Wie eenmaal is doorgedrongen in geestelijk weten, kan zich ook een oordeel veroorloven over de geestestoestand van de mensheid, en hij zal inzien dat er ook geen geestelijke vooruitgang op deze aarde meer kan zijn. Hij zal kunnen nagaan, dat de geboden van de liefde tot GOD en de naaste slechts nog heel zelden in acht worden genomen en dat het veronachtzamen van deze geboden voortdurend grotere duisternis ten gevolge heeft. Hij weet ook dat de vrije wil van de mensen zelf doorslaggevend is en dat ook deze misbruikt wordt, omdat hij zich in toenemende mate naar de tegenstander van GOD wendt en dat daarom ook de mensen in diens macht zijn.
Wel zou er redding kunnen bestaan, als de mensen maar bereid waren GOD's Woord aan te nemen dat HIJ Zelf naar de aarde zendt en dat ook waarlijk de kracht heeft een verandering van het menselijk denken te bewerkstelligen. Maar juist deze bereidheid ontbreekt en zo gaat de mensheid onherroepelijk het einde tegemoet, opdat aan de toestand van materiële gerichtheid een einde zal worden gemaakt en een nieuwe verlossingsperiode ingeleid, die de eindeloze val terug in de diepte tegenhoudt en het wezen dat als mens gefaald heeft, weer wordt opgenomen in het terugvoeringsproces volgens goddelijke Wil.
Wie is doorgedrongen in geestelijk weten is ook al het gebeuren begrijpelijk, hij weet dat een tijdperk van verlossing ten einde loopt en er een nieuw begint, omdat hij op de hoogte is van de oorzaak van de toestand van materiële gerichtheid van de mensen en ook dat GOD's Liefde steeds weer nieuwe mogelijkheden schept de wezens die eens uit HEM waren voortgekomen naar het doel te voeren. En alleen door zulke, in geestelijk weten doorgedrongen mensen kan een weinig hulp worden geboden, doordat dezen ook de medemensen in kennis stellen van hun weten - maar ook nu weer moet de vrije wil bereid zijn zo'n weten aan te nemen. En de wil van de mensen is uitermate verzwakt.
Weliswaar zou de mens zich altijd in de toestand van kracht kunnen plaatsen en ook een sterkere wil krijgen, maar daartoe is het nodig dat hijzelf in de liefde leeft en de weg inslaat naar JEZUS CHRISTUS, DIE door Zijn kruisdood onmetelijke genaden verwierf, dus ook versterking van de wil. Werken van liefde zullen de mens steeds kracht opleveren en een roep tot JEZUS zal versterking van de wil geven, want dan is ook de wil al niet meer geheel van GOD afgewend, want wie in de liefde werkzaam is, brengt ook de band met GOD, als de eeuwige LIEFDE, tot stand. En wie JEZUS CHRISTUS aanroept, erkent HEM als Verlosser van de wereld en bijgevolg ook GOD Zelf, DIE in JEZUS CHRISTUS mens is geworden.
U allen zult dus aan de toestand van zwakte kunnen ontsnappen, u bent in uw krachteloosheid niet aan u zelf overgelaten, veeleer staat u altijd de kracht ter beschikking, wanneer u er maar naar verlangt. En u zult daar steeds over worden ingelicht van de kant van hen die dit weten bezitten, maar zolang u hart en oren afsluit gaan de Woorden zonder effect aan u voorbij en blijft u in uw zwakheid en duisternis en komt u het doel van uw leven niet na. Dwang wordt echter van de kant van GOD niet op u uitgeoefend, uw wil is volledig vrijgelaten hoe u de onderrichtingen van uw medemensen opneemt, maar ze worden u aangeboden, zodat u ook zelf deze beslissing zult kunnen nemen.
