Steeds weer zullen de mensen mijn openbaringen in twijfel trekken omdat zij niet levend in Mij geloven anders zou mijn werkzaamheid in deze laatste tijd voor het einde voor hen begrijpelijk zijn. Maar een levend geloof vraagt ook een leven in de liefde en dat kunnen de meeste mensen niet opbrengen, want zij beoefenen alleen maar eigenliefde. In zulk een verkeerde liefde kunnen zij Mij echter niet vinden en ook niet herkennen als God en Schepper, die ook hun Vader wil zijn. De meeste mensen hebben alleen nog een vormgeloof, een aangeleerde geloofskennis die in hen nog niet levend kon worden. Daarom hebben zij ook geen begrip voor het uitgieten van mijn geest, zoals Ik aan allen beloofd heb die in Mij geloven en mijn geboden onderhouden - want aan hen wil Ik Mij openbaren. Hoe meer de mensen nog verbonden zijn aan een vormgeloof, des te vijandiger zullen zij zich opstellen tegenover mijn openbaringen. Toch zal Ik deze boodschappen steeds weer naar de aarde zenden, omdat Ik vanuit de liefde voor mijn kinderen niet anders kan dan de mensen de zuivere waarheid aan te bieden en hen te behoeden in geheel verkeerde leerstellingen de zin van het leven te zoeken.
De mensen geloven eerder in hetgeen ver van de waarheid afstaat, maar de eenvoudige waarheid die van Mij uitgaat nemen zij niet aan. Daarom is het gemakkelijker een geheel ongelovig mens met de zuivere waarheid vertrouwd te maken dan die mensen te willen overtuigen, die overijverig bezig zijn met het bestuderen van het "boek der boeken". Die met hun verstand trachten elke letter te verklaren, maar mijn eenvoudig aanspreken afwijzen als werk van demonen. Mijn tegenstander heeft reeds diepe geestelijke duisternis over de aarde verspreid en hij bedient zich daarbij ook van dat boek, doordat hij het verstandelijk denken verwart en de mensen elk duidelijk inzicht ontneemt. En dat gelukt hem, omdat de verbinding der mensen met Mij niet meer zo diep is dat de kracht van mijn liefde het mensenhart kan doorstralen, dat wil zeggen: een helder "licht" te ontvangen om de waarheid van de dwaling te kunnen onderscheiden.
Hoe slecht zou het de mensheid vergaan als Ik Mij niet over haar ontfermde en zou proberen haar buitengewoon te versterken? Wanneer Ik haar niet door mijn rechtstreeks aanspreken mijn tegenwoordigheid en liefde zou bewijzen doordat Ik spreek tot mijn kinderen, als een vader? U mensen zoekt Mij nog steeds in de verte, en al gelooft u ook in Mij, dan gelooft u toch niet dat Ik tot mijn kinderen spreek als een vader. Dat Ik Mij tot u neerbuig en u tracht te bewegen zich vol vertrouwen aan Mij over te geven opdat u Mij vraagt, u door het aardse leven te willen leiden. Ik ben voor u nog steeds de strenge God die wetten stelt, die gehoorzaamheid eist en de mensen straft die Hem ongehoorzaam zijn. U moet echter weten dat Ik mijn schepselen nooit straf, dat zij zichzelf in een ellendige toestand brengen als zij op de diepte afstevenen. Het is niet zo dat Ik hen verdoem, want Ik tracht bij voortduring hen weer terug te voeren. Ik wil hen vanuit de diepte omhoog helpen en roep en lok hen daarom steeds weer opdat zij niet verdwalen, en mijn tegenstander tot buit worden.
Hoe kan Ik duidelijker aan mijn schepselen mijn liefde openbaren dan door mijn direct aanspreken, dan door de boodschappen die Mij en mijn wezen duidelijker maken? Die ook door de ziel gevoeld worden als buitengewone kracht en als goddelijke waarheid, waardoor de ziel gesterkt wordt voor haar pelgrimstocht op aarde. De liefde tot mijn schepselen die als mensen op aarde de terugweg tot Mij gaan spoort Mij aan, want zij kunnen alleen dan hun doel bereiken als Ik zelf hun de kracht daartoe geef. Als Ik hen spijzig met het "brood des hemels" en hun het zuivere "water des levens" te drinken geef.
Deze daad van liefde willen de mensen echter niet aanvaarden en daarom wijzen ze mijn kostbare genadegaven af. Zij zijn zelf nog niet "levend" en blijven daarom liever trouw aan een "dood" christendom. Hun ontbreekt de kracht van het geloof zolang hun de liefde ontbreekt, want de liefde zou ze een juist beeld geven van Mij en mijn wezen dat liefde, wijsheid en macht is. Daarom zal mijn liefde zich ook steeds weer wegschenken en de zwakke mensen alles doen toekomen wat zij nodig hebben om hun pelgrimstocht op aarde tot een goed einde te kunnen brengen. Mijn liefde zal zich steeds weer bekendmaken, omdat ze de liefde van al diegenen wil winnen die uit Mij zijn voortgekomen en die zich weer voor eeuwig met Mij zullen aaneensluiten.
