• Terug

De zegen van geestelijke werkzaamheid ....

In drukke geestelijke werkzaamheid maken jullie je steeds meer los van de materiële wereld, en jullie worden tot overwinnaars ervan, evenals van haar heer. Hoe meer jullie je bezig houden met geestelijke werkzaamheid, des te meer komt de ziel los uit haar lichamelijk omhulsel - ofschoon jullie op aarde leven - maar zij verheft zich in andere sferen. Ze betreedt de weg naar haar ware Vaderland, ze is slechts een gast op deze aarde, die zijn ware Vaderland niet vergeten heeft, maar deze onstuitbaar nastreeft.

Maar waaruit bestaat de "geestelijke werkzaamheid", die jullie verheft uit de aardse sfeer? Iedere gedachte in de geestelijke wereld leidt naar zulke geestelijke werkzaamheid, want zodra de ziel de gedachten opvangt, die haar van gene zijde worden toegestuurd, zullen de lichtwezens met haar in verbinding treden en als het ware een geestelijke tweespraak voeren, dat wil zeggen: de ene gedachte zal de andere voortbrengen, de gedachten zullen verwijzen naar God, ook zullen ze weer de tweespraak met God inleiden, en het gevolg daarvan zal zijn, dat de mens zich nu ook met zijn medemensen over geestelijke dingen gaat onderhouden; dat hij zich niet tevreden stelt met wereldse kennis, maar dat al zijn denken juist te maken heeft met het geestelijke gebied, van waaruit hij nu onderricht wordt, van waaruit de ziel nu geestelijk voedsel ontvangt.

De ziel zal daardoor rijp worden, ze zal het lichaam aansporen zich ook overeenkomstig haar geestelijk inzicht te gedragen tijdens het aardse leven. De mens zal aan zich zelf werken, hij zal bewust leven, dat wil zeggen: zich bewust zijn van de zin en het doel van zijn bestaan en hij zal er naar toe werken, dat hij dit doel bereikt. Hij zal weliswaar zijn aardse leven leiden, maar dat zal voor hem niet de hoofdzaak zijn, want steeds weer zullen zijn gedachten omhoog zweven, naar het Rijk, dat niet van deze wereld is.

En hij zal niet anders kunnen, dan voor dit Rijk werkzaam te zijn, door op de medemensen proberen in te werken, het geestelijke Rijk meer aandacht te schenken dan het aardse leven. Hij zal hen opmerkzaam maken op het nutteloze werk van het leven, dat alleen op het wereldse gericht is. Hij zal met de medemensen gesprekken voeren, die gaan over het kruis van Golgotha - hij zal niet anders kunnen, dan steeds weer te gewagen van de goddelijke Verlosser Jezus Christus, omdat het geestelijke rijk hem vasthoudt, evenals Jezus Christus zelf, Die vreugde beleeft aan Zijn kinderen, die Hem liefhebben en Hem proberen na te volgen.

En jullie zullen het aardse leven ook op de juiste waarde leren te schatten, door geestelijk werkzaam te zijn, en zo jullie weg gaan met geestelijk resultaat voor jullie ziel. Want jullie worden geleid door de Lichtwezens, aan wier zorg jullie tijdens jullie aardse leven zijn toevertrouwd. En hun invloed zal niet ophouden en altijd slechts jullie ziel gelden, die alleen maar kan winnen door geestelijke werkzaamheid, die rijp zal worden tijdens het aardse leven en ook een lichtend voorbeeld is voor jullie medemensen.

Want een ziel, die naar het geestelijke streeft, is ook uiterlijk te herkennen, doordat zij onophoudelijk werkzaam is voor het Rijk Gods en onophoudelijk werkt in de Wijngaard, omdat zij van binnen de drang voelt God te dienen en ook andere zielen naar Hem toe te leiden, want in haar is liefde, die zich voortdurend zal uiten in het werkzaam zijn voor God en Zijn Rijk.