Wanneer echter uw eigen wil zich daar tegen verzet en u de weg uit de toestand van duisternis niet vindt, zult u in een netwerk van leugen en dwaling verstrikt zijn dat u dan zelf niet meer zult kunnen stukscheuren omdat het u geboeid houdt en u door de tegenstander van GOD, zelf werd omgeworpen. En dan blijft er nog maar die ene mogelijkheid: de macht van de tegenstander te breken, d.w.z. hemzelf de mogelijkheid te ontnemen de mensen op de aarde in het nauw te brengen, wat een uiteen doen vallen van de aarde met al haar scheppingen, alsook van alle levende wezens tot en met de mens, betekent - voor u, mensen dus een einde, met de kluistering die er op volgt in de harde materie, en een omvormen van al de materiële scheppingen ten behoeve van het opnemen van het nog gebonden geestelijke dat zich eveneens positief ontwikkelen moet op deze aarde.
Een geestelijke ommekeer op deze aarde is niet mogelijk omdat de mensen daartoe niet de wil opbrengen. Maar wat nadien komt, zal ook een geestelijke ommekeer laten zien, want na de ondergang van de oude aarde zal er een nieuwe aarde ontstaan met onvergelijkbaar mooie scheppingen, met geestelijk rijpe mensen, die hun geloofs- en wilsproef op deze aarde doorstonden en als stam van het nieuwe mensengeslacht geplaatst worden op de nieuwe aarde. Want dezen hebben een Geest die gewekt is, ze zijn op de hoogte van de Liefde GOD's en Zijn besturen en werkzaam zijn in het universum, en ze weten ook dat alle scheppingen er alleen maar toe dienen al het eens gevallen geestelijke helemaal rijp te laten worden, zij weten dat de goddelijke ordening in acht moet worden genomen en dat alles wat uit de goddelijke ordening treedt, eindeloze tijden nodig heeft om eens weer het doel te bereiken zich aan de wet van de eeuwige ordening aan te passen en een leven te leiden in onbaatzuchtige liefde.
En aan het einde van een periode op aarde is de liefde onder de mensen volledig bekoeld, dus is er dan ook diepste duisternis op aarde, want alleen de liefde is het licht dat dringt door de duisternis. En alleen wie in de liefde leeft, zal ook in geestelijk weten doordringen, hij zal het licht zelf in zich doen ontbranden en voor hem zijn alle verschrikkingen van de duisternis voorbij. En dit heldere licht zal de nieuwe aarde verlichten en alle mensen zullen in het licht wandelen, want ze leven in de liefde en gaan met GOD, DIE Zelf de LIEFDE en het LICHT is van eeuwigheid.
Amen
VertalerChi una volta è penetrato nella conoscenza spirituale, costui può anche permettersi una opinione sulla condizione spirituale dell’umanità, ed egli riconoscerà, che su questa terra non può nemmeno più avvenire una risalita spirituale. Potrà osservare che i Comandamenti dell’Amore per Dio e per il prossimo vengono osservati soltanto molto raramente, e che la non osservanza di questi Comandamenti porta con se sempre maggiore oscurità. Egli sa anche che la libera volontà dell’uomo stesso è determinante e che anche di questa viene abusata, perché si rivolge in misura crescente all’avversario di Dio, e per questo gli uomini sono anche nel potere di costui. Ci potrebbe essere bensì una salvezza, se soltanto gli uomini fossero disponibili ad accettare la Parola di Dio, che Egli Stesso manda sulla terra e che ha anche veramente la Forza, di produrre un cambiamento del pensare umano. Ma proprio questa disponibilità manca, e così l’umanità va incontro alla fine irrevocabile, affinché alla condizione despiritualizzata venga posta una fine e venga introdotto un nuovo periodo di salvezza, che trattiene l’infinita caduta nell’abisso e l’essere, che ha capitolato come uomo, venga di nuovo integrato nel processo di ritorno secondo la Volontà divina. Chi è penetrato nella conoscenza spirituale, tutti gli avvenimenti gli sono anche comprensibili, egli sa che un epoca di salvezza sta terminando e ne inizia una nuova, perché egli sa della causa della condizione despiritualizzata degli uomini ed anche che l’Amore di Dio crea sempre nuove possibilità, di condurre gli esseri, che sono proceduti da Lui, alla meta. E soltanto attraverso coloro che sono penetrati nella conoscenza