Op de derde dag is Mijn lichaam verrezen. En al schijnt deze gebeurtenis voor u, mensen ook ongelooflijk omdat er geen bewijzen voor gegeven kunnen worden, toch zal door Mijn GEEST de mensheid steeds verkondigd worden dat Ik waarlijk ben opgestaan uit de dood. Want IK heb door Mijn verlossingswerk de dood overwonnen, die Mijn tegenstander door zijn val in de diepte voor het eerst in de wereld had gebracht.
En IK heb u door Mijn verrijzenis tegelijk bewezen dat er geen dood meer is voor het vergeestelijkte wezen. Dat dus de terugkeer tot de oorspronkelijke staat - dat door een leven in liefde zoals ik het de mensen voorgeleefd heb, bereikt wordt - ook elke doodse toestand, elke onmacht en elke krachteloosheid uitsluit, en de ziel nu het eeuwige leven kan ingaan zodra zij deze verandering in het aardse leven heeft voltrokken.
De dood is overwonnen door Mijn kruisoffer, want de oerschuld werd daardoor gedelgd en het schepsel weer de mogelijkheid gegeven weer te worden zoals het als oerwezen was, wat nu ook een eeuwig leven waarborgt. IK wilde u een bewijs geven dat ook het vleselijke lichaam zich vergeestelijken kan, en dat het daarom de dood niet meer hoeft te vrezen als de vergeestelijking van zijn lichaam de mens reeds op de aarde zou gelukken.
IKZelf heb als de mens JEZUS door Mijn leven vanuit de Liefde alle nog onrijpe substanties van Mijn lichaam vergeestelijkt. IK heb ze tot voltooiing gebracht. De Liefde heeft al het niet geestelijke in MIJ gekalmeerd en het ertoe gebracht zich met Mijn ziel te verenigen, zodat lichaam en ziel zich totaal met de eeuwige goddelijke GEEST in MIJ konden verbinden - en dus de totale samensmelting met deze heeft plaatsgevonden.
En een volledig vergeestelijkt wezen kan niet meer aan de dood onderworpen zijn, want de dood is een toestand van krachteloosheid - terwijl een wezen dat vergeestelijkt is, vol licht en kracht, en vrij van iedere gebondenheid is. De gebeurtenis van Mijn opstanding was voor u mensen duidelijk te zien, want zij vonden Mijn graf leeg. Dat nu de ongelovigen de ontvoering van Mijn lichaam voor hun medemensen geloofwaardig wilden maken was begrijpelijk, maar ook dat konden zij niet bewijzen. En Mijn opstanding als waarheid aannemen zullen steeds alleen de gelovigen - die mensen die reeds innig met MIJ verbonden zijn door de liefde of hun goede wil juist te leven voor Mijn Ogen. Dat zij echter plaatsgevonden heeft is waar, want daarmee werden de beloften vervuld die de mensen gegeven waren door zieners en profeten. Mijn verrijzenis was een grote nederlaag voor Mijn tegenstander, die IK het bewijs gaf dat de liefde sterker is dan de haat en dat hij zijn aanhang niet voor eeuwig in de toestand van de dood kan houden, omdat IKZelf de dood had overwonnen en dus het leven kan geven aan ieder die Mijn verlossingswerk erkent - en een beroep doet op de aan het kruis verworven genaden.
Voor Mijn tegenstander was Mijn verrijzenis dus een nederlaag, en daarom probeert hij de mensen van de wijs te brengen en hun Mijn opstanding als twijfelachtig voor te stellen. En toch kan hij de opstanding van hen die MIJ navolgen, die in MIJ geloven en die IK nu ook het eeuwige leven kan schenken zoals IK het beloofd heb, niet verhinderen. Zijn aanhang zal gestadig verminderen, want steeds weer zullen mensen verrijzen en eeuwig leven omdat IK de dood overwonnen heb. Omdat hij niet eeuwig het innerlijk teneer kan drukken van hem wiens wil het is naar MIJ terug te keren, en die daarom onder Mijn kruis bescherming zoekt om aan de macht van Mijn tegenstander te ontsnappen. Voor deze is de dood overwonnen en de opstanding ten leven verzekerd.
(23 april) Ook Mijn discipelen wilden niet geloven dat IK was opgestaan van de dood, ofschoon IK het hun toch al tevoren voorspeld had. Maar IK sterkte hun geloof en zij herkenden MIJ toen IK bij hen kwam. Zij hadden dus het bewijs dat IK de dood overwonnen had, want zij moesten MIJ met volle overtuiging verkondigen, zij moesten van Mijn sterven evenals van Mijn verrijzenis gewag maken.
