De vereniging van de geest met de Vadergeest is de plechtigste daad, die het aardse leven de mens op kan leveren, want dat is het gelukzaligste, wat een mens ten deel kan vallen. Maar slechts weinig mensen bereiken de volmaaktheid op aarde, die de voorwaarde is voor het huwelijk met de Heer. Daarom moet de mens puur liefde geworden zijn en zich elk aards genot ontzeggen en hij zal dan door de goddelijke liefde zelf vervulling van zijn verlangen vinden, die niet te vergelijken is met aards geluk, ook aards niet in dezelfde mate ervaren kan worden, dan dit geestelijk het geval is.
De aardse omgeving veronderstelt ook aardse gewaarwording. Maar het huwelijk met God is een geestelijke gebeurtenis, die alleen geestelijk ervaren kan worden en aards slechts zo zichtbaar wordt, dat de mens voor het aardse leven niet goed bruikbaar meer is en voortdurend in hogere regionen verblijft. Daarom zal, zolang de mens zijn aardse opdracht nog te vervullen heeft, dit geestelijke huwelijk zelden plaatsvinden. Ze verhindert, vanwege makkelijk te verklaren redenen, toch de vereniging. Ze houdt de mens op aarde tegen en is de reden voor de voortdurende terugkeer van de geest naar de aarde en haar plichten.
Maar anderzijds is de wil van de mens doorslaggevend en een mens, die de vaste wil heeft om tot God te geraken, kan dus het doel bereiken en desondanks zijn aardse opdracht vervullen, voor zover hij daartoe om de hem toekomende geestelijke kracht vraagt en laatstgenoemde dus inzet voor de verrichting van de aardse arbeid. Het mensenkind wordt daarbij tijd en gelegenheid gegeven om de geest naar boven te kunnen sturen en nu de geest, volledig vrij van belemmeringen, zich met de goddelijke Vadergeest verbinden kan.
De gebeurtenis van de vereniging is op verschillende manieren herkenbaar, want de gewaarwording van elk mens is anders, dus moet ook dat, wat de mens als het hoogste geluk gegeven werd, op verschillende manieren waarneembaar zijn. Het geestelijke huwelijk van de mens kan het hoorbare woord opleveren. Dat wil zeggen: het moment, dat de stem in het hart helder en hoorbaar als een klokje klinkt, is het moment van de geestelijke vereniging met God. En deze stem brengt een onnoemelijk gelukzalig gevoel teweeg, want de liefde van God heeft het mensenkind volledig gegrepen en naar Zich toe getrokken.
Maar de vereniging met God kan ook zonder enig zichtbaar bewijs plaatsvinden. Dat een in liefde voor de Heer ontbrandend schepsel zich door de goddelijke Vaderliefde gegrepen voelt en zalig is, maar dat dit lichamelijk niet waarneembaar is, maar alleen in de bekwaamheid om geestelijk te zien tot uitdrukking komt. Deze toestand is voor het mensenkind gelukkig makend. Het maakt hem echter vaak onbekwaam om aardse verplichtingen te vervullen, wat echter geen indruk op hem maakt, omdat het voelt, dat zijn lichamelijke einde kort voor de deur staat.
Het geestelijke huwelijk met God is bijna altijd het teken van het op handen zijnde afscheid van de wereld, maar dit zal steeds alleen maar begrijpelijk zijn voor degenen, die eveneens naar de hoogte streven, terwijl een alleen aards ingesteld mens daar slechts een ongelovig en afwijzend oordeel over velt, omdat zijn verstand niet begrijpt, wat enkel een zuiver geestelijke gebeurtenis is.
Amen
VertalerL’unificazione dello spirito con lo Spirito del Padre è l’atto più consacrato, che la vita terrena può procurare all’uomo, perché è la cosa più deliziosa che un uomo possa sperimentare. Ma solo pochi raggiungono la perfezione già sulla Terra, che è premessa per il connubio con il Signore. Perciò l’uomo dev’essere diventato solo amore e rinunciare ad ogni gioia terrena ed allora troverà l’esaudimento della sua nostalgia attraverso l’Amore divino Stesso, che la felicità terrena non è comparabile, e non può nemmeno essere percepito nella stessa misura di quanto questo sia il caso spirituale. L’ambiente terreno premette anche una percezione terrena. Il connubio con Dio però è un procedimento spirituale, che viene percepito solo spiritualmente e terrenamente si fa notare soltanto che l’uomo non è più ben idoneo per la vita terrena e dimora costantemente in regioni più alte. E dato che l’uomo ha ancora da adempiere il suo compito terreno, anche quel connubio spirituale si svolgerà solo raramente, dato che impedisce quest’unificazione per motivi facilmente spiegabili. Trattiene l’uomo indietro sulla Terra ed è il motivo per il costante ritorno dello spirito sulla Terra ed ai suoi obblighi. D’altra parte però è determinante la volontà dell’uomo, e perciò l’uomo che ha la ferma volontà di arrivare a Dio, raggiungerà anche la sua meta e svolgerà comunque il suo compito terreno, per quanto ne richieda la Forza che gli spetta e quindi impiega quest’ultima solamente per affrontare il lavoro terreno, lasciando intanto al figlio terreno il tempo e la calma, di poter mandare lo spirito in Alto, ed ora lo spirito, totalmente libero da ostacoli, può unirsi con lo Spirito divino del Padre. Il procedimento dell’unificazione è riconoscibile in differenti modi, perché la percezione è differente in ogni uomo, quindi anche ciò che viene dato all’uomo come la felicità più sublime, deve anche essere percepito diversamente. Il connubio spirituale può procurare all’uomo la Parola udibile, cioè il momento in cui la Voce nel cuore risuona chiara ed udibile come una campanella, questo è il momento dell’unione spirituale con Dio. E questa Voce fa scaturire un indescrivibile sentimento di delizia, perché l’Amore di Dio ha completamente afferrato il figlio terreno ed attirato a Sé. Ma l’unione con Dio può anche aver luogo senza ogni dimostrazione visibile, che una creatura ardente d’amore per il Signore può sentirsi afferrato dal divino Amore del Padre ed è beata, ma questo non è percettibile corporalmente, ma si manifesta solo nella facoltà di contemplare spiritualmente. Questo stato rende felice il figlio terreno, ma lo rende anche incapace di eseguire delle esigenze terrene, cosa che non lo tocca, dato che sente che la sua fine corporea è vicina. Il connubio con Dio è quasi sempre il segno del decesso dal mondo che è molto vicino, ma sarà sempre solo comprensibile a coloro che tendono spiritualmente vero l’Alto, mentre un uomo predisposto solo terrenamente ne darà sempre soltanto un giudizio incredulo e di rifiuto, perché il suo intelletto non afferra ciò che è solo un procedimento puramente spirituale.
Amen
Vertaler