spirituale può venire fornito agli uomini un piccolo aiuto, mentre questi portano a conoscenza dei loro simili il loro sapere, ma ora deve essere di nuovo pronta la libera volontà, di accettare un tale sapere. Ma la volontà degli uomini è estremamente indebolita. L’uomo si potrebbe comunque in ogni momento mettere nello stato di forza e giungere anche ad una volontà rinforzata, per questo serve, che egli stesso viva nell’amore e prenda la via verso Gesù Cristo, Il Quale tramite la Sua morte sulla Croce ha conquistato Grazia incommensurabile, quindi anche rinforzo per la volontà. Delle opere d’amore portano all’uomo sempre forza, ed una chiamata a Gesù porterà rinforzo alla volontà, perché allora la volontà non è già più del tutto sviata da Dio, perché chi è attivo nell’amore, pone anche il collegamento con Dio come Eterno Amore. E chi chiama Gesù Cristo, Lo riconosce come Salvatore del mondo e così anche Dio Stesso, Che si è fatto uomo in Gesù Cristo. Voi tutti potete dunque sfuggire allo stato di debolezza. Voi non siete lasciati a voi stessi nella vostra assenza di forza, ma la Forza è sempre a vostra disposizione, se soltanto la desiderate. E verrete sempre informati su ciò da parte di coloro che possiedono questo sapere, ma finché voi chiudete il vostro cuore ed orecchio, le Parole passano davanti a voi senza effetto, e voi rimanete nella vostra debolezza ed oscurità e non adempite lo scopo della vostra vita sulla terra. Ma da parte di Dio non viene esercitata su di voi alcuna costrizione, è lasciata assolutamente libera alla vostra volontà, il modo in cui accogliete gli insegnamenti dei vostri prossimi, ma vi vengono portati, in modo che anche voi stessi potete prendere questa decisione. Se la vostra propria volontà però non si oppone e voi non riuscite ad uscire dallo stato di oscurità, allora sarete catturati in una rete di bugie ed errori, che voi stessi non potrete più strappare, perché vi tiene catturati ed è stata gettata su di voi dall’avversario stesso di Dio. E poi non rimane che soltanto una possibilità, di spezzare all’avversario il potere, cioè di prendere a lui stesso la possibilità di opprimere gli uomini sulla terra, cosa che significa dissoluzione della terra con tutte le sue creazioni come anche di tutte le creature viventi fin su all’uomo, per voi uomini quindi una fine, con seguente bando nella dura materia ed una trasformazione di tutte le creazioni materiali allo scopo di accoglimento dello spirituale ancora legato, che deve pure svilupparsi verso l’alto su questa terra. Una svolta spirituale su questa terra è impossibile, perché gli uomini non ne forniscono la volontà. Ma ciò che viene dopo, farà riconoscere anche una svolta spirituale, perché dopo la distruzione della vecchia terra risorgerà una nuova terra con creazioni incomparabilmente belle, con uomini spiritualmente maturi, che hanno sostenuto la loro prova di fede e di volontà su questa vecchia terra e che vengono spostati come stirpe della nuova razza umana sulla nuova terra. Perché loro sono di spirito risvegliato, loro sanno dell’Amore di Dio e del Suo Agire ed Operare nell’universo e loro sanno anche che tutte le creazioni servono soltanto allo scopo, di portare alla maturazione ciò che un tempo era caduto come spirituale, e loro sanno che l’Ordine divino deve essere osservato e che tutto ciò che esce dall’Ordine, ha bisogno di tempi infiniti, per giungere una volta di nuovo alla meta, di inserirsi nella Legge dell’Ordine eterno e di condurre una vita nell’amore altruistico. Ed alla fine del vostro periodo della terra il vostro amore è completamente raffreddato tra gli uomini, perciò c’è anche la più profonda oscurità sulla terra, perché soltanto l’amore è la luce, che compenetra l’oscurità. E soltanto chi vive nell’amore, penetrerà anche nel sapere spirituale, accenderà egli stesso la luce in sè, e per lui tutti gli spaventi dell’oscurità saranno passati. E questa chiara luce illuminerà la nuova terra e tutti gli uomini cammineranno in essa, perché vivono nell’amore e camminano con Dio, che Egli Stesso è l’Amore e la Luce dall’Eternità.
Amen
Vertaler