Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

Niemand kan twee heren dienen!

Niemand kan twee heren dienen. Wie zich met Mij verbinden wil, zal nooit zijn ogen op de wereld kunnen richten, want Ik ben alleen buiten de wereld te vinden. En als Ik Me laat vinden, dan moet het verlangen naar de wereld opzij worden gezet. Ze moet totaal geen aandacht krijgen, want de wereld behoort tot mijn tegenstander. Ze is zijn domein waar hij heer en meester is en zijn streven is er waarlijk niet op gericht de mensen door de wereld naar Mij te leiden, integendeel, hij probeert Mij te verdringen. Hij tracht steeds de wereld op de voorgrond te plaatsen, opdat Ik zal worden vergeten. Wie onder u het met de positieve ontwikkeling nu ernstig meent, kan de wereld nog onmogelijk haar tol betalen. Hij staat weliswaar nog midden in de wereld die grote eisen aan hem stelt die hij moet nakomen, maar er valt wel onderscheid te maken tussen de vervulde plicht en een eigen verlangen naar de wereld. Het eerstgenoemde is geheel volgens mijn wil, want er is u, aards gezien, een taak gesteld, waarnaast u echter ook volop uw geestelijke opdracht - het vervolmaken van de ziel - zult kunnen vervullen, als het verlangen naar de wereld maar niet overheerst, wat daarin bestaat dat aardse vreugden en begeerten de overhand hebben op geestelijke goederen, zodat de mens door dit alles Mij vergeet, zelfs de gedachte aan Mij voor hem lastig is en hij Mij zodoende verwerpt. Wie ernaar streeft zich - dat wil zeggen: zijn lichaam - een te grote mate van welbehagen te verschaffen, hetzij door het vervullen van lichamelijke begeerten, zinnelijke en vleselijke lust, of ook wel door het vergaren van materiële goederen en daarbij niet aan zijn naaste denkt, wie dus alleen maar streeft naar eigen welzijn, die is door de wereld gevangen. Hij is een gewillig werktuig van mijn tegenstander en hij zal nooit de weg naar Mij vinden als hij het verlangen naar de materiële wereld niet laat varen, zich verinnerlijkt en streeft naar geestelijke goederen. Beide tegelijk is niet mogelijk, want dan dient hij twee heren en zal hij geen van beide diensten goed vervullen. Als u Mij zoekt, moet uw blik ook op de hemel gericht zijn, want Ik ben boven, niet beneden.

Beneden echter is waar mijn tegenstander zijn rijk heeft, waar u nog lichamelijk vertoeft, maar van waaruit uw ziel altijd omhoog kan stijgen in mijn rijk, naar Mij. Bevindt het lichaam zich echter nog in het rijk van mijn tegenstander, dan kan de ziel - uw denken, voelen en willen - zich toch steeds verheffen in sferen die buiten de aarde liggen. En dat verlang Ik van hem die Mij wil vinden, die Mij wil dienen en dus de mijne wil zijn. Dan verbindt de geestvonk in hem zich met de Vadergeest van eeuwigheid, want als hij in alle ernst naar Mij streeft is ook zijn hart vervuld van liefde, die met de liefde tot de wereld niets gemeen heeft. En deze liefde zal zich tegenover de naaste uiten en dan brengt de mens de verbinding tot stand met Mij, hij doet afstand van datgene wat de wereld toebehoort. Op die manier geeft hij aan de naaste en is hem behulpzaam en, omdat Ik dit gebod heb uitgevaardigd, dient hij ook Mij als zijn Heer. De liefde tot de wereld is een vorm van eigenliefde, de liefde die de mens bestrijden moet, wil hij zalig worden. Dus moet hij ook de liefde tot de wereld bestrijden en proberen de wensen van de ziel te vervullen die, gedreven door de geest in zichzelf, betrekking zullen hebben op geestelijke goederen en blijk geven van de liefde tot Mij. Want Ik alleen ben de Heer die u moet dienen als u zalig wilt worden.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

‘No-one can serve two masters....’

No-one can serve two masters.... Anyone who wants to make contact with Me will never be able to look towards the world, for I can only be found beyond the world, and if I should allow Myself to be found then the desire for the world must be put aside, it must be completely ignored, for the world belongs to My adversary, it is his domain where he has free reign. And he really does not aspire to lead people to Me by way of the world, instead, he seeks to displace Me, he constantly tries to place special emphasis on the world so that I should be forgotten. So if anyone amongst you is serious about his higher development he cannot possibly still pay tribute to the world.... even though he is still in the midst of the world which makes great demands on him which he has to comply with, yet there is indeed a difference between duty and personal worldly longing. The former is entirely according to My will, for on earth you are given a task, but apart from that you can also fully accomplish your spiritual task, the maturing of your soul, if the desire for the world does not prevail, which happens when earthly pleasures and cravings predominate the desire for spiritual possessions, so that thereby the human being forgets about Me and, indeed, even the thought of Me is uncomfortable leading to his dismissal of Me. Anyone who strives to create an excessive sense of well-being for himself, i.e. for his body, be it through satisfying physical cravings, sensory and carnal desires or through an accumulation of material possessions without thinking of his neighbour, who therefore only strives for himself, is held captive by the world, he is My adversary’s willing tool, and he will never find the path to Me if he does not discard the longing for the earthly world, internalises himself and aspires towards spiritual wealth. Both together are not possible, for then he will serve two masters and will not serve either well. If you are looking for Me you must gaze heavenwards, for I Am above and not below.... Below is My adversary’s realm where you still linger with your body, but your soul can always lift itself up into My kingdom, to Me. Even though the body is still in My adversary’s realm, the soul can nevertheless always rise into spheres beyond the earth, and that is what I demand of someone who wants to find Me, serve Me and thus be one of My Own. Then the spiritual spark in him will unite itself with the eternal Father-Spirit, for if he strives towards Me in all seriousness his heart will also be awash with love, which has nothing in common with worldly love. This love will manifest itself towards the next person, in which case the human being is making contact with Me already.... he renounces what belongs to the world, he gives and thus serves his neighbour and, because I decreed this commandment he also serves Me as His Lord. Worldly love, however, is a form of selfish love, the human being should combat this love if he wants to attain bliss. Consequently, he must also combat his love for the world and try to fulfil the soul’s wishes which, driven by the spirit within, will apply to spiritual possessions and demonstrate love for Me. For I alone Am the Master you should serve if you want to become blissfully happy....

Amen

Vertaler
Vertaald door: Heidi Hanna