Amen

Segen geistiger Tätigkeit....

In reger geistiger Tätigkeit löset ihr euch immer mehr von der materiellen Welt, und ihr werdet zu Überwindern derer sowie ihres Herrn. Je mehr ihr euch mit geistiger Tätigkeit befaßt, desto mehr löset sich die Seele aus ihrer körperlichen Umhüllung, wenngleich ihr auf Erden lebt, aber sie erhebt sich in andere Sphären, sie betritt den Weg zu ihrer wahren Heimat, sie ist nur ein Gast auf dieser Erde, der seine wahre Heimat nicht vergessen hat, sondern ihr unaufhaltsam entgegenstrebt. Worin aber besteht die "geistige Tätigkeit", die euch der Erdensphäre enthebt?.... Ein jeder Gedanke in die geistige Welt leitet solche geistige Tätigkeit ein, denn sowie die Seele die aus jener Welt ihr zugeleiteten Gedanken aufgreift, werden die Lichtwesen mit ihr in Verbindung treten und gleichsam eine geistige Zwiesprache führen, d.h., ein Gedanke wird den anderen gebären, die Gedanken werden zu Gott hinweisen, sie werden ebenfalls wieder die Zwiesprache mit Gott einleiten, und es wird die Folge dessen sein, daß sich der Mensch nun auch mit seinen Mitmenschen über geistige Dinge unterhält, daß er sich nicht mit irdischem Wissen zufriedengibt, daß all sein Denken eben in jenes geistige Gebiet hinübergreift, von wo er nun belehrt wird, von wo die Seele nun geistige Nahrung empfängt. Die Seele wird dadurch ausreifen, sie wird den Körper veranlassen, sich auch ihren geistigen Erkenntnissen entsprechend zu bewegen im Erdenleben, es wird der Mensch an sich selbst arbeiten, er wird bewußt leben, d.h. sich seines Daseinszweckes und seines Zieles bewußt sein und auf dieses Ziel hinarbeiten, daß er es erreiche. Er wird wohl sein irdisches Leben führen, aber es wird ihm nicht die Hauptsache sein, sondern immer wieder werden seine Gedanken schweifen zur Höhe, in das Reich, das nicht von dieser Welt ist. Und er wird nicht anders können, als für dieses Reich tätig zu sein, indem er auf die Mitmenschen einzuwirken sucht, dem geistigen Reich mehr Beachtung zu schenken als dem irdischen Leben, er wird sie aufmerksam machen auf den Leerlauf des Lebens, das nur irdisch ausgerichtet ist.... er wird mit den Mitmenschen Gespräche führen, die das Kreuz von Golgatha zum Inhalt haben.... er wird nicht anders können, als immer wieder des göttlichen Erlösers Jesus Christus Erwähnung zu tun, weil ihn das geistige Reich gefesselt hält sowie auch Jesus Christus Selbst, Der eine Freude hat an Seinen Kindern, die Ihn lieben und Ihm nachzufolgen trachten. Und ihr werdet auch den Wert des irdischen Lebens schätzen lernen, in dem ihr geistig tätig sein könnet und also hindurchgeht mit geistigem Erfolg für eure Seele.... Denn ihr werdet geführt von den Lichtwesen, denen ihr zur Betreuung während eures Erdenlebens übergeben seid. Und deren Einfluß wird nicht aufhören und immer nur eurer Seele gelten, die durch geistige Tätigkeit nur gewinnen kann, die ausreifen wird während des Erdenlebens und auch euren Mitmenschen ein leuchtendes Vorbild ist. Denn eine Seele, die geistig strebt, ist auch nach außen erkenntlich dadurch, daß sie unentwegt tätig ist für das Reich Gottes und unentwegt Weinbergsarbeit leistet, weil es sie von innen drängt, Gott zu dienen und Ihm auch andere Seelen zuzuführen, denn in ihr ist Liebe, die sich ständig äußern wird im Wirken für Gott und Sein Reich....

Amen