Deze kennis moesten de mensen vernemen die aan MIJ geloven, zij zouden dan de weg naar het kruis opgaan omdat zij dan alleen verlossing konden verkrijgen als ook zij hun schuld bij MIJ brachten onder het kruis. Maar Mijn grootste werk van erbarming zou spoedig in vergetelheid geraakt zijn als Mijn GEEST niet steeds weer in die mensen had kunnen werken, die zich volledig en helemaal overgaven aan MIJ. Die IK daarom ook, als verlost, vullen kon met Mijn GEEST, die hen weer innerlijk kon onderwijzen en die hun de kennis over het verlossingswerk van JEZUS CHRISTUS ontsloot.
Want alles wat de mensen aan overlevering werd medegedeeld, behield zijn waarheidsgehalte niet lang. Waar alleen het mensenverstand bezig was, daar ontstonden ook onjuiste opvattingen die als overleveringen werden doorgegeven en die zodoende geen garantie meer boden voor de zuivere waarheid.
Waar echter Mijn GEEST in een mens kon werken, daar werd ook steeds de zuivere waarheid benadrukt en zowel de kennis van Mijn lijden en sterven aan het kruis alsook Mijn verrijzenis, aan de mensen overgedragen, omdat deze kennis onvoorwaardelijk nodig is dat ook de mensen helemaal vervuld zullen zijn van dit geloof. En steeds weer zal Mijn GEEST dan in de mens werkzaam zijn die zich aan MIJ overgeeft om de zuivere waarheid te ontvangen.
Steeds weer zal de mensen de boodschap worden verkondigd en juiste opheldering worden gegeven, zodat u, mensen ook met overtuiging aan Mijn verrijzenis kunt geloven, en ook daaraan, dat IK waarlijk de dood overwonnen heb. Dat er voor u geen dood meer behoeft te zijn als u zich aan Mijn zijde plaatst; als u zelf wilt dat IK voor u gestorven ben, als u een levend geloof hebt in MIJ en Mijn verlossingswerk, dat IKZelf in de mens JEZUS heb volbracht.
IK ben opgestaan uit de dood en zo zult ook u opstaan na de dood van uw lichaam en eeuwig leven. En u hoeft geen dood meer te vrezen zodra u vrij bent geworden van de vijand van uw ziel, van Mijn tegenstander. Zodra u zich door MIJ laat verlossen bestaat er voor u geen dood meer, want dan zult u in en met MIJ leven en dit leven voor eeuwig niet meer verliezen.
Amen
VertalerEs ist Mein Leib auferstanden am dritten Tage.... Und ob auch den Menschen dieser Vorgang unglaubwürdig erscheint, weil sie keinerlei Beweise dafür erbringen können, so soll es doch immer wieder der Menschheit durch Meinen Geist verkündet werden, daß Ich wahrhaft auferstanden bin von den Toten. Denn Ich habe durch Mein Erlösungswerk den Tod überwunden, den Mein Gegner durch seinen Fall zur Tiefe erst in die Welt gebracht hatte. Und Ich habe euch Menschen mit Meiner Auferstehung zugleich bewiesen, daß es keinen Tod gibt für das vergeistigte Wesen, daß also die Rückwandlung zum Urwesen.... die durch ein Liebeleben, wie Ich es den Menschen vorgelebt habe, erreicht wird.... auch jeglichen Todeszustand, jegliche Ohnmacht und Kraftlosigkeit, ausschließt und nun die Seele zum ewigen Leben eingehen kann, sowie sie diese Umwandlung im Erdenleben vollzogen hat.... Der Tod ist überwunden worden durch Mein Kreuzesopfer, denn die Urschuld wurde dadurch getilgt und dem Wesen wieder die Möglichkeit gegeben, die Rückwandlung zu seinem Urwesen zu vollziehen, die nun auch ein ewiges Leben gewährleistet. Ich wollte euch den Beweis liefern, daß auch der Fleischleib sich vergeistigen kann und somit auch dieser keinen Tod zu fürchten brauchte, wenn dem Menschen die Vergeistigung seines Körpers noch auf Erden gelingen würde.... Ich Selbst habe als Mensch Jesus durch Mein Liebeleben alle noch unreifen Substanzen Meines Körpers vergeistigt, Ich habe sie zum Ausreifen gebracht; die Liebe hat alles Ungeistige in Mir gesänftet und es veranlaßt, sich mit Meiner Seele zu vereinen, so daß Körper und Seele sich dem Ewigen Gottgeist in Mir anschließen konnten und sonach die völlige Verschmelzung mit Diesem vollzogen wurde. Und ein völlig vergeistigtes Wesen kann nicht mehr dem Tode unterlegen sein, denn der Tod ist ein Zustand der Kraftlosigkeit, ein vergeistigtes Wesen aber ist Licht und Kraft in Fülle und frei von jeder Gebundenheit. Es ist der Vorgang Meiner Auferstehung also auch den Menschen ersichtlich gewesen, denn sie fanden Mein Grab leer.... Daß die Ungläubigen nun die Entführung Meines Leibes den Mitmenschen