Amen
VertalerLos hombres pondrán en duda siempre de nuevo Mis Revelaciones divinas, porque ellos mismos no creen vivamente suficiente, de lo contrário les seria muy comprensible Mi Obrar en el último tiempo antes del fin. La fe viva exige una vida en el amor, la cual descuida la mayoría de los hombres, pues ellos sólo cultivan su egoísmo, y en ese amor invertido no pueden encontrarme a Mí, no pueden reconocerme como a su Dios y Creador, quien quiere ser también su Padre. Solamente tienen ellos una fe de forma, un saber aprendido de religión, el que, en ellos, non pudo llegar a hacerse vivo y por eso no ha sido y no es comprendido "el Derramamiento de Mi Espíritu" por ellos, el que Yo he prometido a todos aquellos que creen "en Mí y guardan Mis Mandamientos ..." Pues a ellos quiero Yo manifestarme.
Y cuanto más se detienen en esa fe de ceremonias y formas, tanto más hostiles se presentan en contra de Mis Revelaciones, las que Yo siempre de nuevo dirigiré, sin embargo, a la tierra, porque Yo lo considero como un acto de necesidad que los hombres se enteren de la plena Verdad y no busquen el contenido de sus vidas en doctrinas desfiguradas, que crean en lo que está muy apartado de la Verdad, y no puedan ya reconocer la simple y sencilla Verdad de Mí. Y es en verdad más fácil familializar a un hombre por completo incrédulo con la pura Verdad, que convencer a esos hombres que están fanáticos en el estudio del Libro de los libros, cuya razón trata de aclarar cada letra y rechazan la Locucion de Mi. Tan sencilla, como el obrar de los demonios.
Mi enemigo ha extendido ya una espesa oscuridad, y él se sirve también de ese Libro confundiendo el pensar intelectual y quitando a los hombres todo claro conocimiento, lo que por eso lo consigue, porque el vínculo Conmigo no es bastante profundo, para que la fuerza de Mi Amor pueda irradiar a un corazón humano, lo cual significa tanto como el recibimiento de clara Luz y también el poder discernir la Verdad del error. Mas, qué mal les iría a los hombres si Yo no me cuidara de ellos y tratando de fortalecerlos fuera de lo común, si no Yo no me mostrara a Mi Mismo y Mi Presencia a través de Mi Plática directa, dándoles también la prueba de ello al hablar a Mis hijos como un Padre.
Vosotros, hombres, me buscáis todavía siempre en la distante lejanía, aun cuando creáis en Mí, así no os parece digno de crédito, que el Padre hable a Sus hijos que Él Mismo se incline hasta abajo y trate de motivar a Sus hijos a que se entreguen confiados a Él y le pidan que Él los guie en su vida terrena. Yo sólo soy siempre para vosotros el Dios severo, quien da Mandamientos, quien exige obediencia y castiga a los hombres que no le son obedientes. Tenéis que saber que Yo nunca "castigo" a Mis criaturas, sino ellos mismos se castigan creandose cada estado de tortura, que ellos mismos abicionan también al abismo, que no Yo los condeno, sino que siempre busco en conducirlos de regreso, ayudándolos del abismo a la Altura y los seduzco y llamo, para que no pierdan el camino y se extravíen o sean víctima de Mi adversario.
¿Y cómo Yo puede demostrar más claramente Mi Amor a Mis criaturas que mediante el hablarles directamente a través de Revelaciones, que les aclaran a Mi Mismo y Mi Ser, y las que, como la Verdad divina que Son, tienen que ser sentidas por el alma del hombre sumamente eficaces, que los conforta para su peregrinación sobre la tierra. Pues Mi Amor me impele hacia Mis hijos, que como hombre van por la tierra de regreso a Mí y sólo pueden alcanzar después su meta, si Yo Mismo dejo que les llegue la Fuerza, si Yo los alimento con el Pan del Cielo y los impregno con el Agua de Vida, con Mi Palabra.
Y ese acto de Amor no quieren entender los hombres y rechazan por eso también Mi preciosa Dádiva de Gracia. Ellos mismos no están vivos y continuan siendo por eso fieles al cristianismo muerto, pues les falta la fuerza de la fe, mientras les falta el amor también, el cual les daría una justa imágen de Mí, de Mi Ser, el que es Amor, Sabiduría y Poder. Y el Amor se entregará siempre y siempre de nuevo, y a los hombres de buena voluntad, débiles, dejará que les llegue todo lo necesario para que dejen atrás con éxito el camino de su peregrinación sobre la tierra. Mi Amor se dará siempre a conocer, porque Él quiere ganar también el amor de los que han procedido de Mi Amor y se unan de nuevo a Mi para toda la Eternidad.
Amén
Vertaler