Het machtigste wapen van de mens tegen al het kwaad is de liefde. Wie de liefde heeft, hem staat God terzijde, omdat Hij in hem is en alles zich moet buigen voor Zijn macht. En het kwade vlucht voor dit wapen, of het laat zich overwinnen. Want de liefde is zijn heftigste tegenstander, waartegen het niet kan standhouden. De liefde maakt voor zich dienstbaar wat met haar in aanraking komt, als het niet duidelijk de liefde ontvlucht. En daarom zal steeds de liefde het beste wapen zijn voor de mens. Daarom zal hij steeds succesvol strijden en niet hoeven te vrezen als hij met dit wapen ten strijde trekt.
Dit zal ter harte moeten worden genomen in elke levenssituatie, bij elke onenigheid en vooral in de laatste tijd van strijd, daar er zelfs tegen de liefde zal worden ingegaan. Want de tegenstander Gods zal er geheel in het bijzonder op aandringen, dat ook het werkzaam zijn in liefde wordt onderdrukt en dus onuitvoerbaar wordt gemaakt. Hij zal de mens ertoe brengen geboden uit te vaardigen die remmend werken op het werkzaam zijn in liefde wat door God wordt gevraagd. Hij zal er niet voor terugschrikken de mensen datgene als onrecht te betitelen wat alleen overeenstemt met de wil van God. Hij zal liefdeloosheid eisen waar God het werkzaam zijn in liefde verlangt, omdat hij alleen dan kan zegevieren over de mensen, wanneer dezen de wapens van de liefde niet meer gebruiken. En dit betekent een groot gevaar voor de menselijke ziel, waar heel bewust tegen opgetreden moet worden.
En daarom spoort God de mensen aan om in liefde werkzaam te zijn. Hij stelt hun de zegen ervan voor de geest en de kracht die de mens zal creëren als hij ononderbroken in liefde werkzaam is. Hij mag zich niet van zijn stuk laten brengen door wereldse voorschriften en hij moet steeds alleen doen wat zijn hart hem ingeeft. Want zonder liefde zinkt hij weg in de duisternis en heeft de tegenstander zijn doel bereikt. De liefde is goddelijk en wie in de liefde blijft draagt God in zich. En hij zal geen macht hebben te vrezen, al bedreigt die hem in nog zo erge mate. Wie in de liefde blijft, diens diepste wezen biedt weerstand aan de eisen van de wereld die door de tegenstander van God wordt geregeerd. En deze weerstand kan niemand breken, want de kracht van de tegenstander is zwak en kan de kracht van de liefde niet evenaren. De liefde mag niet worden uitgebannen, daar het anders de totale ondergang betekent.
Alleen wie liefheeft zal leven, maar de liefdeloosheid heeft onvermijdelijk de dood van de ziel tot gevolg. En dit is het doel van de vijand, dat hij al het geestelijke, dat het licht tracht te bereiken, in de duisternis wil storten. Maar wie in de liefde leeft, tegen hem is hij machteloos. En wie in de liefde leeft, moet ook de liefde uitstralen op zijn naaste, opdat deze de kracht van de liefde beseft en er eveneens naar streeft, doordat hij de liefde beoefent, waar hem steeds gelegenheid voor wordt geboden.
Alleen wie zich heeft gevormd tot liefde, zal sterk zijn in de komende tijd. Niets zal hem angst aanjagen. Hij zal elke aanval met de liefde trachten goed te maken en hij zal een muur om zich oprichten die niemand kan afbreken. De liefde is de machtigste factor op aarde. Ze is de sleutel tot de wijsheid, ze is de brug naar het leven in het hiernamaals, ze is de waarborg voor de liefde Gods. En dus betekent ze licht en kracht en beide is leven; in alle wijsheid werkzaam te kunnen zijn tot in alle eeuwigheid. Alleen de liefde leidt naar het doel. Alleen de liefde geeft het geestelijke in de mens de oorspronkelijke staat terug. Alleen de liefde brengt hem dichter bij God en mag daarom nooit worden uitgeschakeld. En nooit mogen de mensen zich onderwerpen aan voorschriften die het in praktijk brengen van de liefde onderdrukken en die daarom steeds het werk zijn van diegene, die als tegenstander Gods geheel zonder enige liefde is en haar daarom bestrijdt.
