U, mensen hebt uw blik naar de wereld gewend en u streeft alleen naar aardse schatten. U zoekt alleen het lichamelijk begeren te bevredigen en u beweegt zich alleen maar op een gebied waarin het materiële overheersend is, maar al het geestelijke zwijgt u dood. Uw lichaam is echter alleen maar het omhulsel van dat wat bestaan blijft na de lichamelijke dood, uw lichaam is maar voor een korte tijd woning voor uw ziel. Het is de ziel die door het aardse leven tot rijpheid moet komen, die u echter, door uw verlangen naar het materiële, gebrek laat lijden en die daarom in kommerlijke toestand het geestelijke rijk binnen gaat.
De materiële wereld is het rijk van het gekluisterde geestelijke, waar u als mens wel in woont maar wat uw laatste verblijfplaats is voor het binnengaan in het geestelijke rijk. Zolang de wereldse geest in u nog zo sterk is dat u steeds naar aardse goederen verlangt en alleen ijvert en werkt voor de wereld, zolang bent u een slaaf van de materie. Terwijl u die als "heer van de materie" toch overwinnen moet. U gebruikt al uw levenskracht alleen maar om het rijk van GOD's tegenstander te versterken, wanneer u de wereld en haar goederen nastreeft.
U moet echter uw levenskracht benutten om voor u geestelijke goederen te verzamelen, schatten te verwerven voor de eeuwigheid. U moet vrijwillig afstand doen van goederen die vergankelijk zijn, die eenmaal van u weggenomen worden en die u niet mee kunt nemen in de eeuwigheid. U moet dus uw levenskracht gebruiken om u onvergankelijke goederen te verwerven waarmee u werken kunt in het geestelijke rijk, die voor u een rijkdom betekenen die u waarlijk zalig zal maken.
U staat hoger dan alle materiële scheppingen, want die zijn alleen geschapen opdat ze u ten dienste staan tot uw voleinding. U, mensen echter ontkent de waarde en streeft de wereld na, inplaats van in te zien dat ze hinderlijk is voor uw geestelijke ontwikkeling. U dient de materie in plaats van dat de materie u dient, u laat u door haar beheersen en wordt tot slaaf van de materie.
En dat betekent dat u uw ziel bereidt voor de dood, dat zij door een sterk omhulsel omgeven is wanneer zij in het rijk hierna ingaat. Dat geen lichtstraal dit omhulsel doorbreken kan en de ziel ontzaglijk lijden moet tot dat omhulsel opgelost is. En dat kan eeuwigheden duren wanneer tenminste dat omhulsel niet meer en meer verhardt, en er voor de ziel geen uitzicht meer bestaat van dit omhulsel bevrijd te worden.
U, mensen weet niet wat u uw ziel aandoet als u zo materialistisch ingesteld bent dat u alleen maar wereldse goederen tracht te verkrijgen. Zie toch de vergankelijkheid van deze goederen in die u omgeven en denk aan wat onvergankelijk is. Leef uw aardse leven niet tevergeefs, want het is u alleen gegeven voor het rijp worden van uw ziel. Zij is het geestelijke in u dat alleen "geestelijk voedsel" gebruiken kan om zich te ontwikkelen, om zonder omhulsel het lichaam te kunnen verlaten wanneer uw uur gekomen is. Denk aan uw ziel en richt uw begeren naar het geestelijke, want de ziel blijft bestaan terwijl al het aardse vergaat.
Amen
VertalerVocês, humanos, viraram o olhar para o mundo, apenas procuram tesouros terrenos, procuram satisfazer desejos físicos, apenas se movem numa área onde reina a matéria; no entanto, mantêm tudo morto espiritualmente. Mas o vosso corpo é apenas a concha do que resta após a morte do vosso corpo, o vosso corpo é apenas a morada da vossa alma por um curto período de tempo, e é a alma que deve atingir a maturidade através da vida terrena mas que deixais passar fome através da vossa atitude material e que, portanto, entra no reino espiritual num estado miserável. O mundo material é o reino do espiritual banido, que certamente também habitais como ser humano mas que é a vossa última paragem antes da vossa entrada no reino espiritual. Enquanto o espírito do mundo em vós for tão forte que apenas desejais bens materiais, que apenas criais e trabalhais para este mundo terreno, há tanto tempo que sois escravos da matéria, ao passo que vós, como vosso amo, deveis superar a matéria. Usas toda a tua vitalidade apenas para fortalecer o adversário do Reino de Deus, se te empenhares pelo mundo e pelos seus bens. Mas devíeis usar a vossa vitalidade para recolher bens espirituais, para adquirir tesouros para a eternidade, devíeis separar-vos voluntariamente dos bens que são transitórios e que, no entanto, um dia vos serão tirados, os quais não podereis tomar para a eternidade. Deve usar correctamente a sua vitalidade e adquirir bens imperecíveis com os quais possa trabalhar no reino espiritual, o que significa para si uma riqueza que o fará verdadeiramente feliz. É mais do que todas as criações materiais, pois foram criadas apenas para o servir para a sua perfeição.... Mas vós, humanos, julgais mal o seu valor, esforçais-vos por atingir o mundo em vez de o reconhecerdes como um obstáculo ao vosso desenvolvimento espiritual. Servem a matéria em vez de ela vos servir, deixam-se governar por ela e tornam-se escravos da matéria. E isto significa que prepara a morte para a alma dentro de si, que está rodeada por uma cobertura densa quando entra no reino do além, que nenhum raio de luz pode romper esta cobertura e que a alma sofre de forma indescritível até que a cobertura seja dissolvida, o que pode levar eternidades se a cobertura não endurecer cada vez mais e já não houver qualquer perspectiva de a alma se libertar dela. Vocês, humanos, não sabem o que estão a fazer à vossa alma se tiverem uma mente terrestre-materializada, se apenas se esforçarem por alcançar bens materiais. Reconheça a transitoriedade daquilo que o rodeia e lembre-se daquilo que é imperecível. Não viva a sua vida terrena em vão, pois só lhe foi dada para amadurecer a alma, a substância espiritual dentro de si, que só pode usar o alimento espiritual para se desenvolver, para poder deixar o corpo sem cobertura quando chegar a sua hora.... Lembre-se da alma e dirija os seus sentidos espiritualmente.... para os restos da alma, mas tudo o que passa na terra...._>Ámen
Vertaler