Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

De hemelvaart van Jezus Christus

Mijn missie op aarde was volbracht toen Ik ten hemel opvoer. Ik had de wereld verlost van zonde en dood, Ik was verrezen en aan mijn discipelen verschenen om hen te sterken om de weg te kunnen gaan van de verkondiging van het evangelie der liefde. Ik was zelf doorstroomd van licht en kracht en kon nu de aarde verlaten om weer mijn rijk binnen te gaan vanwaar Ik gekomen was, namelijk het rijk van licht en zaligheid.

Want mijn lichaam was verheerlijkt, het was mijn geestelijk kleed dat niet meer aan de natuurwet gebonden was, maar het lichaam kon nu vertoeven op die plaatsen waar mijn wil dat wilde. Want het lichaam was geest zoals de geest van mijn Vader van eeuwigheid, die ook niet aan een vorm gebonden was, maar het gehele heelal vervulde en dus ook mijzelf, de mens Jezus die de eeuwige Godheid in zich had opgenomen om haar een menselijk omhulsel te geven dat Zij nodig had - omdat Zij te midden van de mensen wilde wonen. Dit omhulsel was echter aan de wetten der natuur onderworpen en moest daarom eerst een hoge graad van rijpheid verwerven om de eeuwige Godheid in zich op te kunnen nemen.

Nu was mijn missie beëindigd en van de gebeurtenis van de hemelvaart moest ook getuigd worden, want dit was de bekroning, dit was het bewijs voor de mensen dat Ik een werk van totale omvorming aan mijzelf had volbracht dat ook zichtbaar te bewijzen was. Want alle natuurwetten schoof Ik opzij toen Ik opvoer ten hemel, en Ik omhulde Mij met alle glorie en was voor mijn discipelen toch zichtbaar.

Ik gaf hun de kracht Mij te kunnen aanschouwen, anders waren zij waarlijk vergaan. Echter alleen die discipelen mochten Mij zien die reeds innig met Mij verbonden waren door hun liefde en dus al een graad van rijpheid bezaten die zulk een aanschouwen mogelijk maakte. En zo keren er ook sommige zielen in dezelfde toestand terug in het lichtrijk, en ook voor dezen is het mogelijk Mij te aanschouwen in glans en heerlijkheid, omdat hun staat van rijpheid een geestelijk aanschouwen toelaat. Want ook voor hen is er dan geen beperking meer. Ook zij zullen met glorie omkleed zijn en God mogen aanschouwen van aangezicht tot aangezicht, en zich nu in hun oerelement bevinden - in de liefde, die licht en kracht tegelijk is. En dit is hun geestelijk kleed dat elke ziel mag aandoen zodra zij het aardse leven verlaat en geheel voltooid het rijk hierna binnengaat.

U moet dit geloven en mag niet twijfelen aan de liefde en macht van uw God en Vader die u allen eens zaligheden zal schenken, die u zich zo lang u nog op aarde bent niet voor kunt stellen.

Ik heb u echter een voorbeeld gegeven van wat een mens bereiken kan door een leven in onzelfzuchtige naastenliefde, en hoe zijn lot gewaarborgd is als hij altijd volgens mijn wil geleefd heeft op de aarde. Wanneer zijn levenswandel een verandering van zijn wezen tot liefde tot gevolg heeft dat nu gelijk is aan mijn oorspronkelijke wezen en daarom ook in glans en heerlijkheid zal stralen en zichtbaar is voor allen die dezelfde graad van voltooiing hebben. Die zich dan met Mij verenigd hebben en voor wie Ik een Wezen ben dat licht en kracht uitstraalt en dit zal blijven tot in alle eeuwigheid.

Mijn hemelvaart heeft werkelijk en waarachtig plaatsgevonden. De mens Jezus heeft het laatste bewijs van Zijn goddelijkheid op aarde gegeven toen Hij in stralende volheid van licht deze aarde verliet en in het rijk terugkeerde vanwaar Zijn ziel was uitgegaan. Want Hij kwam uit het rijk van het licht. Hij was bij God en keerde weer tot God terug, wiens kind Hij was en bleef en met wie Hij zich geheel had samengesmolten. En dus was de hemelvaart het laatste bewijs dat Ik niet van deze aarde was, maar hier neergedaald ben uit een rijk van licht en heerlijkheid dat nu ook weer mijn bestemming was en dat ook voor eeuwig uw doel zal zijn en blijven. Want ook u moet terugkeren tot het licht, u zult door de vereniging met Mij weer mijn licht en kracht in al haar volheid mogen aannemen en zodoende ook verrijzen en opvaren ten hemel in uw ware vaderland.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

Himmelfahrt Jesu Christi....

