Wie aan Mijn zijde gaat, kan zijn weg over de aarde gerust afleggen. Hij hoeft niets te vrezen, omdat hij onder Mijn bescherming staat door zijn vrijwillige verbinding met Mij. Dus moet Ik steeds uw Leider zijn. U zult de weg niet alleen mogen gaan, opdat de ander zich niet bij u aansluit, die u niet wil beschermen, maar u alleen wil verleiden. Het is niet moeilijk de weg over de aarde met succes af te leggen, omdat er niets anders voor nodig is dan dat u zich aan Mij toevertrouwt, dat u eenvoudigweg wenst met Mij verbonden te zijn, want deze wens wordt u zeker vervuld.
Ik liet de aarde, evenals de hele schepping, alleen ontstaan met het doel dat u weer zult terugkeren naar Mij, van wie u zich eens heeft afgewend. En zodra u nu als mens, Mij als uw God en Schepper erkent en wenst met deze God verbonden te zijn, zal Ik Me ook aan u als Vader openbaren. Ik zal u bij de hand nemen en u leiden op de weg naar het vaderhuis, want Mijn vreugde is overgroot, wanneer u dat als Mijn kinderen wilt bereiken.
Maar voelt u Mij naast u, dan zult u ook tweespraak met Mij houden en u zult al Mijn aanwijzingen opvolgen. U zult in acht nemen wat Ik u aanraad. U zult steeds meer inzien dat Mijn Vaderliefde voor u zorgt en u zult veilig en gerust uw weg over de aarde gaan.
Maar het ergste voor u mensen is, wanneer u alleen gaat. Want u blijft niet lang alleen, veeleer geeft u Mijn tegenstander de gelegenheid u te benaderen. Hij ontpopt zich tegenover u niet als vijand, maar doet u schijnbaar vriendelijke aanbiedingen die erg verlokkend zijn en die u niet goed kunt weerstaan, omdat ze nog meer beantwoorden aan uw aard. Maar Ik kan hem niet verdringen zolang u niet tot Mij roept.
Maar voor u allen zal het weet hebben van Mij - van een God van Liefde, Wijsheid en Macht - niet verborgen blijven. U allen ontvangt ook kennis van Mij. Of u uw wil serieus op Mij richt staat u vrij, maar dit is steeds doorslaggevend voor het resultaat van uw aards bestaan. Er is u echter ook een stille vermaner meegegeven, die u waarschuwt voor Mijn tegenstander en die u naar Mij dringt. En aan deze zachte aandrang in u zult u moeten toegeven en het zal niet in uw nadeel zijn.
En hebt u eenmaal de band met Mij tot stand gebracht, dan verbreekt u ze ook niet meer zo gemakkelijk, omdat Ik u met liefdevolle hand vasthoud of u steeds weer als een goede Herder lok om Mij na te volgen.
En ieder mens die zijn dagtaak begint met aan Mij te denken, ieder mens die Mij om Mijn leiding en Mijn zegen vraagt, kan nu ook onbezorgd in de wereld vertoeven.
Ik zal steeds aan zijn zijde gaan en er op letten dat hij niet struikelt. Ik zal hem ook kracht geven om aan de steeds weer op hem toekomende verzoekingen van Mijn tegenstander weerstand te bieden. Want wie Mij tot Leider kiest, die leid Ik ook waarlijk juist.
Maar steeds weer moet er de nadruk op worden gelegd, dat deze overgave aan Mij eerst het geloof in Mij vraagt. En dit geloof komt niet alleen voort uit de kennis over Mij, maar het vereist een graad van liefde die het geloof pas levend zal laten worden. En omdat het bij zoveel mensen aan liefde mankeert, ontbreekt het hun ook aan een juist geloof in een God, die voor Zijn schepselen een Vader wil zijn, die hen als liefdevolle Vader ook graag door het aardse leven wil leiden en aan wiens leiding ze zich daarom kunnen toevertrouwen.