Amen
VertalerL’arma più potente dell’uomo contro il male è l’amore. Dio Stesso sta a fianco chi ha l’amore, perché Egli è in lui e tutto si deve piegare alla Sua Potenza. Ed il male fugge dinanzi a quest’arma, oppure si fa vincere, perché l’Amore è il suo più aspro avversario, a cui non può resistere. L’Amore si sottomette tutto ciò che viene a contatto con Lui, se non Lo fugge apertamente. E per questo l’amore sarà sempre la migliore arma per l’uomo, perciò combatterà sempre con successo e non ha bisogno di temere, quando va in battaglia con quest’arma. Questo deve essere preso a cuore in ogni situazione di vita, in ogni contenzioso e soprattutto nell’ultimo tempo di battaglia, in cui si procede persino contro l’amore. Perché l’avversario di Dio insisterà molto particolarmente affinché l’operare nell’amore venga impedito e perciò reso ineseguibile. Egli comanderà agli uomini di emettere dei comandamenti che, ostacolando, agiscono sull’attività d’amore che Dio richiede. Non temerà di dichiarare tramite gli uomini l’ingiusto di ciò che corrisponde solamente alla Volontà di Dio, egli pretenderà l’assenza d’amore dove Dio richiede l’azione in amore, perché può vincere solamente sugli uomini, quando questi non usano più l’arma dell’amore. E questo significa un grande pericolo per l’anima umana, a cui si deve andare incontro pienamente consapevoli. E per questo Dio ammonisce gli uomini alla costante azione d’amore, Egli presenta loro la Benedizione di questo e la Forza, che l’uomo attinge, quando egli è costantemente attivo amorevolmente. Lui non deve farsi irretire da comandi mondani e deve sempre fare soltanto ciò che il cuore gli dice di fare, perché senza amore sprofonda nell’oscurità e l’avversario ha raggiunto la sua meta. L’Amore è divino, e chi rimane nell’amore, porta Dio in sé e non deve temere nessun potere, per quanto lo voglia minacciare. Chi rimane nell’amore, il suo interiore pone resistenza all’intenzione del mondo che viene governato dall’avversario di Dio. E nessuno può spezzare questa resistenza, perché la forza dell’avversario è debole e non arriva alla Forza dell’amore. L’amore non deve venire bandito, altrimenti questo significa totale rovina. Soltanto chi ama vivrà, l’assenza d’amore però ha per conseguenza inevitabilmente la morte dell’anima. E questa è la meta dell’avversario, che egli vuole precipitare tutto lo spirituale che tende verso la Luce. Ma egli è impotente contro colui che vive nell’amore, e chi vive nell’amore, deve anche irradiare l’amore sul suo prossimo, affinché questi riconosca la forza dell’amore e tenda pure a ciò esercitandosi nell’amore, ovunque gli viene offerta l’occasione per questo. Nel futuro sarà forte soltanto colui che si è formato nell’amore. Costui non si spaventa di nulla, cercherà di eguagliare ogni attacco con l’amore ed edificherà intorno a sé un baluardo che nessuno può infrangere. L’amore è il fattore più potente sulla Terra, è la chiave per la saggezza, è il ponte per la vita nell’aldilà, è la garanzia per l’Amore di Dio e quindi significa Luce e Forza, ed ambedue sono Vita, potere essere attivo in tutta la saggezza per tutte le Eternità. Soltanto l’amore porta alla meta, soltanto l’amore restituisce allo spirituale nell’uomo lo stato ur (primordiale), soltanto l’amore lo porta più vicino a Dio e perciò Egli non deve mai venire escluso. E gli uomini non si devono mai piegare alle disposizioni che opprimono un’attività d’amore e che è perciò sempre l’opera di colui che come avversario di Dio, è privo di qualsiasi amore e per questo motivo lo combatte.
Amen
Vertaler