Es war Meine Mission erfüllt auf Erden, als Ich auffuhr zum Himmel.... Ich hatte die Welt erlöst von Sünde und Tod, Ich war auferstanden und Meinen Jüngern erschienen, um sie zu stärken für ihren Weg der Verkündigung des Evangeliums.... Ich war Selbst licht- und kraftdurchflutet und konnte nun die Erde verlassen, um wiedereinzugehen in Mein Reich, woher Ich gekommen war.... in das Reich des Lichtes und der Seligkeit.... Denn Mein Leib war verklärt. Es war Mein geistiges Kleid, das nicht mehr an die Gesetze der Natur gebunden war, sondern der Leib konnte nun weilen, wohin Mein Wille ihn versetzte, denn er war Geist wie Mein Vatergeist von Ewigkeit, der auch nicht an eine Form gebunden war, sondern das ganze All erfüllte und also auch Mich Selbst, den Menschen Jesus, Der die Ewige Gottheit in Sich aufgenommen hatte, um Ihr eine menschliche Hülle zu geben, die Sie benötigte, weil Sie mitten unter den Menschen weilen wollte, die jedoch noch den Naturgesetzen unterworfen war und die darum erst einen hohen Reifegrad besitzen mußte, um die ewige Gottheit in sich aufnehmen zu können.... Es war nun Meine Mission beendet, und es sollte auch von diesem Akt der Auffahrt zum Himmel Zeugnis abgelegt werden, denn es war die Krönung, es war dies der Beweis für die Menschheit, daß Ich ein Umgestaltungswerk an Mir Selbst vollbracht hatte, das sichtlich zu beweisen war.... denn alle Naturgesetze ließ Ich unbeachtet, als Ich aufgefahren bin zum Himmel, und Ich umhüllte Mich mit aller Glorie und war Meinen Jüngern doch schaubar.... Ich gab ihnen die Kraft, Mich schauen zu können, ansonsten sie wahrlich vergangen wären. Aber es haben Mich auch nur jene Jünger schauen dürfen, die Mir innig verbunden waren durch ihre Liebe und also schon den Reifegrad besaßen, der ein solches Schauen ermöglichte. Und es kehrt so manche Seele im gleichen Zustand von der Erde zurück in das Lichtreich, und auch diesen ist es möglich, daß sie Mich schauen in Glanz und Herrlichkeit, weil ihr Reifegrad ein geistiges Schauen zuläßt. Denn auch für diese gibt es nun keine Begrenzung mehr.... auch sie werden mit aller Glorie umkleidet sein, sie werden Gott schauen dürfen von Angesicht zu Angesicht und nun in ihrem Urelement sich befinden, in der Liebe, die Licht und Kraft zugleich ist, und es ist dies ihr Geisteskleid, das eine jede Seele anlegen darf, sowie sie das Erdenleben verläßt und ausgereift eingeht in das jenseitige Reich.... Und dieses sollet ihr glauben, ihr sollet nicht zweifeln an der Liebe und Macht eures Gottes und Vaters, Der euch allen dereinst Seligkeiten schaffen wird, die für euch so lange noch unvorstellbar sind, wie ihr noch auf Erden weilet. Aber Ich habe euch ein Beispiel gegeben, was ein Mensch erreichen kann durch ein Leben in uneigennütziger Liebe und wie sein Los beschaffen ist, wenn er immer in Meinem Willen gelebt hat auf Erden, wenn sein Lebenswandel einen Wandel seines Wesens zur Liebe zur Folge hat, das nun gleich ist Meinem Urwesen und daher auch in allem Glanz und in aller Herrlichkeit erstrahlen wird und auch allen denen schaubar, die in gleicher Reifestufe stehen und sich mit Mir nun zusammengeschlossen haben, Der Ich ein Licht und Kraft ausstrahlendes Wesen bin und bleiben werde bis in alle Ewigkeit.... Es hat der Vorgang der Himmelfahrt wirklich und wahrhaftig stattgefunden, es hat der Mensch Jesus den letzten Beweis Seiner Göttlichkeit auf Erden gegeben, als Er in strahlender Lichtfülle diese Erde verließ und dem Reich Sich zuwandte, von dem Seine Seele ihren Ausgang genommen hatte.... Denn Er kam aus dem Reiche des Lichtes, Er war bei Gott, und Er kehrte wieder zu Gott zurück, Dessen Kind Er war und blieb, mit Dem Er Sich völlig verschmolzen hatte. Und es war also die Himmelfahrt der letzte Beweis, daß Ich nicht von dieser Erde war, sondern herniedergestiegen bin aus einem Reich des Lichtes und der Herrlichkeit, das nun auch wieder Mein Ziel war und das auch ewig euer Ziel sein und bleiben wird, denn auch ihr sollet zurückkehren zum Licht, ihr sollt durch den Zusammenschluß mit Mir wieder Mein Licht und Meine Kraft in aller Fülle entgegennehmen dürfen und also auch auferstehen und auffahren zum Himmel, in eure wahre Heimat....

Amen

Vertaler
This is an original publication by Bertha Dudde