Daarom zijn er, ondanks het op de hoogte zijn van God, weinig betrekkingen tussen de mensen en Mij. En of Ik ook vaak, zonder herkend te worden, Me tot hen wend en Me aanbied aan hen als Leider, ze vertrouwen op hun eigen kracht en verstand en gaan alleen. Maar ze zijn niet afkerig van de andere begeleider, die hun ongeloof voor zichzelf tracht te benutten en ook succes heeft. Daarom is het grootste kwaad in de wereld de liefdeloosheid, want kleine werken van onbaatzuchtige naastenliefde zouden al het bewuste gevoel van de mens en zijn denken ontsluiten. En de Geest van de mens, die een deel van Mij is, zou zich kunnen uiten en hen naar Mij dringen, in wie hij dan ook in staat is te geloven, wanneer hij eenmaal de liefde in zich heeft ontstoken.
Zonder liefde zal de wil van geen enkel mens zich ooit op Mij richten. En daarom is er ook de grote geestelijke nood op aarde. Het is een strijd om het bestaan, die heel wat lichter zou zijn wanneer de mens Mij toestond voor hem te zorgen en voor hem een trouwe Helper en Leider te zijn. Maar ieder mens kan de liefde in zich doen ontbranden. Ieder mens kan Mij daarom ook herkennen en zijn wil bewust op Mij richten en dus ook Mijn leiding wensen.
Maar daar het leven op aarde hem gegeven is met het doel zijn wil te beproeven, wordt ook elke dwang uitgeschakeld. Doch Ik probeer alles om de mens aan te sporen in liefde werkzaam te zijn, om ook zijn geloof in Mij te winnen. Want dit geloof zal voor hem waarlijk zijn weg over de aarde lichter maken. Als hij Mij eenmaal heeft herkend, zal hij zich ook aan Mij toevertrouwen en niet zonder Mij willen voortgaan. En hij zal zijn pelgrimstocht nu ook niet meer alleen gaan. Ik zal hem overal begeleiden en hij zal waarlijk een sterke steun aan Mij hebben. Hij zal op Mij kunnen steunen in elke nood en elk gevaar. En de terugweg naar het vaderhuis zal nu zonder fouten worden afgelegd, omdat Ik Zelf hem daarheen leid.
Amen
VertalerChi cammina accanto a Me, può percorrere tranquillamente la sua via terrena, non ha nulla da temere, perché si trova sotto la Mia Protezione perché Mi segue volontariamente. Quindi Io devo sempre Essere la vostra Guida, non dovete percorrere la via da soli, affinché non vi si aggiunga l’altro, che non vi vuole proteggere, ma vi vuole sedurre. Perciò non è difficile percorrere la via terrena con successo, perché non vi ci vuole nient’altro che affidarvi a Me, che desideriate semplicemente d’essere uniti con Me, perché questo desiderio vi viene certamente esaudito. Ho fatto sorgere la Terra come l’intera Creazione soltanto allo scopo, che voi ritorniate di nuovo a Me, dal Quale una volta vi siete allontanati. Ed appena, da uomo, Mi riconoscete come vostro Dio e Creatore e desiderate essere uniti con questo Dio, Mi rivelerò anche a voi come Padre. Vi prenderò per Mano e vi condurrò sulla via verso la Casa Paterna, perché la Mia Gioia è ultragrande, quando volete giungervi come Miei figli. Ma se ora Mi sentite accanto a voi, allora terrete anche il dialogo con Me, e seguirete soltanto le Mie Indicazioni, baderete a ciò che Io vi consiglio, e riconoscerete sempre di più che il Mio Amore Paterno si prende cura di voi, e percorrerete la vostra via terrena sicuri e tranquilli. La cosa peggiore per voi uomini però è se camminate da soli, perché non rimarrete a lungo da soli, ma ora date l’occasione al Mio avversario di avvicinarsi a voi, che non si rivela come nemico, ma vi fa delle offerte apparentemente buone, che sono molto seducenti ed alle quali non potete ben resistere, perché