glaubhaft machen wollten, war verständlich, aber auch das konnten sie nicht beweisen.... Und Meine Auferstehung als Wahrheit annehmen werden immer nur die Gläubigen, die Menschen, die Mir schon innig verbunden sind durch die Liebe oder ihren guten Willen, recht zu wandeln vor Meinen Augen.... Daß sie aber stattgefunden hat, ist wahr, denn es erfüllten sich auch damit nur die Verheißungen, die den Menschen zugingen durch Seher und Propheten. Und Meine Auferstehung war eine große Niederlage für Meinen Gegner, dem Ich den Beweis erbrachte, daß die Liebe stärker ist als der Haß.... daß er seinen Anhang nicht ewig im Zustand des Todes erhalten würde, weil Ich Selbst den Tod überwunden hatte und also das Leben geben konnte jedem, der Mein Erlösungswerk anerkennt und die am Kreuz erworbenen Gnaden in Anspruch nimmt. Für Meinen Gegner also war Meine Auferstehung eine Niederlage, und darum suchte er, die Menschen irrezuführen und ihnen Meine Auferstehung als zweifelhaft hinzustellen.... Dennoch wird er die Auferstehung derer nicht verhindern können, die Mir nachfolgen, die an Mich glauben und denen Ich nun auch das ewige Leben schenken kann, wie Ich es verheißen habe. Und es wird sein Anhang ständig sich verringern, denn immer wieder werden Menschen auferstehen zum ewigen Leben, weil Ich den Tod überwunden habe, weil er nicht ewig ein Wesen belasten kann, dessen Wille ist, wieder zu Mir zurückzukehren, und das darum unter Mein Kreuz flüchtet, um der Gewalt Meines Gegners zu entrinnen.... Für diese ist der Tod überwunden und die Auferstehung zum Leben ist ihnen gewiß.... (23.4.1962) Auch Meine Jünger wollten es nicht glauben, daß Ich auferstanden war von den Toten, wenngleich Ich es ihnen verheißen habe zuvor schon.... Doch Ich stärkte ihren Glauben, und sie erkannten Mich, als Ich zu ihnen kam.... Diese also hatten den Beweis dafür, daß Ich den Tod überwunden hatte, denn sie sollten voller Überzeugung Mich verkünden, sie sollten Meines Sterbens am Kreuz und auch Meiner Auferstehung Erwähnung tun, denn dieses Wissen mußten die Menschen erfahren, die an Mich glauben und den Weg zum Kreuz antreten sollten.... weil ihnen nur dann Erlösung werden konnte, wenn auch sie ihre Schuld zu Mir hintrugen unter das Kreuz. Doch es wäre bald auch dieses Mein größtes Erbarmungswerk in Vergessenheit geraten, hätte nicht immer wieder Mein Geist wirken können in den Menschen, die sich Mir voll und ganz hingeben und die Ich darum auch.... als erlöst.... erfüllen konnte mit Meinem Geist, der sie wieder von innen heraus belehrte, der ihnen das Wissen um das Erlösungswerk Jesu Christi erschloß.... Denn alles, was an Überlieferungen den Menschen zugeleitet wurde, erhielt sich nicht lange in der Wahrheit.... Wo Menschenverstand allein tätig war, dort entstanden auch irrige Ansichten, die aber auch als "Überlieferungen" weitergegeben wurden und sonach keine Garantie mehr für reine Wahrheit gegeben war.... Wo aber Mein Geist in einem Menschen wirken konnte, wurde auch immer wieder die reine Wahrheit herausgestellt und sowohl das Wissen um Mein Leiden und Sterben am Kreuz als auch Meine Auferstehung den Menschen vermittelt, weil dieses Wissen unbedingt nötig ist, wenn auch der Glaube daran die Menschen erfüllen soll. Und es wird immer wieder Mein Geist in dem Menschen tätig sein, der sich Mir hingibt, um die reine Wahrheit zu empfangen.... Es wird immer wieder den Menschen die Kunde zugehen und rechte Aufklärung gegeben werden, so daß ihr Menschen auch überzeugt an Meine Auferstehung glauben könnet und daran, daß Ich den Tod überwunden habe, daß es auch für euch keinen Tod mehr zu geben braucht, wenn ihr euch an Meine Seite stellt, wenn ihr selbst es wollet, daß Ich für euch gestorben bin.... wenn ihr lebendig glaubet an Mich und Mein Erlösungswerk, das Ich Selbst im Menschen Jesus vollbracht habe. Ich bin auferstanden von den Toten, und so auch werdet ihr auferstehen nach dem Tode eures Leibes zum ewigen Leben.... Und ihr werdet keinen Tod mehr zu fürchten brauchen, sowie ihr frei geworden seid von dem Feind eurer Seelen, von Meinem Gegner.... sowie ihr euch erlösen lasset von Mir.... Denn dann gibt es für euch keinen Tod mehr, dann werdet ihr in und mit Mir leben und dieses Leben ewiglich nicht mehr verlieren....
Amen
Vertaler