Zodra de mens zich bereid verklaart deel te nemen aan de verlossing van onrijpe zielen, zet hij zijn wil in om werkzaam te zijn in dienst van de Heer. Hij biedt zich vrijwillig als hulpkracht aan Hem aan. Hij wil dat doen, wat God welgevallig is, namelijk God dienen. Dat wil zeggen zich in liefde om de zielen van zijn medemensen bekommeren, die nog in de toestand verkeren, dat ze ver van God verwijderd zijn, en hen naar Hem toe leiden. Deze werkzaamheid zal steeds Gods goedkeuring krijgen, want ze komt immers met het eigenlijke doel van het aardse leven overeen, dat in de verlossing van het worstelende, onvrije geestelijke bestaat.
Wie zichzelf voor dit verlossingswerk aan God ten dienste aanbiedt, is dus in waarheid Zijn dienaar, die zich aan de goddelijke wil onderwerpt en met Zijn hulp op aarde werkzaam is. Het is buitengewoon zegenrijk om in dienst van God te staan, want een dienaar van God stroomt onophoudelijk Zijn genade toe. God geeft hem in dezelfde mate de bekwaamheid, zoals de mens tot dienen bereid is.
God heeft een groot aantal arbeiders voor Zijn wijngaard nodig en waar een mens God in liefde toegenegen is, daar komt deze liefde tot uiting in het zich vrijwillig aanbieden om te arbeiden en God accepteert dit verzoek. Hij onderwijst hem van tevoren goed, zodat hij in staat is om het werk uit te voeren, dat God hem nu opdraagt.
Het contract met God sluit de mens alleen in het binnenste van het hart af. Hij biedt zich aan Hem aan, zonder beïnvloed te worden door de wereld en door de medemensen. Alleen zijn liefde voor God en de medemensen zet hem ertoe aan om zich aan God over te geven als Zijn Hem steeds ondergeschikte dienaar. En er is geen ceremonie en geen uiterlijk vertoon bij nodig, want alleen de wil van de mens om verlossend werkzaam te zijn en om God en de medemensen te dienen, is doorslaggevend.
Zodoende noemt de Heer hen Zijn dienaren. Hij bedenkt hen met Zijn woord. Hij onderwijst hen in de geest en Hij geeft hun kracht en genade, zodat ze nu ook hun taak uit kunnen oefenen en flinke arbeiders in Zijn wijngaard zijn. Hun is een grote taak opgelegd. Ze moeten de middelaars zijn tussen God en de mensen. Ze moeten in Zijn opdracht hun Zijn wil bekendmaken. Ze moeten de mensen erop wijzen dat ze alles te doen, wat God van hen verlangt, want enkel door het vervullen van de goddelijke wil komt de ziel van de mens vrij. Ze bevrijdt zich uit de ketenen van een macht, die hen gevangenhoudt. Ze wordt door de liefde voor God en de mensen, die Hem in de diepste liefde en deemoed dienen, van deze macht verlost.
Amen
VertalerAs soon as a person declares himself willing to participate in the redemption of immature souls, he places his will to work at the service of the lord. He voluntarily offers himself to Him as an assistant, he wants to do what is pleasing to God.... to serve God, i.e. to take care of the souls of his fellow human beings in love and to lead those who are still far from God to Him. This activity will always meet with God's approval because it corresponds to the actual purpose of earthly life, which consists of the redemption of the struggling, still unfree spirits. Whoever offers himself to serve God for this work of redemption is therefore in truth His servant who submits himself to the divine will and is active for Him with His support on earth. Being in God's service is extremely beneficial, because a servant of God is constantly supplied with His grace. God gives him the ability in the same measure as man is willing to serve. God needs labourers for His vineyard in large numbers, and where a person is devoted to God in love, this love expresses itself in a voluntary offer to work, and God accepts his request. He instructs him well beforehand so that he is now able to carry out the work which God now assigns to him. The human being concludes the contract with God in his innermost heart alone, he offers himself to Him without being influenced by the world or his fellow human beings; his love for God and his fellow human beings alone drives him to give himself to God as His servant who is always subject to Him, and no ceremony and no outward appearance is required, for only the human being's will to be redemptively active and to serve God and his fellow human beings is decisive.... Thus the lord calls these His servants, these He considers with His word, these He teaches in the spirit and He gives them strength and grace so that they can now also fulfil their ministry and be active labourers in His vineyard.... A great task lies ahead of them.... they must be the mediators between God and people.... on His behalf they must inform them of His will, they must instruct people to do everything God asks of them, for only by fulfilling the divine will does the human soul become free; it frees itself from the shackles of a power that holds it captive, it is redeemed from this power through the love of God and those people who serve Him in deepest love and humility....
Amen
Vertaler