corrispondono ancora troppo al vostro essere. Ma non posso respingere lui fintanto che non invocate Me. Ma a tutti voi non rimarrà celato il sapere di Me, di un Dio dell’Amore, della Sapienza e del Potere, tutti voi ricevete conoscenza di Me. Ma se rivolgete seriamente la vostra volontà a Me, è lasciato a voi, ma è sempre determinante per il successo della vita terrena. Ma vi è anche assoggettato un dolce Ammonitore, che vi avverte del Mio avversario e che vi spinge verso di Me. E voi dovete cedere a questa dolce spinta in voi e non sarà a vostro danno. E se avete una volta stabilito il contatto con Me, allora non la dissolverete più così facilmente, perché vi tengo con Mano amorevole, oppure vi attiro sempre di nuovo come un Buon Pastore di seguirMi. Ed ogni uomo che comincia la sua opera quotidiana con pensieri rivolti a Me, ogni uomo, che chiede il Mio Accompagnamento e la Mia Benedizione, può anche muoversi nel mondo senza preoccupazione. Io camminerò sempre al suo fianco e bado affinché non inciampi, gli darò anche la Forza, per prestare resistenza alle tentazioni che il Mio avversario gli presenta sempre di nuovo, perché chi ha scelto Me come Guida, sarà davvero guidato bene. Ma sempre di nuovo deve essere sottolineato che la dedizione a Me richiede dapprima la fede in Me. E questa fede non cresce da sola dal sapere di Me, ma richiede un grado d’amore, che rende la fede viva. E dato che l’amore manca a così tanti uomini, manca loro anche la giusta fede in un Dio, il Quale vuole Essere un Padre per le Sue creature, il Quale vorrebbe anche guidarle come un Padre amorevole attraverso la vita terrena e perciò possono affidarsi alla Sua Guida. Per questo motivo malgrado il sapere di un Dio esistono così pochi legami fra gli uomini e Me, ed anche se Mi avvicino a loro senza essere riconosciuto e Mi offro a loro come Guida, si affidano alla loro propria forza ed intelligenza e camminano da soli, ma non disdegnano l’altro accompagnatore, che cerca di sfruttare per sé la loro malafede ed ha anche successo. Perciò il più grande male nel mondo è l’assenza d’amore, perché già soltanto piccole opere d’amore disinteressato per il prossimo dischiuderebbero all’uomo il sentimento ed il suo pensare, e lo spirito dell’uomo, che è la Mia Parte, si potrebbe manifestare e spingerlo verso di Me, al Quale poi potrà anche credere, se una volta ha acceso in sé l’amore. Senza amore la volontà di nessun uomo si rivolgerà a Me, e perciò esiste anche la grande miseria spirituale sulla Terra, è una lotta esistenziale, che sarebbe di molto più facile, se l’uomo Mi permettesse, di prenderMi cura di lui e di Essergli un fedele Aiutante e Guida. Ma ogni uomo può accendere in sé l’amore, ogni uomo può perciò anche riconoscerMi e rivolgere coscientemente la sua volontà a Me e quindi desiderare anche la Mia Guida. Ma dato che la vita terrena gli è data allo scopo di mettere alla prova la volontà, si esclude anche ogni costrizione. Ma Io tento di tutto per stimolare l’uomo all’attività nell’amore, per conquistarlo anche nella fede in Me, perché questa fede gli renderà davvero più facile il percorso terreno, si affiderà anche a Me quando Mi ha una volta riconosciuto, e non vorrà camminare senza di Me. Ed ora non percorrerà più da solo la sua via di pellegrinaggio, Io lo accompagnerò passo per passo ed avrà in Me davvero un forte Sostegno, potrà appoggiarsi a Me in ogni miseria e pericolo, e la via del ritorno nella Casa Paterna verrà ora eseguita senza sbaglio, perché Io Stesso lo guido fin là.
Amen
Vertaler