Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

Leed en ellende door goddelijk ingrijpen

Voor vele mensen begint het leed en de ellende pas met de goddelijke ingreep. Want tevoren zijn ze er nog onaangeraakt door gebleven en ze besteedden aan geen enkele aanmaning aandacht. De nood van de medemensen bracht geen verandering van hun denken teweeg en daarom moet er nu zelfs nood over hen komen, die als het ware het laatste middel is voor hun redding.

En daarom zullen nu die landen worden getroffen, welke tot nu toe zwaar leed bleef bespaard en die toch niet zonder schuld zijn aan het wereldgebeuren, dat onnoemelijk leed bracht over de mensen.

Hard en gevoelloos gaan vele mensen aan de nood der medemensen voorbij. En dezen zijn het die het leed zelf moeten doormaken, dat hun wil heeft gebillijkt als het over de medemensen kwam omdat ze in die laatste hun vijand zagen. En wat de mensen hun medemensen aandoen valt nu duizendvoudig op hen zelf terug. En op deze manier moeten ze nu boeten. Alleen kan menselijke wil geen einde maken aan de ellende, want het zijn geen menselijke krachten die zich uiten, maar de goddelijke Wil Zelf is aan het werk en treft de mensen op hun meest kwetsbare plaats. Hij ontneemt de mensen al hun bezit. Hij maakt hen arm en zwak en helemaal afhankelijk van Zijn genade.

En in deze nood moet de mens leren inzien, dat hij niets kan uit eigen kracht. Hij moet leren inzien, dat God rechtvaardig is en dat Hij met gevoel de mensen straft die tegen Hem en Zijn geboden hebben gezondigd, maar dat Hij ook beschermt die nauw met Hem verbonden zijn, hoewel ze omringd zijn door mensen voor wie God niet veel meer betekent.

En zo zullen er nog vele tot bezinning komen en hun eigen lot vergelijken met dat van die mensen, wier ondergang van menselijke zijde was bepaald.

Wat God nu over de mensen zendt is zo geweldig en vol van leed, dat ieder denkend mens daar een hogere Wil in zou moeten zien en in zichzelf keren. Maar weer zal hij alleen aan zichzelf denken. Hij zal niet de algemene ellende zien, maar alleen zichzelf en zijn lot beschouwen.

En zo zal de naastenliefde weinig worden beoefend. Ieder zal er alleen maar naar streven zijn eigen lot te verbeteren en weer zal hij aan de nood van de medemens voorbijgaan. En God, Die de wil van ieder kent, zendt daarom zo’n groot leed over de mensen om deze wil te veranderen, om hen zacht en meelevend te maken en ze toevlucht te laten zoeken bij Hem, Die alleen hun lot weer ten goede kan keren.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

Sufrimiento y tristeza por la intervención divina....

Para mucha gente el sufrimiento y la tristeza empieza con la intervención divina, porque antes han sido intocables, y dejaron cualquier aviso sin contemplación. El sufrimiento de sus semejantes les dejaron sin un cambio de sus pensamientos, y por esto tiene que pasar encima de ellos un sufrimiento que es el último remedio para ellos.... Y por esto se tocan los países que hasta el momento fueron salvados de una penuria indecible, pero que son igualmente culpables en los sucesos mundiales que conllevaba una penuria indecible para los hombres. Duros y sin emociones anda mucha gente por encima de la miseria de sus semejantes, y son ellos que deben probar ellos mismos la pena que su voluntad ha aprobado antes para sus semejantes, porque veían en ellos a sus enemigos. Y lo que los hombres hicieron a sus semejantes se les cae ahora mil veces encima.... Y ahora tienen que sufrir de la misma manera, solo que la voluntad humana no puede poner fin, porque no son fuerzas humanas que se sacan a la luz, sino la voluntad divina misma se presenta y toca a los hombres en su lado más vulnerable.... Les quita a los hombres todos sus bienes, Él les hace pobres y débiles y les deja depender completamente de Su gracia. Y en esta pena el hombre debe reconocer que no puede hacer nada de su propia fuerza, debe aprender que Dios es justo y que les juzga a los hombres sensiblemente que han ido contra Él y Sus mandamientos, pero que puede proteger a la vez que están muy unidos con Él, aunque están rodeados de hombres que Dios no importa. Y muchos van a llegar a la conclusión y comparar su propio destino con aquellos hombres cuyo hundimiento fue causado por culpa humana. Lo que Dios manda encima de los hombres es tan enorme y cargado de pena que cada hombre pensante reconoce una voluntad major en ello que debería conllevar a una reflexión mental. Pero solo van a pensar solo en sí mismos; no van a ver la miseria generalizada, sino sólo a sí mismo y su destino. Así el amor al semejante no se practica como debería, cada uno intentará mejorar su propio destino, y de nuevo va a pasar por la pena del semejante.... Y Dios que conoce la voluntad de cada uno, manda ahora un sufrimiento tan grande sobre los hombres para cambiar a su voluntad, para hacerlos susceptibles y compasivos y que están propuestos a buscar a Él, porque sólo Él es capaz de cambiar de nuevo su destino a una mejora.

amén

Vertaler
Vertaald door: Bea Gato