder negativamente na mesma medida e também transferiu essa força negativa para os seres que tinham caído...., que assim rejeitaram a Minha iluminação do amor e assim professaram esse poder que transferiu todas as características malignas para esses seres. Tudo isto foi uma consequência da apostasia de Mim que deve ser imputada a Lúcifer, pois não há verdadeiramente nada de contraditório em Mim ou não poderia ser chamado um Deus de amor onde o ódio já estaria ancorado em Mim.... Eu também não seria um Deus da verdade se houvesse mentiras em Mim ao mesmo tempo.... Vós, humanos, deveis pensar claramente, falais algo que não corresponde à imagem que Eu Sou e que permanecerá desde a eternidade: um Ser supremamente perfeito Que foi capaz de criar e criar em toda a perfeição, Que não tem falhas em si mesmo, Cujo amor não tem fim e que também se aplicará aos caídos até toda a eternidade. Que o meu adversário, que também era poderoso, abusaria do seu poder de tal forma para criar um mundo que contradizia o mundo dos espíritos puros era certamente possível porque o seu livre arbítrio aspirava a todas as características que contradiziam o Meu Ser perfeito e depois transferiu todas essas características para o exército de espíritos apóstatas. Assim, onde eu próprio sou pura verdade, aí ele opõe-se à mentira.... Onde eu dou amor, lá ele dá à luz o ódio.... Onde eu dei luz, lá espalhou a escuridão. Ele mudou todas as qualidades boas que estavam ancoradas no divino para o mal, e a sua influência era tanto mais forte quanto mais os seres resistiam à Minha iluminação do amor. Tudo de mau veio dele, e as pessoas são mais ou menos afligidas pelo seu mal hereditário, todo o mundo terreno é um mundo de resistência contra Mim que, no entanto, o Meu infinito amor um dia quebrará.... Pois deve saber que Lúcifer foi outrora o ser mais feliz, criado em toda a perfeição, e também permaneceu nesta felicidade por tempos intermináveis.... mas que quando ele rejeitou a força do amor criou o mal por sua própria vontade em virtude do seu poder e tornou-se agora o Meu antipole.... E todos aqueles que o seguiram assumiram as qualidades malignas e resistiram a Mim. Pois a rejeição da Minha força de amor fez com que se endurecessem, sendo transformados na criação e tendo de percorrer as criações num curso infinitamente longo para agora lutar como ser humano contra todas as características ímpias que foram transferidas por Lúcifer para a beingness caída.... E agora depende de aceitarem voluntariamente a iluminação do amor novamente, pois o Meu amor é omnipotente, (20.11.1964) e irá um dia alcançá-lo que cada ser se abrirá e desejará o Meu amor, mas então também pertencerá aos seres mais bem-aventurados, que agora também terão alcançado o objectivo de se terem tornado Meu filho e nunca mais Me deixarão, que se terão unido a Mim novamente e serão perfeitos novamente, como foi desde o início...._>Ámen
Vertaler